donderdag 29 september 2022
Virtual wordt stees meer reality - Liveblog Bibliotheekplaza 2022
zondag 25 september 2022
Over Mark en Thierry, over Ton en Anneke en over Arie en Ria
Het was natuurlijk een prachtige week. Met Prinsjesdag ging de vlag uit voor bibliotheekwerk, na jaren hard werken door de hele sector kwam er extra geld. En toch startte ik dit weekend met een melancholisch en wat verdrietig gevoel. Waar kwam dat toch vandaan, waarom voelde ik me alsof ik een vriend zag huilen? Pas toen ik mijn hardloopschoenen aan deed en een uur lang door de stralende regen rende, vielen er naast de druppels ook wat kwartjes. En daarbij kon ik mijn melancholie of verdriet toch wel verklaren. Het bleek een verhaal waar het grote en landelijke zich verbond met het kleine en nabije.
Over Mark en Thierry
Want ondanks het goede nieuws van geld voor bibliotheekwerk was de teneur van de Troonrede toch dat we wel weer de volgende crisis inrollen, de energiecrisis en in het verlengde een vluchtelingencrisis en een oorlog in de Oekraïne. De crisis, welke dan ook, lijkt wel een constante te worden. Wie dacht dat dat dan wel de hoofdpunten van de Algemene Beschouwingen zouden worden kwam bedrogen uit. Terwijl deze week helder werd dat 23% van de Nederlanders op dit moment alleen rond kan komen door schulden te maken of door spaargeld aan te spreken, was het item dat het meeste aandacht kreeg de ordinaire rel die Thierry Baudet veroorzaakte over de universiteit waar Kaag zou hebben gestudeerd. En een premier die met zijn kabinet wegloopt. Weg aandacht bij de echte problemen...
En dat terwijl al voor die rel de NOS al bekend had gemaakt dat het vertrouwen in de landelijke politiek historisch laag is. En dat vertrouwen was al niet hoog. Een land waar burgers en overheid elkaar niet vertrouwen is nauwelijks in staat om samen tot oplossingen te komen. Terwijl overheid en burger elkaar nodig hebben, dat ziet zelfs een kind.
Maar kleine lichtpuntjes zijn er dan ook nog wel. Zo postte Arjen Nijboer van Dbieb in Leeuwarden en omgeving over hun programma met lezingen de komende tijd. Hij schreef afgelopen week op zijn LinkedIn-account over het mooie programma 'Brainwaves':
Afgelopen donderdag trapte Sander Schimmelpenninck in Welkom bij dbieb de eerste van 4 talks af over De Kloof in kansen en vermogen. Josse de Voogd (13 okt) spreekt over de Kloof tussen weldenkend en afgehaakt Nederland, Eva Rovers over de Kloof tussen politiek en burger (10 nov) en Jaron Harambam (8 dec) over de Kloof tussen mainstream en complotdenkers.
Kijk, dat is nog eens een programma met sprekers die ingaan op de kloof in Nederland en die allemaal iets kunnen zeggen over een mogelijke richting voor een oplossing. Ik weet dat meerdere bibliotheken met dit soort programma's bezig zijn maar ik denk dat dit echt heel waardevol is. Natuurlijk is het niet dé oplossing maar alle beetjes helpen. En beter dan nog meer olie op het vuur.
Over Ton en Anneke
En het was ook de week waarin ik afscheid nam van twee bibliotheekcollega's: van Ton Mengerink, de bibliotheekdirecteur van Oost-Achterhoek en van Anneke Westland, de adjunct-directeur van collega-POI Bisc. Wat hen beiden verbindt is dat ze allebei meer dan veertig jaar actief waren in het bibliotheekwerk.
Ton was vroeger rayondirecteur bij Biblioservice Gelderland en werd later directeur van de basisbibliotheek Oost-Achterhoek. In die laatste functie heeft hij zo'n jaar of tien geleden verschrikkelijke bezuinigingen moeten opvangen. Tot de helft van het budget. Het was de tijd dat aangekondigd werd dat er 50% bezuinigd werd op bibliotheekwerk en dat je gefeliciteerd door raadsleden als ze dat tot 25% hadden weten terug te brengen. En als je de wethouder vroeg naar de visie het beleid achter die 50% bezuiniging dan wist die wethouder zonder blikken of blozen te vertellen dat die 50% bezuiniging zijn visie en beleid was. Verder nog vragen? Er vielen ontslagen en spreiding werd zo goed en kwaad als dat ging overeind gehouden. Het bibliotheekwerk overeind houden was al een prestatie op zich. En toch werd ook tegelijkertijd de bibliotheek opnieuw uitgevonden.
Ton zag ik geregeld en ik hielp hem met zijn beleid. Anneke zag ik wel wat minder en we troffen elkaar vooral rond allerlei samenwerking tussen POI's. Waar Ton vooral aan de voorkant van het bibliotheekwerk zat, zat Anneke aan de achterkant. Anneke zei altijd dat het haar opdracht was om zaken als een bibliotheeksysteem aan de achterkant zo handig mogelijk te regelen zodat er aandacht en geld overbleef om aan de voorkant te handelen. Anneke is iemand die veel weet van bibliothecaire processen en die kennis wordt zeldzaam en verdwijnt via vrolijke afscheidsfeestjes uit onze sector.
Ton en Anneke zaten beiden op hun manier in de frontlinie van het bibliotheekwerk. Poten in de klei en met kennis van zaken. Overeind houden wat er is en ondertussen blijven veranderen.
Over Arie en Ria
En het was ook de week van mijn ouders, Arie en Ria. Ja, al wat op leeftijd en knokkend met hun eigen gezondheid en ondertussen 55 jaar getrouwd. Ze kregen een nieuwe PC deze week en die moest geïnstalleerd. Daar hielp ik ze mee. En voor mijzelf is een wisseling van de ene naar de ander PC al een dingetje want je bent echt even een paar dagen ontregeld over wat nu waar weer verstopt zit. Voor mensen voor wie dit geen dagelijkse kost is, is het dat dan al helemaal.
Staatssecretaris Van Huffelen vroeg zich onlangs in een expertbijeenkomst af hoe het toch kan dat in Nederland nog steeds zoveel mensen moeite hebben om het digitale geweld bij te benen. Nou, dacht ik toen ik dat zo van haar hoorde, dat komt onder andere omdat de overheid zelf steeds hogere eisen stelt. Het komende najaar wordt de tweewegfactor bij DigiD verplicht bij belastingzaken en voor gezondheidszaken komt er de driewegfactor waarbij je niet alleen een smartphone nodig hebt maar ook je identiteitsbewijs moet combineren met je DigiD. Het is de overheid en de maatschappij zelf die de lat steeds hoger legt. Begrijpelijk, maar verbaas je niet dat de groep van mensen die er moeite mee heeft niet kleiner wordt.
En het is dan ook niet zo gek dat mijn ouders zich wat opgejaagd voelen door al die ontwikkelingen. Je mag ook nooit eens stilstaan, telkens moet je weer opletten. Maar het toont ook aan hoe waardevol al die cursussen Klik en Tik en Digisterker zijn. Bibliotheekcollega's die keer op keer weer geduldig uitleggen hoe het zit. Collega's waar je telkens terug mag komen. En wie zo'n cursus volgt, ziet zijn digitale zelfvertrouwen stijgen. Weer meer regie over het leven. Lees daarvoor het boekje 'Digisterke verhalen' nog eens terug.
Een vriend zien huilen
Een gekke week. De vreugde van extra geld voor bibliotheken. De wetenschap dat we daar jaren voor knokten. Maar ook dat we collega's verloren in de bezuinigingen van het afgelopen decennium. Een week waarin het vertrouwen in de politiek weer niet groter werd. En dat terwijl overheid en burgers elkaar zo nodig hebben. Een week van bibliotheekmaatjes die vertrokken die de frontlinie van het bibliotheekwerk in die moeilijke tijd overeind hielden en die de transformatie daardoor mogelijk maakten. Maar die nu toch het veld verlaten. En een week waarin je je het ongemak van je eigen ouders ziet die zich ook maar staande proberen te houden in de digitale wereld. Twee lieve mensen die knokken om regie te houden over hun eigen leven.
Een week waarin het grote en kleine naadloos in elkaar over lijken te gaan. Genoeg om te huilen als een vriend. Maar ook genoeg om volgende week weer hard aan het werk te gaan. Er is nog zoveel te doen. Meer dan wat extra geld kan doen.
Kom er maar er in Thé Lau.
dinsdag 20 september 2022
Een mooie dag voor het bibliotheekwerk: 62 miljoen extra voor bibliotheekwerk
Het was toch een beetje de dag waarvan je wist dat ie zou komen. Vanmiddag rond half vier werden de begrotingen vrijgegeven op de site van de Rijksoverheid. En de vraag was: was nu bekend hoeveel geld er extra beschikbaar zou komen voor bibliotheekwerk? Het antwoord is ja en de hoeveelheid is € 62,7 miljoen structureel vanaf 2025. Tot 2025 bouwt het bedrag zich nog op via € 35,7 en € 56,7 miljoen.
Hoe zat het ook al weer?
Waar kwam dit extra geld ook al weer vandaan? Ik neem u even mee door de geschiedenis. In 2015 werd de Wet Stelsel Openbare Bibliotheekvoorzieningen (WSOB) ingevoerd. Die wet zou na vier jaar geëvalueerd worden. Die evaluatie was positief maar stelde ook dat er nog wel een aantal gemeenten waren zonder bibliotheek. In 2020 ondersteunde de Raad voor Cultuur dit nog met het rapport 'Een bibliotheek voor iedereen' en stelde eigenlijk vast dat het stelsel van bibliotheken als geheel sterk onder druk stond. Dit kwam door gemeenten die bezuinigden op bibliotheekwerk. Een algehele versterking was nodig en in het bijzonder voor gemeenten zonder bibliotheek. De Raad adviseerde om 95 miljoen extra te investeren in bibliotheekwerk.
In het regeerakkoord 'Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst' werden bibliotheken opnieuw genoemd. Dit keer met de regel dat de regering zei te streven naar 'een toekomstgerichte bibliotheek(voorziening) en elke gemeente. Deze zinssnede zat in een pakket van cultuurmaatregelen van € 170 miljoen. Onduidelijk was nog welk deel de bibliotheken zou toevallen. Tot vandaag dus. Een groeiend bedrag naar € 62,7 miljoen structureel.
Wat moet er mee gebeuren?
Tja, dat is even de vraag. In het laatste overleg van de Staatssecretaris met de Kamer hierover in juni, was duidelijk dat er in de Kamer een meerderheid is om te komen tot een zorgplicht voor gemeenten. Met andere woorden: er moét dat in elke gemeente een bibliotheek zijn. Dat is op dit moment in bijna alle gemeenten zo. Er zijn een paar gemeenten zonder eigen bibliotheekvestigingen maar wel met afspraken met een bibliotheek voor dienstverlening in een naburige gemeente. En er zijn een paar gemeenten die echt geen bibliotheek hebben.
De PvdA'er Mohandis diende aan het eind van de hoofdlijnenbrief Cultuur dan ook de volgende motie in.
Is het veel geld?
Ik vind € 62,7 miljoen een flinke hoeveelheid. In 2021 ontvingen lokale bibliotheken samen in totaal € 461 miljoen subsidie van gemeenten. Structurele en incidentele subsidies. Dan is ruim € 60 miljoen toch ongeveer 15% van het totaal. In die zin is het echt wel een historische impuls, zeker omdat het om structureel geld gaat. Een bedrag voor bibliotheekwerk dat niet te negeren is door een gemeente.
Want dat in de afgelopen elf jaar hebben de gezamenlijke gemeenten flink bezuinigd op bibliotheekwerk. In 2021 kregen bibliotheken nog altijd minder geld dan in 2010... En dan tellen we inflatiecorrectie niet mee.
Bovenstaande staatje laat wel zien, hoe knap het werk is van de ambtenaren van het ministerie. Het is hen gelukt om in de afgelopen jaren, dwars door alle crises die we gehad hebben, extra middelen te vinden voor bibliotheekwerk. Wie keek wat nog meer betaald moest worden uit die € 170 miljoen van cultuur ziet dat bibliotheekwerk er eigenlijk heel goed uit gekomen is.
Na jaren van bezuiniging zullen we moeten wennen. Jaren moesten we bezuinigen, voorzichtig zijn en uiterst creatief. En we moeten weer meer naar ondernemen, risico nemen en bouwen. Ik merk dat dat echt een andere mindset is.
Voor de verdere invulling is het dus afwachten op de Bibliotheekbrief van staatssecretaris Uslu die de komende maanden wel zal volgen. Ook is het wachten op het masterplan Basisvaardigheden van Wiersma want daarin kan nog iets gezegd worden over bijvoorbeeld de Bibliotheek op school.
Het is een mooie dag voor bibliotheekwerk.
zondag 18 september 2022
Verwarming uit? Bibliotheek aan!
Dinsdag is het Prinsjesdag. Als vakidioten lezen we dan natuurlijk graag de begroting om te zien hoeveel geld er extra komt voor bibliotheken. De overige 99,9999% van Nederland is geïnteresseerd in hele andere zaken. De inflatie giert de pan uit en met name de energiekosten wordt voor veel mensen een blok aan het been. De verwarming zal op veel plekken uit blijven of slechts minimaal aan zijn. En misschien kunnen bibliotheken een deel van deze groep wel helpen.
De afgelopen week werd ik in het land twee keer er mee geconfronteerd. Ik sprak een directeur van een grote stadsbibliotheek die verwachtte dat de bezoekersaantallen deze winter wellicht wel zouden toenemen door 'thermostaatvluchtelingen', mensen die thuis de verwarming uit zetten en hun woon- of werkplek verplaatsen naar een openbare ruimte die al verwarmd is. Diezelfde avond zat ik met raadsleden en wethouders van zes gemeenten om tafel over de toekomst van de bibliotheek. En warempel, daar vertelde een raadslid precies hetzelfde: zou de bibliotheek hier niet wat mee willen doen? De betreffende manager van de bibliotheekvestiging zegde toe er morgen mee aan de slag te gaan.
Ik vind het eigenlijk wel een thema waar de branche best in gezamenlijkheid mee aan de slag mag. Ik heb de poster voor de sector hierboven vast gemaakt. En trouwens, hoe meer mensen er in de bibliotheek zijn, hoe minder de bibliotheek zelf hoeft te stoken. Elke persoon die de bibliotheek binnen loopt is namelijk het equivalent van 100 Watt in een straalkacheltje.
Hebben bibliotheken genoeg ruimte?
Ik hoor u al denken: 'leuk bedacht Deckers maar kan het?'. Ook dat zocht ik even voor u uit. In de bibliotheekatlas van Nederland - een volstrekt ondergewaardeerde site overigens - wordt namelijk bijgehouden hoeveel werk- en studieplekken elke bibliotheek heeft. Een actueel overzicht want het baseert zich 'real-time' op de gegevens uit de Gids. In totaal hebben de bibliotheken op dit moment 16.753 studieplekken.
Vorig jaar waren dat er overigens nog 15.030, toen schreef ik er ook al eens over. Het aantal stijgt dus snel.
Maar is het genoeg voor een koude winter met hoge energieprijzen? Zijn er mogelijkheden om tot noodplekken te komen als het nodig is? Het lijkt mij eerlijk gezegd helemaal niet zo'n gekke gedachte om daar met collega's eens over na te denken.
Wat zou er voor nodig zijn om in bibliotheken tijdelijk maar verantwoord op te schalen naar 30.000 of 100.000 plekken?
Dus beste bibliotheekdirecteur, dit artikel maar eens doorsturen aan uw ambtenaar en wethouder? En beste wethouder en ambtenaar: de bibliotheek hielp u ook al bij de coronacrisis, misschien kunnen ze u dit keer ook wel helpen? En helpt u de bibliotheek dan weer als er wellicht wat extra faciliteiten nodig zijn?
Het zijn tijden waarbij we dingen doen waarvan we dachten dat het nooit nodig was: helpen bij een pandemie, taallessen geven omdat er een oorlog is binnen Europa of Nederlanders opvangen die hun stookkosten niet kunnen betalen...
Het zijn gekke tijden.
zondag 11 september 2022
Het gezelschapsspel 'Sorteer de cataloguskaartjes'... kunt u dat nog?
Cataloguskaartjes, wie kent ze nog? Maar leg ze maar eens op de juiste volgorde... En dit zijn er maar vier. Een opwarmertje. Want verderop geef ik u een nog wat grotere opdracht. Knip ze uit en maak er met uw huisgenoten een leuk gezelschapsspel van.
Want voor sorteren bestaan heuse regels. Bibliothecarissen die voor het midden van de jaren '90 zijn
Die sorteerregels waren dus eigenlijk een soort algoritme avant la lettre. En ik help u even met wat theorie achter die papieren algoritmes. En daarna mag u zelf een set van 20 cataloguskaartjes sorteren. De eerste tien vindt u hieronder en onder de eerste tien kaartjes geef ik nog wat uitleg waar u op moet letten. En aan het eind vindt u dan de tweede tien kaartjes.
Bibliothecarissen die opgeleid moesten worden in dit vak, kregen hiervoor de 'Oefenset sorteren'. Een boek dat bestond uit verschillende opgaven om te sorteren. De opgave die jullie hierboven en hieronder
zien, komt uit dat boek. Als student was dit het enige boek dat je verplicht was om te verscheuren zodat je cataloguskaartjes kreeg. Die je vervolgens moest sorteren. Overigens was Jos Debeij, die onlangs met pensioen ging, één van de makers van deze oefenset. Hij werkte in die tijd bij de Bibliotheekacademie in Sittard. De tweede tien kaartjes zie je overigens onder dit artikel. Samen met de plaat hierboven vormen ze oefening 2a van deze oefenset. Een nog relatief eenvoudige opdracht.
zondag 4 september 2022
Rennend op de kadans van het bestaan
Toen ik rond de dertig was, liep ik tegen overspannenheid aan. Een jong gezin, een nieuw huis en een baan met succes waarbij het werk explodeerde. Mijn toenmalige directeur zag het gelukkig en hielp me op tijd om mijn leven op de rit te houden. Het was in die tijd dat ik weer begon met hardlopen. Eerst kleine stukjes en heel stapsgewijs werd het steeds langer. Een paar kilometer werd vijf kilometer en vijf kilometer werd stapsgewijs tien. En meer.
In het voorjaar liep ik, na twee jaar coronaleed, weer een halve marathon met publiek. Het was de halve marathon van Enschede. En na afloop dacht ik: hoeveel heb ik er eigenlijk al gelopen op deze manier? Ik liep alle uitslagen nog eens na en telde de medailles die ik had. Het waren 49 halve marathons. Dit naast een klein dozijn 10 kilometers en een handvol loopjes van 10 mijl. Mijn volgende halve marathon zou dus mijn 50e zijn!
Ik keek op de hardloopkalender. De meest logische keus als 50e halve marathon was die van Dalfsen op zaterdag 3 september. Al vele malen gelopen. En zo kwam het dat ik gisteren een klein jubileum vierde: mijn 50e halve marathon in wedstrijdverband. 50 halve marathons in wedstrijdverband die ik zo in twintig jaar bij elkaar had gescharreld.
Mijn kinderen werden groot met een vader die hard liep en af en toe aan wedstrijden meedeed. Goed voorbeeld doet goed volgen. Mijn oudste dochter loopt ondertussen ook niet onverdienstelijk. Zij wilde wel mee naar Dalfsen voor een 10-kilometerloop. Dat zou haar eerste zijn. Maar toen we samen trainden was mij wel duidelijk dat zij met gemak ook de halve marathon zou kunnen lopen. Een beetje tot verbazing van mijn dochter zelf. Wie goed tussen de regels door leest: papa liep met de tong op zijn schoenen achter zijn dochter aan.
Dalfsen dus. Tenminste, dat dacht ik. Want drie dagen voor de start, stuurde de organisatie een mail dat de halve marathon niet door zou gaan. Er waren te weinig vrijwilligers om het parcours veilig af te zetten. Ik kon wel een tien kilometer lopen als vervanging. Dat zou normaal gesproken natuurlijk een prima alternatief zijn geweest. Maar niet deze keer. Op de hardloopagenda bleek er op korte termijn niet een goed alternatief. En dus maakten mijn dochter en ik de kleinste halve marathon in wedstrijdverband die er bestaat: met twee personen. Ik verklap vast: ik werd tweede.
Onze halve marathon van Deventer kende een parcours door de vele buitendorpen. Ik zal toegeven dat mijn dochter wel af en toe op mij moest wachten en de laatste kilometers heb ik haar ook niet meer terug gezien. Zij had nog energie over terwijl bij mij het licht langzaam uit ging. Maar goed, een tijd rond de 2:06 is voor mij nog altijd acceptabel.
Hoeveel halve marathons in wedstrijdverband ik nog ga lopen weet ik niet. Stap voor stap word ik langzamer en is het de keus om harder te trainen of om langzaam uit dit peloton te verdwijnen. Een volgende generatie loopt mij inmiddels ver voorbij. Ook op andere vlakken zal dat me steeds vaker overkomen. Hardlopen is net het leven zelf. Of ik dus nog veel halve marathons doe, zal de tijd wel leren. De wedstrijden zijn geen noodzaak voor mij. Dat is het hardlopen zelf wel.
Als ik ren lijkt alle onrust in mijn hoofd op zijn plek te vallen. Ik weet niet hoe dat werkt maar het gebeurt. Ik ben alleen met mezelf en voel alleen mijn lichaam. Niets aan mijn hoofd en slechts het ritme van mijn voeten. Rennend op de kadans van het bestaan. Met elke stap lijkt een stukje van de puzzel van het leven gelegd te worden. Op momenten dat het tegen zat in mijn leven, ging ik meer hardlopen. En het werkte. En op momenten dat het goed ging, ging ik niet minder lopen. Zolang ik ren, weet ik dat ik mentaal in balans blijf. Hardlopen is de barometer van mijn bestaan.
Ik ren dus ik ben.