Zo, de vakantie zit er voor mij wel ongeveer op en ik pak de pen maar weer eens op. En ik ga verder waar ik voor de zomervakantie gebleven was: bij de bijdrage van bibliotheken aan het leesplezier van kinderen. Voor de zomervakantie schreef ik nog over het puike plan van D66 om binnen tien jaar geen kind laaggeletterd van school te laten gaan. En vandaag ga ik verder met de groei die het bibliotheekwerk op dit punt doormaakt en hoe je die groei verantwoord door kunt zetten.
Eind mei van dit jaar werden de nieuwe cijfers gepubliceerd voor de bibliotheekdienstverlening voor jeugd. En in juni vond het Nationale Bibliotheekcongres plaats en werd een nieuwe versie van Lezen Lokaal Verankeren gelanceerd. Twee mooie redenen om eens kort langs de verschillende onderdelen te lopen. En tot slot sta ik stil bij de vier trends die Lezen Lokaal Verankeren constateert als het gaat om leesbevordering en onderwijs.
Boekstart
Boekstart is een programma dat door alle bibliotheken wordt gebruikt maar dat wel wat verschillende uitvoeringen kent. Zo hebben we het Boekstartkoffertje dat wordt aangeboden aan pasgeborenen, er is een versie Boekstart in de Kinderopvang en er zijn Boekstartcoaches bij consultatiebureaus of andere goede plekken.
In het dashboard van de KB kun je voor de boekstartkoffertjes de uitsplitsing nog terugvinden naar jaren. Dat ziet er dan zo uit.
De programma’s BoekStart en de Bibliotheek op school zijn de afgelopen jaren sterk gegroeid. Dankzij het Bibliotheekconvenant en het Masterplan basisvaardigheden is er meer aandacht én financiering gekomen. Toch blijft het belangrijk om partners bewust te maken van de inhoud en impact van deze programma’s, vooral bij personeelswisselingen en onbekendheid met onderdelen zoals BoekStart in de kinderopvang.
2. Veranderende rol van de bibliotheek en leesmediaconsulent
Leesplezier – tegenwoordig vaak “leesmotivatie” genoemd – is een kernwaarde in de aanpak. De rol van de leesmediaconsulent verschuift van uitvoerend naar adviserend. Zij ondersteunen scholen en kinderopvanglocaties bij het creëren van een rijk leesklimaat. Specialisatie binnen het team, bijvoorbeeld op leeftijdsgroepen of thema’s als meertaligheid, wordt steeds belangrijker.
3. Professionelere samenwerking
Samenwerking met partners wordt zakelijker en transparanter. Heldere afspraken en inzicht in kosten zijn essentieel. Instrumenten zoals exploitatiemodellen en productcatalogi helpen bibliotheken om hun inzet duidelijk te maken. Dit leidt tot meer eigenaarschap bij partners en versterkt de samenwerking.
4. Gelijkwaardige partnerschappen
De Bibliotheek mag zich lokaal krachtiger positioneren. Ze is een centrale speler met unieke expertise, maar moet ook haar grenzen kennen. Gelijkwaardige samenwerking vraagt om wederzijds respect en open communicatie. Door ambities en verwachtingen te bespreken, ontstaat een aanpak die meer is dan de som der delen.
Van investeren naar resultaten naar impact
Wat de cijfers aantonen is dat de eerste impulsregeling nu snel zijn resultaten begint af te werpen. Het aantal locaties stijgt op alle fronten. Dat is mooi om te zien. En we weten dat er nog een structurele regeling aan gaat komen vanaf 2026 als de huidige regeling afloopt. De projectfase zijn we dus allang voorbij. Tijd dus om structureel te borgen en verder te groeien. Met alle vragen van dien.
En bij die groei is het niet alleen voldoende om locaties aan te sluiten maar om uiteindelijk om samen met het onderwijs en ouders tot meer leesplezier en betere leesprestaties te komen. Impact dus. En ondanks alle grote woorden van onze sector zijn bibliotheken daarbij echt maar een radertje in het grote geheel. Bibliotheken hebben een begroting van ongeveer € 500 miljoen, het basisonderwijs kent alleen al een omvang van € 16 miljard. Daarmee hoeven we ons niet kleiner te maken dan we zijn maar we zijn ook niet de enigen die aan de lat staan.
Het betekent daarom niet alleen lokaal krachtdadig positioneren - waar de brochure over gaat - maar ook landelijk. Daar heb ik met de stichting Lezen, KB, VOB en SPN alle vertrouwen in. En het zou mooi zijn om in het verlengde van het bibliotheekconvenant tot landelijke vervolgafspraken te komen met de PO-raad, VO-raad en brancheorganisatie(s) voor de kinderopvang om af te spreken dat we langdurig op elkaar kunnen rekenen. Als we dat doen, kunnen we niet alleen locaties tellen maar komt ook een afspraak over landelijke impact in beeld.
Overigens denk ik dat we er nog lang niet zijn. Ja, we hebben veel succesvolle jaren achter de rug. Maar als we kijken naar bereik, diepgang en impact, ligt er ook nog een flinke weg voor ons. Een weg waarin we telkens zullen moeten blijven innoveren. En ja, lezen blijft lezen maar de manier waarop we het kunnen stimuleren, kan natuurlijk altijd beter. Daar zullen we ons elke dag voor inzetten.
Voor dit moment begin ik dan maar met het stimuleren van het lezen van die brochure 'Lezen Lokaal Verankeren'. En voor wie het betreft: geniet nog even van de vakantie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten