dinsdag 28 februari 2012

Nieuwe CBS-statistieken: even lezen en weer snel aan de slag

Dia3

De afgelopen week las ik nieuwste reeks CBS-statistieken over Openbare Bibliotheken. Anderhalf jaar geleden stond ik al wat langer stil bij deze statistieken onder de titel: Vijf feiten om van te schrikken.

De oude bibliotheek verdwijnt
In de bovenstaande grafiek zien we dat leden en uitleningen de afgelopen tien jaar een dalende trend laten zien. En laat ik er dan bij zeggen dat in veel bibliotheken van die uitleningen ook nog eens circa 20% een internetverlenging is geworden.

Hoewel er enkele groeigemeenten en zelfs enkele groeiprovincies zijn, geeft iedereen toe dat het bestaande concept van de uitleenbibliotheek bezig is te verdwijnen. Is dat erg? Nee, dat is niet erg. Als je maar weet waar je in de toekomst naar toe wilt. Weten we dat? Soms wel, soms niet. De bereidheid van een gemeente om een bibliotheek te financieren heeft niet alleen te maken met het aantal leden en uitleningen. Sterker nog, juist bij bezuinigingen vragen gemeenten zich opnieuw af waarom ze ook al weer een bibliotheek subsidie verstrekten.

Dat de oude bibliotheek bezig is te verdwijnen is overigens geen reden om er niet meer in te investeren. Het is nog steeds de meest gebruikte culturele instelling van Nederland. Daar ga je voorzichtig mee om en is ook niet zo maar weg.

Dia1


Kinderen worden echt speerpunt
Een tweede grafiek die ik uit de CBS-cijfers kan halen is de volgende. Die laat zien dat het aantal volwassen leden is gedaald maar dat het aantal jeugdleden is gestegen. En momenteel hebben we meer jeugdleden dan volwassen leden. Wij zijn dus meer een instelling voor kinderen dan voor volwassenen geworden.

De ontwikkelingen rond Biebsearch en Bibliotheek op school sluiten daar erg op aan. Als ik me niet vergis worden kinderen, leesbevordering en mediawijsheid een belangrijke legitimatie gaan worden voor toekomstige subsidie.

Dia2


Meerwaarde voor volwassenen
Een laatste statistiek is de volgende. Die geeft aan wat de ontwikkeling is geweest van onze subsidie en de inkomsten van gebruikers. De inkomsten rond subsidies hebben geen gelijke tred gehouden met de stijging van subsidies. Hoewel we in deze grafiek nog niet zien dat het totaal aan subsidie daalt, zal dat de komende jaren een neergaande lijn laten zien.

In 1999 werd er 27 euro per volwassen lid bijdragen aan de bibliotheek. In 2010 was dat 38 euro. Ik voorspel dat deze bijdrage binnen vijf jaar naar rond de 50 euro zal gaan. Het zal een logische consequentie zijn van de bezuinigingen.

Tegelijkertijd zal de bibliotheek zich ook voor volwassenen opnieuw moeten uitvinden. En dat terwijl we allemaal steeds kritischer consumenten zullen worden. Grote vestigingen zullen zich steeds meer als een een verblijfsplaats en cultuurmagneet ontwikkelen. Kijk maar naar Almere, Delft en Amsterdam. In die bibliotheken zie je dat er ook al veel meer gebeurt dan alleen uitlenen. Het worden veblijfs- en ontmoetingsplaatsen met veel activiteiten. Er wordt een nieuwe meerwaarde gecreëerd en volwassen gebruikers zullen daar iets meer voor gaan betalen.

vestigingen-servicepunten-zelfbedieningsbibliotheken

Wat mist bij het CBS
Het CBS is een trouwe verzamelaar van gegevens maar drie soorten gegevens worden nog node gemist in de overzichten. En het zou wel aardig zijn om die van nu af aan mee te nemen in de overzichten.

Op de eerste plaats is er geen enkel digitaal cijfer te vinden. Hoe vaak zijn we op internet geraardpleegd, hoe vaak is er gezocht in onze zoekmachines en wat is er digitaal geconsumeerd.

Op de tweede plaats ontbreken gegevens over het aantal vestigingen. Het spreidingsbeleid zal de komende jaren onder druk komen te staan. Her en der zijn daar wel goede antwoorden op te vinden door allerlei vormen van samenwerking. Daarom is het aardig om bovenstaande grafiek van het SIOB nog eens te bekijken: we hebben minder vaste vestigingen maar steeds meer servicepunten en zelfs al een klein aantal zelfbedieningsbibliotheken. Per saldo zijn we op steeds meer plaatsen.

Op de derde plaats mist elk gegeven buiten de uitleenbibliotheek: klassebezoeken, lezingen, cursussen en nog zo wat cijfers. Wie daar nog een goed overzicht voor weet, doet me daarmee wel een plezier.

Niet schrikken, aan de slag
Zijn de cijfers schrikken? Nee. Het geeft aan dat we tempo moeten maken.

Tempo met de samenwerking met het onderwijs.
Tempo met de ombouw van grote vestigingen tot cultuurmagneten.
Tempo om rond kleine vestigingen een slim spreidsingbeleid te voeren.
En tempo met de digitale bibliotheek.

En dan de bezuinigingen ook nog eens zo gebruiken dat je samen met de gemeente uitkomt op dat tempo.

Niet in de koplamp blijven staren maar aan de slag. Er is genoeg te doen en genoeg te winnen.

zaterdag 25 februari 2012

Autoverkopers

De afgelopen week reed ik door een grote stad. Voor mij reed een oude Fiat Panda. Het favoriete boodschappenautootje. Rood. Vaal rood. De auto is zwaar beladen en helt stevig aan de achterkant. Ik haal in en zie vijf bejaarde Turkse mannen in klederdracht. Twee voorin en drie stevig op de achterbank gepropt. Zwaar in discussie. Snelheid: 30 kilometer per uur. Even schiet het door mij heen dat er een schaap in de kofferbak kan zitten.

Even later word ik gesneden door een nieuwe Porsche Cayenne. Mooi donkerblauw. Verderop staan we naast elkaar bij het stoplicht. Achter het stuur een jonge moslima, geheel gesluierd met prachtig gekleurde satijnen doeken. Bij groen schiet ze weg.

Ver voor mij rijdt een zwarte Opel Astra die stopt bij een bushalte. Ik nader de Opel. Er stapt een man uit in carnavalspak. Verkleed als kuiken. Naast zijn auto begint hij te kotsen.

Ik moet u overigens bekennen dat ik vaak zing in de auto. Ongegeneerd. Zo ook in deze stad. Bij het laatste stoplicht voor mijn bestemming, kijk ik naar de oude grijze Mercedes naast me. Nog luid zingend. Een oude stijve blanke vrouw kijkt me aan. Ik voel me betrapt. Om me niet te laten kennen zwaai ik vrolijk naar haar. Strak kijkt ze voor zich uit. Ze weet zich geen raad.

Autoverkopers zijn de stille kracht achter integratie.

donderdag 23 februari 2012

Een social-media-team voor alle bibliotheken?


Vanochtend voerde ik een gesprek met een aantal bibliotheekvrienden die ik al een tijdje niet had gezien. Die vertelden mij het verhaal hoe KLM bezig was met sociale media. Dat bracht ons uiteraard bij bibliotheken en wat zij doen met sociale media. Zit daar al een beetje lijn in?

We kunnen constateren dat er veel gebeurt. Er zijn veel facebook- en hyvespagina's. Er zijn veel twitterende bibliothecarissen. Er zijn een aantal mooie bibliotheekblogs en een aantal bibliotheken heeft een paar leuke acties gevoerd met Twitter. Dankzij de vele cursussen 23dingen zijn we een redelijk mediawijze sector.

Van processen naar belevenissen
Toch hebben velen het gevoel dat er nog niet een echte lijn in zit. En dat is op zich ook niet zo erg. Vele sectoren worstelen nog met die vraag. In dat gesprek kwamen we terug op de Customer Activity Cycle. Een begrip dat we in Overijssel altijd als uitgangspunt hebben gebuikt bij de opzet van onze website. Die customer activity cycle gaat er vanuit dat je je kernprocessen verrijkt waardoor het niet alleen functionele handelingen zijn (een boek lenen) maar waardoor het een belevenis wordt (leesplezier).

Bibliotheken zijn van oudsher sterk in het organiseren van hun eigen kernprocessen: zoeken en uitlenen. In de afgelopen tijd hebben we daar bij onze websites een aantal winkeltechnieken aan toegevoegd zoals veel titels frontaal tonen op de eerste websitepagina. Maar om nou te zeggen dat we er al leesplezier van hebben gemaakt, is ook weer niet waar. We hebben dus nog wel wat te doen.

De kracht van sociale media zit niet zozeer in onze kernprocessen maar in het aangaan van relaties met onze klant en het creëren van communities. Sociale media zijn in staat om van die kernprocessen te verrijken en er een belevenis van te maken. Het gaat niet alleen om uitlenen maar ook om de verhalen er om heen. Verhalen over literatuur, muziek, cultuur, onderwijs en ga zo maar door.

Hoe? Dat weet ik ook niet precies. Maar dat het die kant op gaat, weten we zeker. En in zekere zin gaan we hier dus alleen werkenderwijs achter komen. Met vallen en opstaan.

Twitter houdt niet op bij de gemeentegrens
Tegelijkertijd constateerden we dat het vreemd zou zijn als één bibliotheek dit voor één plaats zou gaan doen. Het kenmerk van sociale media is toch vooral dat dit over alle grenzen heen gaat en zich snel overal kan verspreiden. Aan de andere kant heeft elke bibliotheek een lokale taak. Dus ja, hoe doe je dat?

Ook weten we dat geen enkele afzonderlijke bibliotheek in staat is om genoeg capaciteit vrij te maken om dag en nacht dit experiment aan te gaan. Wie durft het aan om 10 mensen fulltime op sociale media in te zetten en communities te onderhouden? En volgens mij gaat het hier ook niet zozeer om de formele inzet maar meer om die enthousiaste 2.0-figuren op een goede manier met genoeg vrijheid de ruimte te geven en die energie te bundelen.

Experiment?
Kun je met meerdere bibliotheken zo'n experiment aangaan? Niet weten waar je precies uit komt maar de wetten van de sociale media volgen: aangaan van relaties, co-creatie stimuleren en zo van onze kernprocessen een belevenis maken.

Zie hier in de kern de opzet van iets wat wel eens een idee zou kunnen worden voor het Innovatielab. Ik geloof dat we dat maar eens moeten gaan onderzoeken. Ik deel het maar met u. Dat hoort ook bij sociale media: iets hoeft niet af te zijn om het toch te delen.

Zie ik ergens een belangrijk initiatief over het hoofd dat er al is? Suggesties en best practices zijn welkom. Wordt ongetwijfeld vervolgd.

vrijdag 17 februari 2012

The school of life : ideeën voor het alledaagse leven

Veel bibliotheken denken na over de rol die ze in de toekomst zullen hebben. Van uitlenen zullen we steeds meer gaan naar het ondersteunen van burgers in de samenleving. Ooit bedacht ik daarvoor de term: "de universiteit van de straat". De bibliotheek dus als plek waar je alles kunt leren voor het leven.

Een tijdje geleden al wees Joyce Sternheim, mijn collega bij Biblioservice Gelderland, mij al op de School of Life. En onlangs nam ik een kijkje op hun website. En ik was eigenlijk wel erg onder de indruk van de praktische cursussen die ze geven: hoe word ik een betere vriend?, hoe blijf ik kalm?, hoe zorg ik voor balans tussen werk en privé en zo nog een rijtje.

Een prachtig initiatief. Dit mag van mij prima als voorbeeld dienen voor de rol die Openbare Bibliotheken mogen spelen in volskverheffing. Natuurlijk samen met andere partners in je werkgebied. Een soort Volksuniversiteit 2.0.

Inspirerend voorbeeld om snel eens te bekijken.

dinsdag 14 februari 2012

Liefde in tijden van internet


Vandaag is het Valentijnsdag. Volgens sommigen een grote commerciële truc, volgens anderen een soort nationale feestdag van de liefde. Wat je er ook van vindt, velen zullen erkennen dat die liefde de laatste jaren flink onderhevig geweest aan verandering. Documentairmaker Bram van Splunteren van de VPRO maakte er in 2010 een documentaire over: "Liefde in tijden van internet".

Hij interviewt stellen die verslaafd zijn aan hun smartphone, een jongen die een datingsite gebruikt voor one-night-stands, twee jongens die een flirt-app hebben gebouwd en aan het eind van de documentaire duikt er een heuse digitale Cyrano op. En hoe dat afloopt, vertel ik lekker niet.

Bram van Splunteren schetst een mooi tijdsbeeld. Voor wie al verslingerd is aan de smartphone of voor iedereen die gewoon eens wil weten wat er tegenwoordig allemaal gebeurt. De hele documentaire kunt u hier bekijken maar u moet er wel anderhalf uur voor uittrekken. En dat is voor mensen met een smartphone zoiets als een half mensenleven.

zondag 12 februari 2012

De vele rollen van onze Renze...


Even wat anders dan dat gezeur over die eBooks. De drummer van ons jazzbandje - Renze Koenes - vervult vele rollen. Op woensdagavond is hij drummer. In het weekend en 's nachts is hij echtgenoot. Een aantal dagen per week is hij docent en op donderdag is hij kunstenaar. En hij is niet alleen kunstenaar maar ook nog eens cameraman, editor en producer getuige dit filmpje. Hij legde me uit hoe hij deze filmpjes maakte en eigenlijk is het verbluffend eenvoudig. Wat ik maar zeggen wil: iedereen kan tegenwoordig zo'n filmpje maken.

Alleen, hij tekent dit dus in een kwartier. En dat is natuurlijk om jaloers op te worden. Ik vrees overigens de dag dat hij trompet leert spelen. Want tegen zo'n multitalent leg ik het natuurlijk direct af.

Meer werk van Renze vind je hier.

vrijdag 10 februari 2012

Waarom we boeven zijn...

MORE BEER

Hoe je als een simpele bibliothecaris een storm in een glas water kunt veroorzaken heb ik de afgelopen dagen wel ondervonden. Ik publiceerde een scherpe column over uitgevers en eBooks. Daarin noemde ik de uitgevers boeven. En ik weet nu al dat ik vast weer een paar keer mijn excuses moet aanbieden. Daarom maar eens wat uitleg bij de "boeven". Nu we weer wakker zijn, nu maar weer eens wat nuance.

Even een stukje geschiedenis
Op de eerste plaats (voor de uitgevers onder ons): ik ben geen onderhandelaar namens de bibliotheken. Ik ben een betrokken en vaak geduldige bibliothecaris met misschien wat meer contacten her en der dan gemiddeld. Op de tweede plaats: ik loop al een tijdje mee en heb de discussie rond eBooks met belangstelling gevolgd. Precies twee jaar geleden publiceerde ik de eerste en de tweede rede van Van Swelmen over eBooks. Dit naar aanleiding van een Overijsselse conferentie over eBooks. In mei 2010 schrijf ik uitgebreid over het TNO-rapport over eBooks . Daar bepleit ik dat er flink extra geld nodig is. Opmerkelijk: de bedragen die ik daar noemde lijken verdacht veel op de bedragen die uit het gemeentefonds gehaald gaan worden. Maar dat is ongetwijfeld toeval.

In 2011 kwam het bericht dat de uitgevers met een eigen platform voor eBooks zouden komen. Dat platform zou in april 2012 klaar zijn. De bibliotheken worden in dat plan van aanpak trouwens niet genoemd. In de zomer lees ik het opmerkelijke bericht dat de uitgevers met de bibliotheken de gesprekken afzeggen. Even later mogen de bibliotheken toch weer aanschuiven. Daar is dan al wel wat gekrakeel aan vooraf gegaan.

Welke hoed en welke rand?
Edwin Mijnsbergen schrijft in zijn reactie op mijn column dat waar rook is, toch ook ergens vuur moet zijn. Tegelijkertijd zegt hij niet van de hoed en de rand te weten. En dat weet ik dus ook niet. In een notendop schets ik hierboven de geschiedenis die iedereen kan weten. En natuurlijk zijn er vast een hoop gesprekken gevoerd achter gesloten deuren. Laten we zeggen dat waar we nu staan het maximaal haalbare was.

Koepel of afzonderlijk?
Verder kan ik uit alle informatie halen dat bibliotheken tot nu toe een koninklijke weg hebben bewandeld. Ze hebben telkens met de koepel van de uitgevers gepraat (GAU). Die koepel is natuurlijk een mix van uitgevers met koudwatervrees en uitgevers die de digitale wereld helemaal zien zitten. Wie met bibliotheken gaat praten kent ook bibliotheken met digitale koudwatervrees en bibliotheken die graag de digitale snelweg op gaan.

De vraag is of je niet gewoon moet starten met alleen de uitgevers die graag willen. Maar dan gaat daar natuurlijk ook het geld naar toe. Dus maar van start met wie wil?

Wie gaat inkopen?
Tot nu toe hebben bibliotheken veel profijt gehad van de inkoopcommissie onder leiding van Hans van Velzen. Maar in dit stadium moet je je afvragen of de inkoopcommissie inderdaad niet wat ondersteuning kan gebruiken. Stel dat je afspraken met veel uitgevers moet maken? Dat zal nog wel een aardige klus zijn? En wie gaat bepalen welke titels we graag willen hebben? Ik neem aan dat de inkoopcommissie niet zelf de digitale aanschafinformatie gaat doornemen. Dus volgens mij zou je hier goed een advies kunnen gebruiken van de bibliothecarissen in Nederland.

NBD|Biblion
Verder onderschatten we denk ik als bibliotheken de rol van de NBD|Biblion. Dat is namelijk de partij die voor ons alles inkoopt op gedrukt gebied. En daarmee een speler van belang richting uitgevers. NBD|Biblion kan bibliotheken goed helpen met deze positie. De onderhandelingen die zij voeren voor gedrukte boeken zou je kunnen doortrekken naar eBooks. En mijn oproep is dan ook vooral om als branche ons de kaas niet van het brood te laten eten en dat het wellicht nodig is om - als je echt resultaat wilt - ook wat druk uit te oefenen.

Rechtenvrije eBooks
In de column stel ik aan de orde dat we als branche ook nog steeds niet echt doorbreken met rechtenvrije eBooks. Dat punt laat ik hier staan. Misschien een idee om de nationale bibliotheekcatalogus straks wel daar helemaal mee gevuld te hebben?

Kortom, ik kan makkelijk schrijven over de uitgevers. Ook als bibliotheken hebben we het nodige te doen en hebben we iedereen nodig.

Waarom we boeven zijn
Ik durf niet te zeggen sind welk jaar ik in mijn werkplannen schrijf dat ik dit jaar toch echt verwacht dat thuisgebruik van bestanden echt zal doorbreken (u mag raden). Eerst ging dat alleen over informatiebestanden en nu gaat dat over eBooks. Als ik het goed begrijp wordt er nu twee jaar gepraat over die eBooks. Laten we zeggen dat de echt grote doorbraak nog moet komen.

Het punt dat ik maar wil maken: eigenlijk hebben wij die tijd niet. De uitgevers niet en de bibliotheken. En zo stelen we elkaars tijd en toekomst. En dat is een brute daad.

En daarom zijn we boeven.

Foto: Nubiu

dinsdag 7 februari 2012

"Geen Aziaten in de bieb!"


"Geen Aziaten in de bieb en op de campus!" Dat was de oproep van Alexandra Wallace, studente aan de universiteit in LA. Deze studente politicologie riep in maart vorig jaar in een tirade van drie minuten op om Aziaten de toegang tot de universiteitsbibliotheek te ontzeggen. In haar eigen woorden wordt ze ziek van al die Japanners die continu zitten te bellen met hun door de tsunami getroffen familieleden.

Hi. In America we do not talk on our cell phones in the library...I'll be typing away furiously, blah blah blah, and then all of the sudden, when I'm about to, like, reach an epiphany, over here from somewhere, 'OHH Ching chong ling long ting tong? OHH'

En hoe makkelijk kunnen we de woorden van Alexandra plakken op de Nederlandse politieke situatie? De reacties op haar oproep waren niet mals. Ze werd al snel met de dood bedreigd. Alexandra maakte haar excuses maar had haar punt al gemaakt. Kwade tongen beweren dat deze video een prima stunt is van iemand die studeert aan de faculteit politicologie.

Hoe intolerantie, intolerantie oproept. En hoe terugslaan dus ook niks oplevert. De mooiste reactie die ik tegenkwam is onderstaande video. Waarin een lieve Aziaat uitlegt wat 'OHH Ching chong ling long ting tong? OHH' betekent. Terugslaan met liefde en humor. Laten we die maar eens vasthouden voor Nederland.

donderdag 2 februari 2012

Wat binnen zes jaar verdwenen is...


Het Centrum voor de Ontwikkeling van Creatief Denken publiceerde een mooi overzicht van handige trendkaarten. Voor iedereen die wel eens in de toekomst moet kijken is dit een mooi overzicht. In dit overzicht vond ik ook bijgaande filmpje met dingen die de komende zes jaar gaan verdwijnen. En ik denk dat ze er niet ver naast zitten.