maandag 24 maart 2025

Georges en Mark gaan gluren bij de zuiderburen.... deel 3: Over Vlamingen die gewoon lief zijn en Nederlandse en Vlaamse bibliotheken die wel in één stelsel kunnen

Georges Elissen (SPN) en Mark Deckers (Rijnbrink) trekken van 23 tot 26 maart door Vlaanderen. Ze gaan op zoek naar bibliotheekzaken waar Nederland nog wat van kan leren. En ze gaan proberen elke dag verslag te doen van hun belevenissen.  Volg hier Georges en Mark die gluren bij de zuiderburen!

De aflevering van vandaag: een bezoek aan twee bruisende Brusselse cultuurgrootheden: Roel van den Sigtenhorst (Muntpunt) en Willem Bongers-Dek (huis deBuren). En we verklappen vast: beiden vinden dat Vlaamse en Nederlandse bibliotheken best als één stelsel zouden kunnen functioneren. Of ze vinden het minstens een gedachtenexperiment waard. 

Muntpunt

Mark schreef in 2017 al eens over Muntpunt. Overigens braken er kort na zijn bezoek lelijke rellen uit voor de deur van deze bibliotheek. Het kenmerkt de spanning die soms kan ontstaan in deze Europese hoofdstad die een melting pot is van culturen. Maar op deze maandag vroeg in de ochtend is het nog uitermate rustig. Bij Muntpunt spreken we met Roel van den Sigtenhorst, directeur van het Muntpunt en voorheen MT-lid bij de OBA. Als iemand weet wat de verschillen zijn tussen Vlaanderen en Nederland zijn, moet hij het weten. 

Hij ontvangt ons in het nieuwe jongerenpunt De Spot - ontstaan door vertrek van de vierde horeca-ondernemer in elf jaar - en hij neemt ons mee in het Vlaamse bibliotheekwerk en zijn plannen voor Muntpunt. Hij is een man die overal kansen ziet en die kansen ook zorgvuldig verzilvert. 

Brussel is  voor ons onbegrijpelijk

Brussel is een gewest (zoals Vlaanderen en Wallonië) en bestaat uit negentien gemeenten. Samen vormen ze Brussel.  Elke gemeente kent zowel een franstalige als een nederlandstalige bibliotheek. Het zijn er dus 38 in totaal. Het heeft alles te maken met de officiële tweetaligheid van het gewest maar als buitenstaander vinden wij het natuurlijk bijzonder dat dat die twee talen niet in één gebouw kunnen. En dat is ook iets dat we niet kunnen begrijpen. Het zit diep in de ziel van dit land, legt Roel ons uit.

Muntpunt is ontstaan uit een fusie van de bibliotheek en een Uit-buro-achtige organisatie. Daardoor heeft Muntpunt van oudsher drie grote opgaven:

1.  Bibliotheekwerk
2.  Informatiepunt voor Vlamingen
3.  Communicatie over toerisme in Brussel

Muntpunt is geen gemeentelijke dienst zoals veel andere bibliotheken in Vlaanderen wel. Zo bent u bij, kunnen we naar de inhoud.

Drie grote crisissen vs. drie grote maatschappelijke opgaven

Waar we in Nederland drie grote maatschappelijke opgaven zien (Geletterde Samenleving, Participatie in de Informatiesamenleving en een Leven Lang Ontwikkelen) schetst Roel drie crisissen die de grond vormen waarop hij in de komende jaren wil acteren.

De drie crisissen die hij beschrijft zijn 1) de digitale crisis - de techniek gaat sneller dan de mens, 2) de institutionele crisis - mensen vertrouwen de instituten onvoldoende en  de 3) mentale en spirituele crisis - meer depressies, ecologische rampen en zingevingsvragen.  

Binnen die uitdagingen ziet Roel dat de bibliotheek vooral als platformorganisatie moet gaan werken en met allerlei relevante partners samen moet werken.  Daarbij ziet hij de bibliotheek als plek waar informatie beschikbaar is en je tal van vaardigheden kunt leren. Maar het is breder. Hij ziet ook een 'gids'-rol op tal van terreinen.  Dat doen we met menselijke connecties en dat alles met als doel om gemeenschappen en organisaties te faciliteren bij de presentatie van hun inhoud en aanbod. 

Jongerenhub De Spot

Een mooi voorbeeld van deze laatste ambitie is De Spot.  Brussel is de ‘jongste’ stad van België met een hoge jeugdwerkloosheid. In De Spot kunnen jongeren elkaar ontmoeten en er zijn coaches die helpen met school, uitval, begeleiding naar werk of gewoon een praatje maken. De projectleider voor De Spot is in dienst bij de bibliotheek en regelt de inzet van partnerorganisaties.

Wat Nederland kan leren van Vlaanderen

Als we Roel vragen wat Nederland kan leren van Vlaanderen, begint hij met een cryptisch vers: Vlamingen die naar Nederland gaan, gaan even, maar Nederlanders die naar Vlaanderen gaan, die blijven. Hij bedoelt daarmee dat het leeftempo in Vlaanderen aangenamer is. En doordat dat dat leeftempo prettiger is, kan er meer spontaan ontstaan en kan er meer worden genoten. Dat wenst hij Nederland toe, nu hij al een tijdje in Vlaanderen woont. En verder zegt hij dat Vlamingen gewoon liever en zachter zijn. De meesten hebben tijd voor een praatje en zijn oprecht geïnteresseerd. 

Zo, die kunnen we in onze zak steken. 

En verder: ja, we hebben hier het gratis lidmaatschap voor iedereen... niemand die dat hier gek vindt. 

Als we toch aan het vergelijken zijn geeft hij aan dat er ook in Vlaanderen gewerkt wordt aan een gezamenlijke agenda. Maar dat komt toch veel meer van bottum-up dan in Nederland. 

Wat Vlaanderen kan leren van Nederland

En ja, ook de Vlamingen kunnen nog wel een paar zaken leren van Nederland. De wetgeving is natuurlijk mooi zoals die er nu in Nederland aan komt. En het ook het convenant is ontlokt Roel de opmerking dat het een knap staaltje werk is om woorden te vinden waar iedereen zich achter kan scharen. Maar ook het werken als platformorganisatie is op veel plekken in Nederland al wel een stapje verder. En ja... in Nederland hebben jullie met de KB alle bibliotheekdata wel heel mooi op een rijtje. Dat is hier gewoon niet.

De slotvraag is dan nog als we alles zo gehoord hebben: kunnen Vlaanderen en Nederland niet één bibliotheekstelsel vormen? Daar ziet Roel - behalve bestuurlijk - veel mogelijkheden in.  

Huis deBuren

Van Muntpunt naar huis deBuren is een maar een kleine 100 meter. En daar ontmoeten we Willem Bongers-Dek.

Ook Willem Bongers-Dek, directeur van huis deBuren, is een Nederlandse Vlaming. Opgegroeid in Brabants Nederland, al tijden wonend in Antwerpen en werkend in Brussel. Huis deBuren beschrijft zichzelf als volgt op hun website:

'deBuren bevordert de culturele en maatschappelijke samenwerking en uitwisseling tussen Vlaanderen en Nederland door te presenteren, te produceren, te inspireren en te verbinden.We zijn Vlaams-Nederlands in alles wat we doen. We streven naar inclusie, stimuleren talentontwikkeling en werken duurzaam'

Het Vlaams-Nederlands Huis deBuren wordt gesteund door de Nederlandse en Vlaamse overheden op basis van een vijfjarige beheersovereenkomst. In Vlaanderen valt dit onder de bevoegdheid van de minister van Cultuur, aan Nederlandse zijde delen de ministers van OCW en van Buitenlandse Zaken die verantwoordelijkheid.

Het is een heerlijke organisatie waar ik gelijk verliefd op word. De organisatie draait namelijk gewoon om literatuur. Goede literatuur. Je kunt er gewoon blij worden van literaire cross-overs, debatten en lobby voor aandacht voor het boek. En Willem is daar de vrolijke maar ozo handige kapitein van. 

We spreken met Willem over tal van zaken maar het meest zijn wij onder de indruk van het Vlaamse Boekenoverleg. Dat Boekenoverleg, waar Willem de voorzitter van is, is een overleg waar uitgevers, bibliotheken, uitgevers, auteurs, erfgoedinstellingen en literaire organisaties met elkaar overleggen om gezamenlijk op te komen voor het politieke belang van het boek. Het is een groot en omvangrijk overleg waar verschillende belangen bij elkaar komen, geeft Willem aan. Het gaat zowel om de non-profit belangen van bibliotheken als de commerciële belangen van uitgevers. 

Dit Boekenoverleg organiseert met enige regelmaat - maar ook altijd vóór de verkiezingen - een bijeenkomst met Vlaamse politici. Die bijeenkomst noemt men De Staat van het Boek.  De partijen in het Boekenoverleg komen gezamenlijk met een statement voor de politiek en tijdens de bijeenkomst worden tal van politici bevraagd om hierop reactie te geven. Dat heeft voor veel goeds gezorgd in brede zin voor iedereen die bij boeken betrokken is. En het is ook mooi om te zien dat bibliotheken nu mee opkomen voor belangen van uitgevers en andersom, geeft Willem aan.

Wat Nederland kan leren: Cultuurconnect

Hoewel wij zelf dit Boekenoverleg echt een heel goed punt vinden, dat we graag importeren naar Nederland, noemt Willem zelf toch iets anders. En dan wijst hij toch op de kracht van Cultuurconnect, een organisatie die we overmorgen nog zullen bezoeken. Hij prijst het hoe zij hebben gezorgd voor één bibliotheeksysteem in Vlaanderen maar hoe zij nu snel verder gaan met innovatie. Dat punt laten we hier verder even liggen want deze organisatie spreken we dus nog. 

Als we vragen wat Nederland nog meer kan leren van Vlaanderen, geeft hij aan dat dat is, hoe in Vlaanderen veel sterker van onderop wordt gewerkt. Of in lelijk Engels: bottom-up. Men zoekt elkaar meer op in Vlaanderen en de afstand tot de politiek - door parlementariërs uit eigen regio - is gewoon kleiner. In Vlaanderen krijg je makkelijker de minister te spreken. Dat scheelt, zegt Willem. Er is sprake van een wat grotere informele machtsstructuur waardoor je makkelijker zaken geregeld krijgt. 

Ook hem stelden we de slotvraag of Vlaamse en Nederlandse bibliotheken niet samen één stelsel kunnen vormen met elkaar? Hij valt heel even stil maar zegt vervolgens dat dit op zijn  minst een goed gedachtenexperiment zou zijn. Maar bestuurlijk zal het niet eenvoudig zijn.  

Willem is iemand waar we nog uren mee door kunnen praten. Niet alleen over overleg of lobby maar vooral over literatuur. Helaas wordt hij al weer weggeroepen voor een volgend overleg. Bij het afscheid drukt hij me nog het boek 'De Aftocht' in de hand. Een boek waarbij 35 kunstenaars reflecteren op de coronacrisis aan de hand van het het slotgedicht van Bezette stad van Paul van Ostaijen.

De eerste pagina - het begin van het orginele gedicht van Van Ostaijen over de Eerste Wereldoorlog die voorbij was en de troepen die vertrokken - geven we hier. In een wereld waar onderhandeld wordt over de aftocht, laat het gelijk voelen wat literatuur doet. Leve de lieve Vlamingen en leve de literatuur!


Geen opmerkingen: