Deze week nam Peter van Eijk afscheid van het bibiotheekwerk. Een man die de afgelopen jaren vele rollen vervulde. De receptie vond plaats in de Utrechtse bibliotheek op het Neude. Een bijzondere plek, want deze bibliotheek vecht samen met Dordrecht nog altijd om de titel van oudste openbare bibliotheek van Nederland. Als er één plek is waar je kunt zien dat bibliotheken al lang bestaan, zichzelf aanpassen en opnieuw uitvinden dan is het wel in Utrecht.
Die plek past dus bij Peter van Eijk. Want in de ruim 15 jaar dat hij zich inzette voor bibliotheekwerk ging het altijd over innovatie en transformatie. Dat gebeurde als directeur a.i. van Bibliotheek.nl, als bestuurder van Bisc en later mede-bestuurder van Cubiss. En dat waren nog maar zijn hoofdfuncties want Peter zat ik tal van commissies, besturen en overleggroepen. Die nevenfuncties waren voor de verbindingen in het netwerk minstens zo belangrijk als zijn hoofdfunctie. En dus kwam ik Peter op vele momenten tegen en werkte veel met hem samen. Bij zijn afscheid kreeg ik de eer hem toe te mogen spreken. En de ruimte die ik hier elke week vul over bibliotheekwerk besteed ik deze week dan ook met plezier aan hem.
Paarse boekje
Peter van Eijk komt ergens in 2008 op het landelijke bibliotheekpodium. Hij schreef mee aan de 'Agenda voor de toekomst, 2009-2012' van de VOB, in de wandelgangen ook wel het 'paarse boekje' genoemd.
Het was een bijzonder rommelige tijd in bibliotheekland in die jaren. De Vereniging van Openbare Bibliotheken werd ontvlochten in een ledenorganisatie, een sectorinstituut en de stichting Bibliotheek.nl. Bibliotheekdirecteuren, het ministerie en de VOB waren flink zoekend over hoe de sector zich goed moest organiseren. Er werden vier kwartiermakers aangesteld om onderdeln van de sector vlot te trekken. Peter mocht dat doen als bouwheer van Bibliotheek.nl en werd aansluitend directeur a.i. van de stichting Bibliotheek.nl die in 2010 ontstond.
Dat paarse boekje - de agenda voor de toekomst - waar hij aan meeschreef was overigens een fenomeen. Want bij elk overleg waar Peter in die tijd bij was, wist je dat er een moment kwam dat hij naar zijn binnenzak zou grijpen en dat daar dan dat 'paarse boekje' te voorschijn kwam. Hij wees op dat boekje en zei: 'weet u nog, wij voeren een gezamenlijke koers en daarin hebben we voor dit punt dit en dat met elkaar afgesproken'. En daarmee wist hij altijd de grote lijn weer te verbinden met het praktische geneuzel van details waar wij natuurlijk weer in terecht waren gekomen. En door het weer op te tillen naar het hogere niveau werd het vaak makkelijker om het juiste besluit te nemen of onze inspanningen meer in perspectief te zien.
Ruimte om te experimenteren
In de tijd van dat 'paarse boekje' werkte ik als programmamanager in Overijssel. Voor de projecten die ik samen met veel collega's uitvoerde kreeg ik extra innovatiesubsidie via de innovatieraad waar Peter ook aan verbonden was. Zo kregen we extra geld voor de ontwikkeling van de Bibliotheek op school (dat heette toen nog Biebsearch jr.) en voor Biebsearch. Dat laatste was een programma voor middelbare scholen en MBO's waar we in die tijd al elektronische leeromgevingen koppelden aan de zoekomgeving - de beruchte Aquabrowser - van de bibliotheek. Het was digitaal burgerschap avant la lettre. Ook voor de ontwikkeling van de ideale website in Overijssel kwamen middelen en dat werd de opmaat voor de ontwikkeling van de Website-As-A-Service (WAAS) die de openbare bibliotheken nu hebben.
Door landelijk geld zo in te zetten wist hij lokale en provinciale initiatieven te verbinden en op te tillen naar een landelijk niveau. Het waren dus stuk voor stuk experimenten die bouwstenen opleverden voor landelijke infrastructuur die lokaal ingezet kon worden.
Vervolgens aarzelde hij ook niet om dat weer landelijk uit te dragen. Hij zorgde er al in de vroege jaren voor dat bibliotheken bijvoorbeeld gezamenlijk op de grootste onderwijsbeurs, de NOT, gingen staan om daar het landelijke verhaal te vertellen. Dit alles met het doel om het lokaal zo goed mogelijk te kunnen laten landen.
Een welsprekende heer met bril en snor en gevleugelde uitspraken
Ik ken weinig mensen die zo keurig en charmant spreken als Peter. Zijn zinnen zijn zorgvuldig opgebouwd en bevatten nooit een onvertogen woord. Hij is altijd complimenteus over ontwikkelingen die de goede kant op gaan. En als het minder goed gaat gebruikt hij graag het understatement. Als anderen zouden zeggen dat 'iets totaal mislukt is of ruk is', zegt Peter 'dat verbetering absoluut tot de mogelijkheden behoort, om het voorzichtig uit te drukken'. Het kenmerkt zijn diplomatieke kwaliteiten.
En hij is een man van gevleugelde uitspraken: 'geen prestatie zonder relatie', 'het gaat altijd om de kwaliteit van de interactie', 'we moeten voorop gaan in volgen','ik stop nu met zenden' en 'ik ben een nomade in maatpak met snor' zijn zinnetjes die ik talloze malen hoorde. Of als hij wilde laten merken dat onze opdracht breder was dan we zelf dachten: 'En u vraagt zich af, bent u daar ook van meneer Van Eijk? Ja inderdaad, dat doen we ook nog.' Wie zijn jargon nog eens wil teruglezen, verwijs ik naar een column uit 2011 waarin hij een telefoongesprek voert met Van Swelmen, de immer erudiete directeur uit Oppendam.
Het geheim van bibliotheekwerk
Bij zijn afscheid vroeg Peter mij of ik stil wilde staan bij het geheim van het bibliotheekwerk. Of ik wilde aangeven wat mijn beeld was waarom de bibliotheken - na heel veel moeilijke jaren - er toch zo goed op staan op dit moment. En wie dat geheim ontrafeld valt op waarom de inzet van Peter van Eijk zo goed paste bij het bibliotheekwerk van de afgelopen vijftien jaar.
In mijn verhaal onderscheidde ik vier geheimen. De eerste was de wil om te veranderen als sector. En hoewel we onszelf als sector en stelsel misschien wel wat grijs, soft of complex vinden, valt op dat iedereen snapt dat we moeten blijven veranderen. Ik haalde daar het verhaal van mijn opa aan die zijn hele leven boer was maar altijd bezig was om te investeren om boer te blijven. Hij wist dat wie boer wil zijn, geen boer kan blijven. En net zo hard weten wij als bibliotheek: wie bibliotheek wil blijven, kan geen bibliotheek blijven. Peter was in die zin een missionaris als het ging om het uitdragen van de benodigde innovatie.
Het tweede deel van het succes is dat we onszelf landelijk kunnen organiseren maar lokaal manifesteren. We zijn zowel een gesprekspartner voor grote landelijke partijen én we kunnen die afspraken met lokaal maatwerk en met lokale samenwerkingspartner uitvoeren. En daar tussendoor zorgen provincies voor het goede faciliteren naar die lokale uitvoering. In de afgelopen vijftien jaar - de tijd dat Peter actief was - zijn zo landelijke 'merken' ontstaan als Bibliotheek op school, de online bibliotheek, Boekstart en als laatste de coöperatie Samen Digitaal Innoveren die een landelijk bibliotheeksysteem gaat onderhouden. Peter was bij de ontwikkeling van veel van die landelijke 'merken' betrokken of was zelf trekker van de ontwikkeling.
Het derde deel van het succes gaat over goede inhoudelijke verhalen en aanstekelijke landelijke doelstellingen. Peter legde zelf mede de basis voor de 'Agenda voor de toekomst', één van die goede inhoudelijke verhalen met doelstellingen. Je kon altijd een beroep op hem doen om mee te denken en mee te praten over documenten die opgesteld moesten worden. Of hij nam zelf de pen ter hand en deed voorstellen. En voor goede inhoudelijke verhalen en aanstekelijke doelstellingen is altijd ruimte in onze branche. Want wie met een goed inhoudelijk verhaal komt, treft altijd enthousiaste collega's die graag aan de slag gaan met dienstverlening die echt iets kan betekenen voor burgers.
Geen meter zonder Peter
Maar het laatste en vierde punt is wellicht wel het belangrijkste. Ik noemde dat 'geen meter zonder Peter'. Peter is een sportman en liep - net als ik - menig halve marathon. Wie begint aan een lange hardloopwedstrijd kijkt altijd met enige angst naar de afstand die voor hem ligt. Maar een halve marathon bestaat niet uit 21 kilometer maar uit 21.000 losse meters. De afstand kan namelijk alleen in stappen worden afgelegd.
Of om een bekend citaat aan te halen:
"Many of the great achievements of the world were accomplished by tired and discouraged men who kept on working." — Oscar Wilde
Wie kijkt naar de innovatie en transformatie van bibliotheken in de afgelopen vijftien jaar kan niet anders dan constateren dat dat stap voor stap is gegaan. Maar wel op alle plekken en door iedereen tegelijk. Dat lukt alleen als velen samen constructief vooruit willen. Soms moet je dan over je eigen schaduw heen stappen om samen meer te bereiken dan alleen. Elke dag weer. Meter voor meter. Daarmee ontwikkelden bibliotheken een enorme kracht.
Met de vele rollen die Peter speelde wist hij zo op vele plekken velen te inspireren om al die stappen mee te zetten.
Is het genoeg?
Dat weet niemand.
Zijn we er?
Nee, nog lang niet. Er gaan nog veel stappen volgen. Meter voor meter gaan we verder.
Kunnen we het?
Daar zou ik niet over twijfelen. Deze sector heeft dat meer dan aangetoond.
En Peter?
Peter had er een stevig en positief aandeel in. Elke dag maakte hij meters voor de innovatie van de sector. Altijd gericht op gezamenlijk belang. Meter voor meter zorgde hij voor kilometers. Zijn hoofdfunctie legt hij misschien neer maar ik weet zeker dat hij in tal van nevenfuncties verder gaat. En dat past hem: een onvermoeibare netwerker.
Maar voor nu: Peter, namens de sector, bedankt!