donderdag 28 november 2019

Forum Groningen: Zeldzaam goed doordacht concept met gebalanceerde variëteit aan functies


Een tijdje geleden mocht ik al eens kijken in het lege gebouw van Forum Groningen. En toen schreef ik er al enthousiast over. Vanavond is een opening met bobo's en vrijdag gaat het Forum open voor publiek. Jaren van wachten wordt dan beloond. Het is letterlijk een knots van een gebouw. Een beetje stug zelfs van de buitenkant. Maar van binnen?

Dinsdagavond was al een opening voor niet-bobo's en daar was ik bij. Sommige mensen verweten mij dat ik het Forum al te veel prees voordat het open was. Sterker: voordat het ingericht was.

Maar ik kan u vertellen, ik was er dit keer toen het klaar en ingericht was en ik was niets van mijn enthousiasme kwijt geraakt. Ik ben niet zo snel onder de indruk van een gebouw maar het Forum is zo'n gebouw dat je van de sokken blaast met een veelheid aan indrukken.


Wat zit er in het Forum?
Okee, even bij het begin beginnen Deckers..... Wat zat er ook al weer in het Forum? Het Forum Groningen is letterlijk een knots van een gebouw. Over de vorm en uiterlijk wordt in de stad nog flink getwist. Maar het telt tien verdiepingen, herbergt vijf filmzalen, twee expositieruimtes, story world (het voormalige stripmuseum), de VVV en een bibliotheek (die eerder al de Volksuniversiteit had overgenomen).

Het Forum is een organisatie die een aantal jaren geleden al fuseerde maar nog wel op verschillende locaties  verbleef. Maar die vroeg fusie blijkt bij de inrichting van dit pand een gouden greep te zijn geweest. Organisaties zijn daardoor al aan elkaar gewend en inrichting is dan ook zodanig dat de functies vloeibaar in elkaar over gaan.Het pand zal dagelijks open zijn van 9 uur 's ochtends tot ergens in de nacht. Als de laatste film of voorstelling is afgelopen sluit het pand. Fantastische openingstijden dus.

Naast deze functies kent het op drie plekken een horecabedrijf: op de begane grond met terras, een bar bij de filmzalen en een bar-restaurant op het dakterras.

Het pand wordt doorsneden met veertien roltrappen wat gelijk een enorm gevoel van ruimte geeft. Je kijkt prachtig door het pand en de roltrappen zuigen je als het ware het pand in.

Bibliotheek




De eerste bibliotheek die je tegen komt is de jeugdbibliotheek. Waar andere bibliotheken een glijbaan kregen, kreeg het Forum een hangnet waarbij kinderen boeken kunnen lezen terwijl ze boven de boekenkasten hangen - een lees/loungnet.  Iets verderop een prima lab met 3D-printers, green screens en dito programmering. Niet te groot, niet te klein, precies passend bij het gebouw naar mijn gevoel.


Andere bibliotheekafdelingen zijn gedrapeerd als het ware rond de andere functies. En dat gaat heel natuurlijk zonder dat de bibliotheekfunctie verdwijnt of naar de achtergrond gaat. Dat vind ik echt ontzettend knap gedaan. De functies zijn ontzettend goed uitgebalanceerd ten opzichte van elkaar. Daarbij moet ik aangeven dat de expositieruimtes (ter grootte van een middelgroot museum) en de Story World nog niet open zijn. Die volgen nog.


Eén van de meest fascinerende plekken was wel de klassieke bibliotheek met heus poolbiljart, met drankkastje en een opgezette raaf waardoor je je in een Zweinsteinachtige 'man-cave' waande. Het gebouw met vele vloeren en hoeken en gaatjes en zal qua toezicht nog wel een uitdaging zijn.  Daar helpt denk ik maar één remedie tegen: veel bezoekers.  Op de avond dat ik er was waren er zeker 500 mensen in het pand en behalve bij de horeca oogde het toen nog verre van druk. Het pand heeft dus een enorme capaciteit. 


Verblijfsfunctie
Het pand kent een grote rijkdom aan werk- en verblijfsplekken. Veel fauteuils en banken maar ook werkplekken voor groepen op individuen. Vaak bij het raam gepositioneerd zodat er eigenlijk altijd van prachtig uitzicht valt te genieten. 

Het feit dat de horeca op drie plekken in het gebouw zit maakt dat verblijven denk ik nog aantrekkelijker. 


Aarhus revisited
Als ik één ding zie in het Forum van Groningen is wel de parallel met Dokk1 in Aarhus: beide gebouwen zijn ingericht om studenten maar ook hele gezinnen langdurig te kunnen laten verblijven. Het is letterlijk een warenhuis waar verschillende gezinsleden zowel samen als apart dingen kunnen doen. Ik hoop dan ook van harte dat Storyworld meer wordt dan een museum maar dat dit actief mee gaat lopen in de programmering van het gebouw. Maar als ik zien hoe de rest van dit gebouw in elkaar is gestoken dan moet dat toch haast goed komen. 

Het toetje: het dakterras


De bovenste verdieping kent een lounge- en clubachtige horeca. Met achter die horeca een klein amphitheater. Hier kun je in de zomer in de buitenlucht nog films draaien. En wie op de bovenste ring van dit theater staat, heeft het mooiste uitzicht over Groningen. Met een drankje in de hand, hier je dag afsluiten nadat je een lezing hebt gevolgd of een film hebt gezien. En dan weten dat je de volgende ochtend om 9 uur alweer terug kunt komen...

Ondanks het feit dat Storyworld en de expositieruimte - geloof me, dat gaat echt nog iets bijzonders worden -  nog niet open zijn, maakt dit gebouw op mij al een verpletterende indruk. Groningen is een warenhuis van de verbeelding rijker. Complimenten aan allen die eraan werkten. Een zeldzaam goed doordacht concept met gebalanceerde variëteit aan functies. Een knots van een gebouw, hard van buiten maar zacht van binnen. Misschien wel een beetje zoals de meeste Groningers.

En mijn felicitaties aan de inwoners van Groningen!

dinsdag 26 november 2019

Welke bibliotheek heeft de meeste leden? : Deel 1 van 5 over de Best presterende bibliotheek van Nederland


Daar zijn ze weer! De Koninklijke Bibliotheek maakte afgelopen week de nieuwe cijfers bekend over bibliotheken in Nederland. Een moment waar ik elke keer weer naar uitkijk en op twitter werd zelfs al weer gevraagd om de eerste lijstjes.

En ik ga u niet teleurstellen: ook dit jaar zal ik in vijf artikelen bekend maken wat de best presterende bibliotheek van Nederland is. Vorig jaar mocht Hoogeveen zich de best presterende bibliotheek van het jaar noemen. Sleept Hoogeveen dit jaar weer die prijs in de wacht of ma iemand die titel overnemen?

De kengetallen van de Deckers-index
Ik ga dat doen langs vier lijnen zoals ik in de vorige twee jaren heb gedaan. Samen vormen ze - niet van ijdelheid gespeend - de Deckers-index. De vier indicatoren die ik langs loop zijn: het aantal bezoekers, het aantal leden, het aantal uitleningen en het aantal activiteiten. De absolute cijfers zijn natuurlijk onvergelijkbaar: Amsterdam leent meer uit dan Staphorst. Daarom maken we er kengetallen van. Bij leden kijken we naar het percentage inwoners dat lid is, bij uitlenen naar uitleningen per lid, bij bezoekers naar het aantal bezoeken per inwoner en bij activiteiten naar activiteiten per 1.000 inwoners.  Ik heb de lijst nu een aantal keren gemaakt en het is mij opgevallen dat het een bibliotheek nog flink wat moeite kost om op alle fronten goed te scoren.

Maar genoeg gedraald: kom op met die lijstjes! Dat doen we en we trappen af met het aantal leden.

De top-15 'Wie heeft de meeste leden?'
Ook dit jaar staat Stadkamer Zwolle weer bovenaan deze top-15. Met 35,4%  van de bevolking die lid is van de bibliotheek. Het geheim van Zwolle zit in afspraken met scholen. Van 45.000 mensen die in Zwolle lid zijn, gaat het om 35.000 jeugdabonnementen. Dit zijn afspraken met basisscholen, middelbare scholen en ROC's. Wie naar de cijfers in Zwolle kijkt ziet ook dat er jaarlijks ruim 10.000 jeugdabonnementen worden uitgeschreven en weer opnieuw ingeschreven. Dat heeft alles te maken met die afspraken met scholen.  Zwolle daalde overigens wel iets in bereik. Over 2017 tekende men een score van 36,9% lid.

Hengelo groeide nog wel iets (van 33,9% in 2017 naar 34,8% in 2018) en schuift door naar een tweede positie in deze lijst. Zij plussen met een kleine 800 jeugdleden en blijven stabiel in hun volwassen leden. En doordat twee nummer twee en drie van vorig jaar een stapje terug doen eindigt Hengelo op nummer twee. Bij de Zeeuwse Bibliotheek gaat dat om kleine verschuivingen maar bij de de Bibliotheek voor de Zaanstreek gaat het om een terugval met enkele procenten. In de onderliggende cijfers kan ik daar zien dat men daar veel minder jeugdleden had in 2018 ten opzichte van 2017. Dat zou kunnen duiden op het wegvallen van een afspraak met scholen of een andere opzet van bibliotheek op school. Maar ik ken de details hierachter niet.

Op positie vier een opvallende stijger: Arnhem. Stond vorig jaar nog dertiende met 28,4% van de inwoners die lid zijn en dit jaar meldden ze zich met 31,4%. Een opvallende stijging. Naast een stijging van de betalende leden - en dat is een knappe prestatie - zit hier de sterkste stijging ook bij de jeugd. Ook hier werpt samenwerking met onderwijs zijn vruchten af.

Op nummer 12, 13 en 14 komen we nog drie nieuwkomers in de lijst tegen: Brummen-Voorst, Katwijk en Gooi en Meer.  Bibliotheken die vorig jaar net buiten de top-15 vielen en doordat zij hun aantallen goed op peil wisten te houden en anderen daalden, staan ze nu in de top-15. Een mooie verdienste.

Beeld in heel Nederland
Over het geheel in Nederland daalde het aantal leden.  Bibliotheken verloren een half procent en zakten van 21,8% naar 21,3%. Het totaal aantal leden daalde van 3,70 miljoen naar 3,63 miljoen. Een daling van 70.000. Het aantal volwassen (en betalende) leden daalde van 1,37 miljoen leden naar 1,34 miljoen leden. Een daling van 30.000.

Het aantal kinderen dat lid was daalde van 2,33 naar 2,29 miljoen leden. Een daling van 40.000.  Voorgaande jaren steeg het aantal jeugdleden en daalde het aantal volwassen leden. Over 2018 daalde ook het aantal jeugdleden toch weer.  Er zijn stemmen die zeggen dat dit komt door de nieuwe AVG-regeling. Deze maakt het omslachtiger om makkelijk leerlinggegevens te importeren naar bibliotheeksystemen.

Een kleine analyse laat dus zien dat stijgers vooral plussen op jeugdleden en dat daar ook hun strategie zit. Uitzondering is Arnhem waar we ook een redelijke stijging van volwassen leden zien. Ik heb zo een vermoeden dat daar meer is ingezet op marketing en promotie van abonnementen.

Op naar de volgende lijsten. De volgende keer een hele klassieke: over uitleningen! Stay tuned!

woensdag 20 november 2019

Drie keer zeven magere jaren voor bibliotheken en drie manieren om ermee om te gaan


Een tijdje geleden schreef ik hoe lang er al bezuinigd wordt op bibliotheekwerk. Daar had ik toen bijgaande plaatje bij. Van de bankencrisis vielen we in de gemeentecrisis en beide keren waren bibliotheken aan de beurt om geknipt en geschoren te worden. En we zijn met die bezuinigingen nog niet aan het eind getuige een recent onderzoek van de Vereniging van Openbare Bibliotheken. Deze geeft aan de ongeveer een derde van alle bibliotheken ook bezuinigingen aangezegd heeft gekregen voor gemiddeld 4,2%

 In zeven jaar tijd daalde de subsidie met ongeveer 15%. Die 15% is gemiddeld. Want er zijn bibliotheken die de relatieve 'mazzel' hadden op de nullijn te blijven maar dat betekent dat er ook bibliotheken waren die 30%, 40% of zelfs 50% subsidie verloren.

Een weinig rooskleurig beeld voor iemand als mijzelf die toch vaak optimistisch is. Maar ik ga nog een stapje verder. Het is nog erger dan u denkt.....

De gebruikerinkomsten daalden ook met ruim 20%



Naast subsidies worden bibliotheken gefinancierd met bijdragen van gebruikers via contributies en boetes. Op beide vlakken schuift het. Op de eerste plaats is het aantal betalende volwassenleden -  kinderen zijn bijna overal gratis - in de periode 2010 tot 2017 gedaald van 1,9 miljoen naar net 1,4 miljoen leden. Een daling van ruim 35%. Tegelijkertijd hebben veel bibliotheken besloten om de boetes af te schaffen in bibliotheken. Vanuit oogpunt van gebruik natuurlijk heel aantrekkelijk maar ook een financiële aderlating van ongeveer 3% van de totale begroting.

En beide ontwikkelingen zien we terug in de tabel. De gebruikersinkomsten daalden in absolute zin in deze periode van € 71,8 miljoen naar € 58 miljoen. Omgerekend naar bedragen per inwoner over die jaren betekent dat een daling van € 4,33 per inwoner naar € 3,40. Een daling van ruim 20%.

Het aantal betalende leden daalde met 35% en de gebruikersinkomsten daalden met ruim 20%. Dat betekent dat elk lid van de bibliotheek meer is gaan bijdragen. Anders waren de gebruikersinkomsten ook wel met 35% gaan dalen.

Dubbele terugval
Als je beide ontwikkelingen - bezuinigingen op subsidies en terugloop op gebruikersinkomsten - bij elkaar zet, krijg je de volgende ontwikkeling.



Waar in 2010 nog € 32,90 per inwoner binnenkwam bij bibliotheken, was dat in 2017 gedaald naar € 27,71. Een daling van ongeveer 16%. Gemiddeld.... lokaal kunnen daar zeer forse verschillen in zitten.

Minder geld en meer gaan doen
Hoewel bibliotheken wel minder uitlenen zijn ze toch niet bepaald minder gaan doen. Duizenden schoolbibliotheken zijn gestart en in elk bibliotheek is een taalhuis en vaak zelfs een heel programma aan basisvaardigheden. Maar ja, daar zaten duidelijk nog geen nieuwe gebruikersinkomsten bij of substantiële andere bijdragen. En ook de gemeentelijke subsidies zijn dus nadrukkelijk niet aangepast op die nieuwe taken.

Nee, we hebben niet geklaagd. We hebben ons een slag in de rondte gewerkt. We hebben onszelf opnieuw uitgevonden. We zijn meer open dat ooit. Met meer diensten dan ooit. Met meer waarde dan ooit.

Bij mijn vorige artikel over de zeven magere jaren eindigde ik met een oproep aan overheden en vooral aan gemeenten.  Die herhaal ik hier onverminderd.

Beste gemeenten....
Beste gemeenten: kom bij mij niet meer aanzetten dat wij nog niet naar de kosten hebben gekeken, kom bij mij niet aanzetten dat we nog wel wat meer kunnen doen aan samenwerking en kom bij mij ook niet aanzetten dat wij heel anders naar onze vestigingen moeten kijken. Het zouden terechte opmerkingen zijn als we de afgelopen jaren niet hadden laten zien hoe we dwars door de crisis toch al deze veranderingen wisten te bewerkstelligen.

En beste gemeenten: er ligt een nog een peut werk. Zijn er minder laaggeletterden? Nee. Vraagt u met al uw digitale dienstverlening en minder gemeentebalies meer zelfredzaamheid van uw burgers? Ja. Kunnen ze dat allemaal? Nee. Wie gaat ze dat leren?  De bibliotheken zouden dat graag doen. We staan klaar voor elke burger in elke plaats.

Maar beste gemeente: na vele rondes meer met minder, is het ook gepast om na te denken wat u telkens vraagt van de bibliotheek.

Zo langzamerhand begin zelfs ik - als rechtgeaarde optimist - te denken dat het hoog tijd wordt dat gemeenten extra geld voor bibliotheken beschikbaar gaan stellen. De bibliotheken hebben een forse bijdrage geleverd toen het slecht ging in Nederland. Bibliotheken hebben meebetaald aan de bankencrisis en de gemeentecrisis. We staan klaar voor de toekomst maar denk niet dat het met nog minder geld kan.

Zo eindigde ik mijn vorige blog. En ja, gemeenten hebben ook niet veel geld. En die knokken ook.   Maar ik wil toch wat verder gaan dan in mijn vorige blog. Wat kun je zelf dan toch nog doen als bibliotheek of groep van bibliotheken?

Ik zie drie manieren. En dat zijn geen makkelijke manieren. Want ik ga ervan uit dat u alle makkelijke manieren - meer open samen met partners, bijdragen van scholen, gezamenlijk inkopen, verhoging contributie, slimmer collectioneren en dergelijke - allemaal al hebt gedaan natuurlijk.

Optie 1: Rigoureus samenwerken
Okee, daar gaan we. Rigoureus samenwerken, dat is dus meer dan een ruimte verhuren of hier en daar een spreekuur. Nee, dan gaat het echt over intensieve samenwerking op het niveau van allianties of fusies. Makkelijk? Nee, maar de makkelijke dingen had u al gehad. Zelf het initiatief nemen zet u wel op voorsprong ten opzichte van de gemeente. U kunt namelijk zelf becijferen welke opbrengst samenwerking kan hebben en wat u daarmee extra zou kunnen doen. Als de gemeente begint met zo'n onderzoek is de opgave meestal om 10% of meer aan bezuiniging te vinden. Waarom dan zelf nu niet over die schaduw heen stappen?  Mijn ervaring is dat directeuren achteraf vaak zeggen dat ze dit soort processen eerder en zelf hadden moeten starten. 

Samenwerken kan op lokaal niveau met cultuur- of welzijnspartners. Beide komt voor en is tegenwoordig ook populairder dan nog verder opschalen met nog meer gemeenten. Hoewel voor kleinere gemeenten de bibliotheken Rivierenland en AanZet, denk ik, goede voorbeelden zijn dat ook daar goede oplossingen zijn te vinden.

Optie 2: Burgerkracht
Het moet gezegd: door alle bezuinigingen zijn we met een hernieuwde blik naar burgerkracht gaan kijken. Dat gaat van gastheren en gastvrouwen tot taalmaatjes en ondersteuning bij cursussen. Vaak zoeken we een combinatie tussen professionals en vrijwilligers en vinden we dat de professionals het beleid moeten bepalen en vrijwilligers moeten ondersteunen.

Wie echt op zoek wil naar meer kracht moet wellicht nog een stapje verder gaan. Bij Rozet in Arnhem overlegt de directeur met regelmaat met de vrijwilligers en luistert naar hun adviezen. En kijk bijvoorbeeld eens naar een voorbeeld als Tradeschool dat is een soort Volkuniversiteit voor en door burgers. Je betaalt niet voor de cursussen maar je doet iets terug. Een transactie in natura. Ook Stadkamer in Zwolle kent zo'n model rond het gebruik van ruimtes. Je mag ruimtes gebruiken van Stadkamer als je iets terug doet voor Zwolle.

Vanuit die grondhoudig is burgerkracht niet een ondersteuning van jouw beleid maar faciliteer je burgers om zelf te creëren. Een zeer wezenlijk verschil.

Optie 3: Meer subsidie
Lekker makkelijk hoor, hoor ik u denken: roepen dat er meer subsidie moet komen. Nou, ook dat ligt wel wat genuanceerder. Roepen dat er meer subsidie moet komen is namelijk zeker niet genoeg. U moet dat zelf aantonen. Maar ook hier geldt: vaak beginnen we daar pas mee als de gemeente de bezuiniging aankondigt.

Ook hier geldt dus: eerder mee beginnen. Hoe doe je dat? Nou, je kunt bijvoorbeeld daar onderzoek naar laten doen door onafhankelijk adviseurs. Wie wil, kan ik meerdere namen geven van mensen die dat doen. En zelf zo'n onderzoek doen, geeft ook aan dat je dit probleem zelf uiterst serieus neemt. Ja, dat kost een paar centen maar ook dat geeft aan dat als u zelf van uw schaarse middelen zo'n onderzoek laat doen, het u blijkbaar ook hoog zit.

Overigens kunnen Provinciale OndersteuningsInstellingen hier vaak nog wel hulpvaardig in zijn. Voor het onderzoek zelf zijn ze wellicht niet onafhankelijk genoeg maar  ik heb zelf bijvoorbeeld meerdere malen geholpen bij het maken van factsheets voor bibliotheken over hun opbrengst voor de samenleving. Ook dat soort overzichten hebben we nog niet op de plank liggen.

Zelf zeggen dat je je subsidie wel wilt onderzoeken, is dus ook hier sterker dan afwachten tot de gemeente die discussie start.

Tot slot: subsidies komen uit steeds meer bronnen en worden steeds projectmatiger. Bibliotheken kennen lokale structurele subsidies, vaak incidentele subsidies op programma's, soms provinciale subsidies op innovatie en landelijke subsidies. Bij Rijnbrink werken we met een subsidiecoördinator die met regelmaat allerlei 'potjes' scant. Ik moet eerlijk zeggen dat dat wel loont en dat dat soms ook om forse bedragen kan gaan.

Investeer in de bibliotheek!
Zoals ik al zei: makkelijke wegen zijn het niet want alle makkelijke oplossingen hebben we al gehad. En wellicht heeft u bovenstaande wegen ook al bewandeld. Want wat ik verzin, kunt u zelf natuurlijk ook verzinnen.

Maar bij de pakken neer zitten is wel de slechtste optie, lijkt me. En samen optrekken als stelsel lijkt me ook niet verkeerd. En ook daar zie ik nog wel kansen. Dus kop omhoog en moedig voorwaarts.

Mijn vorige blog over dit onderwerp eindigde ik met deze woorden en die herhaal ik graag:
'Laten dit de zeven magere jaren geweest zijn. Het vet is van de botten. Het wordt tijd om weer te investeren. Investeren in de zelfredzaamheid en regie van onze burgers. Investeer in de bibliotheek!'

zondag 10 november 2019

De stille revolutie van bibliotheken en het kleine wonder van de Veluwe


Ik neem u mee naar twee observaties van de afgelopen week. Omdat in de dagelijkse dingen vaak meer verstopt ligt, dan alleen de dagelijkse dingen. De grotere lijn van de geschiedenis zit verstopt in elke dag.

Observatie 1: het kleine wonder van de Veluwe
Zo was ik woensdag te gast bij drie Veluwse bibliotheken. Drie bibliotheken die intensief met elkaar samenwerken: Brummen-Voorst, Nijkerk en Noord Veluwe. Vijftig medewerkers zaten in een zaaltje in het mooie Oldebroek. Ik legde ze uit dat ik graag iets wilde vertellen over de ontwikkelingen in het bibliotheekwerk maar dat ik dat niet kon doen zonder ook hun eigen verhalen zouden vertellen.

En zo ontstond een genoeglijke ochtend. Een leesconsulent vertelde over hoe ze jongens aan het lezen kreeg, een medewerker die vertelde over ontmoetingsochtenden voor buitenlandse vrouwen en verhalen over 70- of zelfs 80-jarigen die de Digisterkercursussen deden. Samen maakten we rekensommetjes over hoeveel mensen overal mee bereikt werden. En hoe lang deden ze dat al? Soms een paar jaar, soms al jaren. Als je zo met elkaar naar alles keek - en ook zo over een paar jaar heen - dan werden er grote groepen mensen bereikt. En dat praten we niet over bibliotheekwerk in hippe steden met veel geld; nee, dit gaat over bibliotheekwerk in  kleine en middelgrote plaatsen op de Veluwe.

Deden ze dat alleen? Nee, ze deden dit met vele partners, met veel vrijwilligers en met heel veel scholen. Maar die handvol medewerkers zette dat wel allemaal in werking. Zonder die handvol medewerkers was dit allemaal niet gestart. En zo zorgde die handvol medewerkers voor een groot verschil in vele levens. Jongens die zich later nog Mieke zullen herinneren als leesconsulent en zullen zeggen dat ze daardoor zijn gaan lezen.  Een Somalische vrouw die zegt dat ze haar contacten te danken heeft aan de ochtenden in de bibliotheek. En een 80-jarige die dankzij de vrijwilligers van Seniorweb nu zelf haar bankzaken kan doen.

Ik hoor u denken? Is dat bijzonder? Ja, dat is bijzonder. Het bibliotheekwerk heeft dit de afgelopen jaren stilletjes op alle plekken in Nederland geregeld. En zo kom ik bij mijn tweede observatie.

Observatie 2: het guerillaleger van Basisvaardigheid
Op donderdag liep ik rond bij de landelijke dag voor basisvaardigheden. Zo'n 400 bibliotheekmedewerkers, directeuren, medewerkers van taalhuizen maar ook welzijnswerkers, een enkele wethouder en medewerkers van partijen als SVB, CAK of CBR waren aanwezig.  Met mijn ervaring van die Veluwse bibliotheken in mijn achterhoofd keek ik eens naar die 400 medewerkers. Want achter die 400 medewerkers in die zaal in Apeldoorn zaten natuurlijk nog veel meer medewerkers die die dag gewoon aan het werk waren. Sterker: terwijl deze mensen in die schouwburgzaal zaten, werden er in heel Nederland gewoon Klik-en-Tik-cursussen gegeven, liepen er overal leesconsulenten rond, en waren taalmaatjes gewoon bezig om laaggeletterden te helpen met taal.

Achter die 400 medewerkers in die zaal zaten honderden zo niet duizenden samenwerkingspartners in Nederland. En tienduizenden vrijwilligers. In een aantal jaren hebben de bibliotheken samen met hun partners een guerillaleger van basisvaardigheid gebouwd. Elke dag worden er honderden, zo niet duizenden burgers, door ons geholpen.

En hoe lang doen we dat al?
Weet u eigenlijk hoe lang we dat al doen? Op mijn computer vind ik bestanden terug uit 2015. Ik ondersteunde toen een club van mensen van de Koninklijke Bibliotheek en POI's die samen het landelijk team Basisvaardigheden op wilden zetten. Onder aanvoering van mensen als Maaike Toonen en Nicoline Hendriks. Eerste doel was om overal in Nederland taalhuizen op te richten. Het was nog maar een jaar na het verschijnen van het rapport Cohen. En een jaar later, inmiddels 2016,  waren we al met zijn allen bezig met samenwerking met de Belastingdienst, om maar wat te noemen.

Zo kort geleden is dat dus maar..... Nog maar een kleine vier jaar op pad.

En die Bibliotheek op school? Enig idee hoe lang dat al loopt? Het landelijk team startte daar in 2012. Die zijn dus nu zeven jaar op pad en ongeveer de helft van alle basisscholen doet er nu aan mee. Jaar na jaar zorgen we op steeds meer plekken voor leesplezier.

Het is ons werk geworden
Binnen tien jaar tijd hebben we zo twee stevige poten gebouwd onder die maatschappelijk educatieve bibliotheek. Maar nog belangrijker: we bereiken al substantiële groepen kinderen en volwassenen. Het mooie van zo'n landelijke dag Basisvaardigheden is dat je ziet dat deze tak echt onderdeel van ons werk is geworden. Vroeger kon je misschien denken dat dit leuke franje was voor erbij, tegenwoordig is iedereen ervan overtuigd dat dit een basistaak is.

En over tien jaar?
Als wij deze weg met elkaar hebben afgelegd in de afgelopen tien jaar, wat betekent dat dan voor de komende tien jaar? Gaan we nu stilvallen en op onze lauweren rusten of groeit dit nog verder? Ik ben ervan overtuigd dat we verder gaan groeien. Het is een onstuitbare groei en we zien dat de lokale samenleving snakt naar de menselijke oplossingen die we kunnen organiseren. De Nationale Ombudsman roept om lokale loketten om burgers verder te helpen, de landelijke overheid voert het programma Digitale Overheid uit. Banken en verzekeraars zijn al nagenoeg volledig digitaal. Webwinkels breiden steeds verder uit.

Binnen de domeinen Jeugd en Onderwijs en Participatie en Zelfredzaamheid van de innovatieagenda hebben we flinke stappen gezet. Het derde domein van de innovatieagenda: de Persoonlijke Ontwikkeling mag de komende periode een soortgelijke ontwikkeling doormaken. Ik weet zeker dat we dan ook een landelijk team hebben op dit domein.

In vijf jaar tijd bracht het Nederlands bibliotheekwerk een guerillaleger op de been voor Basisvaardigheid. In zeven jaar tijd werd met de helft van de basisscholen een leesprogramma opgezet en een schoolbibliotheek gestart. In meerjarenplannen van bibliotheken zie ik overal groeiende ambities. En ha, de structurele financiering is inderdaad een probleem maar tegelijkertijd zien we dat ook de maatschappelijke waarde van wat we doen groeien. Zelfs op de Veluwe weten jongens de leesconsulent te vinden, buitenlandse vrouwen de ontmoetingsochtenden, laaggeletterden de taalmaatjes en ouderen de digivaardigheidscursussen.

Van hippe steden tot op het stoere platteland hebben bibliotheken dit georganiseerd. Ik noem het een stille revolutie! Een grote pluim aan die duizenden bibliotheekmedewerkers en tienduizenden vrijwilligers  die die verandering in gang hebben gezet. Een beweging die niet meer te stoppen is en waarvan ik razend benieuwd ben, waar die ons nog brengt.