Net aan het begin van mijn vakantie verschenen de jaarcijfers van de openbare bibliotheken. Nu houd ik wel heel erg van mijn vak en van cijfers maar ik heb ze toch echt laten liggen tot na mijn vakantie. Dat zult u me wel vergeven. Ik ga de cijfers hier voor u samenvatten maar doe de veiligheidsgordel maar vast om want het wordt een dodemansrit door een bloedbad aan resultaten. In de afgelopen twee coronajaren werden 60 miljoen minder bezoekjes aan de bibliotheek gebracht, zijn er 150.000 kinderen minder lid geworden, werden er 175.000 minder activiteiten georganiseerd en 30 miljoen minder boeken gelezen.
2022 was door de langste sluiting ooit uit de bibliotheekgeschiedenis een drama. Voor het tweede jaar op rij trouwens. En hoewel bibliotheken als essentieel werden beschouwd in de coronacrisis, is er wel degelijk veel werk aan de winkel. Maar... er zijn ook lichtpuntjes!
Houd u vast. Daar gaan we.
Aantal bezoekers gehalveerd
De grootste klap valt, niet zo gek met sluiting, bij de bezoekersaantallen. U ziet het al in de afbeelding hierboven. In 2019 ontvingen bibliotheken nog ruim zestig miljoen bezoekers. In het tweede coronajaar 2021 waren er daar nog maar de helft van over, 31,3 miljoen om precies te zijn. Nu waren we wel bijna vijf maanden dicht en waren mensen daarna soms nog voorzichtig maar het maakt de klap niet minder hard en ongenadig. Op 15 december 2020 werden bibliotheken, cultuurinstellingen en alle niet-essentiële winkels gesloten. Bibliotheken konden weer echt open op 20 mei 2021. We hadden toen een lange tijd van avondklok achter de rug. Ik moet eerlijk zeggen dat ik een deel van die beelden al weer kwijt ben en me verbaas hoe ik er alweer aan gewend ben dat alles altijd open is.
In de afgelopen twee jaar kun je stellen dat bibliotheken in totaal zo'n 60 miljoen bezoekers zijn misgelopen. Het zal in beide jaren ongeveer 30 miljoen zijn. Zo'n vier bezoeken per Nederlander gemiddeld.
Schouwburgzalen en poppodia klaagden dit jaar voor de zomervakantie nog dat het publiek nog steeds voorzichtig was om te komen. En ik vermoed dat dit voor bibliotheken iets minder geldt omdat we iets minder massaal zijn. Maar ik vermoed dat de bezoekerscijfers voor 2022 zeker niet terug zijn op het niveau van 2019. Het zou mij verbazen. Er is dus niks mis mee om het bibliotheekbezoek dus weer een beetje te stimuleren.
Bijna 40% minder activiteiten
Het aantal activiteiten die bibliotheken ondernamen daalde ook dramatisch. En dat terwijl dit de afgelopen jaren spectaculair groeide. Zowel door groei in aantal maar ook door betere registratie. Waar in 2019 door bibliotheken nog 220.000 activiteiten werden aangeboden, daar waren er in 2021 nog 136.000 van over. Een terugval van 38%. Als je dat afzet tegen de ruime sluiting in 2022 dan zie je dat er toch nog redelijk wat digitale activiteiten moeten zijn geweest. Afgezet tegen de bezoekersaantallen doen de activiteiten het dus iets beter. In de twee coronajaren hebben bibliotheken dus waarschijnlijk een kleine 175.000 activiteiten minder georganiseerd dan wanneer er geen corona was geweest.
Ruim een derde minder uitleningen
In uitleningen is het iets minder dramatisch. Daar gingen bibliotheken van 63,8 miljoen uitleningen pré-corona naar 40,6 miljoen uitleningen in 2021. Dat is een daling van 36%. Nu werd de daling wel iets gecompenseerd door digitaal lezen maar dat was een druppel op de gloeiende plaat. Veel bibliotheken kenden wel een afhaal- of bezorgservice tijdens de sluiting en dat kon bij sommige bibliotheken toch nog tot redelijke aantallen leiden.
Nu zaten bibliotheken met uitleningen al wel in een dalende trend dus wie dat doortrekt had zonder corona zo'n 58 miljoen uitleningen in 2021 mogen verwachten en zo'n 55 miljoen in 2021. Alles bij elkaar zijn er dus zo'n 30 miljoen boeken en andere media minder uitgeleend in de coronaperiode. Dat blijft toch een akelig grote boekenberg.
Vooral minder kinderen lid geworden tijdens corona
Vorig jaar durfde ik de ontwikkeling rond de leden nog niet te duiden. Toen leek het erop dat de betalende volwassen leden de bibliotheek in de coronaperiode trouw bleven en dat kinderen wellicht 'iets' achterbleven door corona. Met de lange sluitingsperiode in 2021 zien we dat nu versterkt: er zijn veel minder kinderen lid geworden van de bibliotheek dan verwacht. Met de stippellijn heb ik de trendlijn aangegeven op basis van de afgelopen jaren. Op basis van die trendlijn kun je zeggen dat er eigenlijk rond de 2,3 miljoen kinderen lid hadden moeten zijn van de bibliotheek als er geen corona was geweest. Dat zijn er maar 2,15 miljoen. Dat betekent dat 150.000 kinderen in de coronaperiode niet lid zijn geworden van de bibliotheek die dat anders wel waren geworden. Om een beeld te geven hoeveel kinderen dat zijn: heel Amsterdam kent 153.000 kinderen tot en met 17 jaar....
Bij volwassenen zie je dat het verloop ongeveer gelijk is aan de trendlijn. Die zijn in de coronaperiode de bibliotheek dus trouw gebleven.
Meer betaald personeel, verjonging en de groei van vrijwilligers vlakt af
Bibliotheekwerk kende in de afgelopen jaren een redelijk stabiel aantal formatieplaatsen van rond de 4.100 volledige arbeidsplaatsen. Vóór 2015 kenden we trouwens nog een krimp. In 2010 waren het nog 5.200 volledige arbeidsplaatsen. Tussen 2010 en 2015 is er bij bezuinigingen dus een kwart van het betaald personeel verdwenen.
De afgelopen twee jaar is dat, ondanks corona, toch weer wat gestegen. Vooral in 2021was de groei wat groter. Straks bij de financiën zullen we zien dat er ook wat meer geld voor was. Ik vermoed dat die groei met name zit in het gebied van zelfredzaamheid en digitale participatie waar met de IDO's op dit moment een groeisprongetje wordt gemaakt. Maar ook bij de Bibliotheek op school zit nog steeds groei en ook zie ik steeds vaker de functie van vrijwilligerscoördinator voorbij komen.
De leeftijd van het personeel is overigens gedaald. De sector verjongt! Waar het bibliotheekwerk lange tijd het verwijt kreeg dat het een vergrijsde sector is, die steeds grijzer werd, is dat de afgelopen jaren toch flink verandert. Het aandeel 50+'ers is gedaald van 65% in 2015 naar 54% in 2021. Het aandeel onder de 50 is navenant gestegen, van 35% in 2015 naar 46% in 2021. En dit hebben bibliotheken dus gedaan in een periode met niet veel extra middelen. Bij uitstroom door pensioen of ander vertrek zal dus bewust gezocht zijn naar jongere medewerkers zodat een meer diverse leeftijdsopbouw ontstaat.
Naast de betaalde medewerkers kent de bibliotheek een groeiend contingent aan vrijwilligers. Dat kende de afgelopen jaren een sterke groei. In de coronaperiode vlakte die groei af.
Waar het aantal vrijwilligers tussen 2015 en 2019 dus verdubbelde, steeg het aantal vrijwilligers in de coronaperiode nog met 5%. Heel gek is dat als je ziet dat het aantal activiteiten en de uitlening flink terugliepen. Veel vrijwilligers zullen in deze periode ook minder actief zijn geweest. Maar toch nog een kleine groei dus.
Financiën al jaren stabiel (en dus teren bibliotheken nog steeds in)
En de laatste plaat gaat over geld. Die drukken we uit in subsidie per inwoner. En vaak worden de huisvestingskosten er dan nog uit gehaald omdat die soms versluierend werken bij onderlinge vergelijkingen. Huisvestingskosten zijn soms broekzak-vestzak voor gemeenten met een maatschappelijk huur en op andere plekken is het commerciële huur of eigendom (met ook weer tal van constructies).
De gemeentelijke subsidies stegen in de afgelopen jaren licht. Dat zal een divers beeld zijn tussen gemeenten. Sommige gemeenten kampten met grote tekorten in het sociaal domein, andere gemeenten kwamen redelijk uit. Over het geheel genomen stegen de gemeentelijke subsidies het afgelopen jaar met 13 miljoen naar 431 miljoen. Dat klopt wel redelijk met de prijsindex over 2021. Toch zie je de subsidie per inwoner nauwelijks stijgen. Dat komt omdat het aantal inwoners in Nederland ook nog steeds stijgt. Meer inwoners betekent ook meer diensten en mogelijk meer gebruik. Wie zo kijkt sinds 2015 ziet dat bibliotheken er nauwelijks op vooruit zijn gegaan. Er is aan alle kanten ingeteerd en vooral in de jaren net na de decentralisaties zag je gewoon een krimp.
Over 2022 verwacht ik dat we aan de batenkant een sterkere stijging zien bij bibliotheken doordat de € 0,83 van de IDO's dan mee gaan lopen bij de inkomsten. En over 2023 hopen we natuurlijk op mogelijke extra gelden uit het regeerakkoord.
De balans? Werk aan de winkel
Fijn dat er extra geld aan lijkt te komen. Velen zullen zeggen: eerst zien dan geloven. Prima. Maar hou het even vast. Want wie kijkt naar het gat dat corona heeft geslagen: 150.000 kinderen minder lid, 60 miljoen gemiste bezoeken, 175.000 activiteiten die niet doorgingen en 30 miljoen boeken die niet gelezen werden, die moet toch constateren dat er werk aan de winkel is. Gedrag van onze gebruikers heeft twee jaar lang iets anders laten zien, dan wat we graag zouden willen. Dat gedrag is niet zo maar terug.
En ja, u hebt gelijk als u zegt dat bibliotheken toch ook heel belangrijk waren in de coronacrisis? Zeker, alle lof daarvoor, ga daar ook mee door. Maar de aantallen zijn daar nog relatief klein in vergelijking met het bloedbad op andere gebieden.
Vooral die 150.000 kinderen die we gemist hebben, baart me zorgen. En dat terwijl nou net per 1 juli alle kinderen in echt alle gemeenten gratis lid kunnen worden. Daar moet toch nog wat mee te doen zijn?
Verder lijken bibliotheken in hun financiën en formatie te groeien of zich voor te bereiden op groei en in hun organisaties verjongen ze. Dramatische resultaten over 2021 maar er lijken zeker mogelijkheden tot herstel en zelfs groei. Positief de toekomst in dus maar wel hard aan het werk!