Zo, hierbij weer de eerste post van 2023. Mag ik u nog een gelukkig nieuwjaar wensen? Hierbij dan! We eindigden vorig jaar met mooie woorden van de conciërge van het bibliotheekwerk. Met een goed gevoel gingen we onder de kerstboom. Maar daar ga ik u nu toch echter onder vandaan halen. Want er is werk aan de winkel. En flink ook. Dus hup, aan de slag en begin met dit artikel zou ik zeggen.
En om de toon maar even te zetten, lees even dit citaat. Het eindigt ermee dat u uw eigen kleinkinderen aan het bestelen bent dus bereid u maar vast voor. Vertel ik u later meer.
'Geachte aanwezigen, misschien had u verwacht dat ik over Indonesië zou praten of Congo, twee landen waarin ik mijn jaren heb verdiept en die mij zoveel hebben geleerd. Misschien ha u gehoopt dat ik over het kolonialisme zou praten en over welke schuld en verantwoordelijkheid wij daarvoor dragen. Welaan dan, ja, dat is wat ik wil doen. Laat ons vandaag over kolonialisme praten, laat het ons hebben over schuld en verantwoordelijkheid. Laat het ons hebben over de rol van het Westen. Maar niet enkel achteruitblikkend. Want zelfs als we met het kolonialisme uit het verleden ooit helemaal in het reine zijn gekomen, hebben we nog steeds niets gedaan aan de dramatische manier waarop we nu de toekomst koloniseren. De mensheid palmt de komende eeuw in met dezelfde meedogenloosheid, dezelfde hebzucht en dezelfde kortzichtigheid waarmee in vroeger tijden werelddelen werden toegeëigend. Kolonialisme is niet langer iets territoriaals maar iets temporeels geworden; het ergste ligt wellicht niet achter ons, maar vóór ons. Wij gedragen ons als de kolonisatoren van de toekomstige generaties. Wij ontnemen hun hun vrijheid, hun gezondheid, misschien zelfs hun leven - net zoals kolonialen in het verleden deden. We zadelen de mensen na ons op met onszelf en we doen dat met een brutaliteit en onverschilligheid die doen duizelen. Wij doen als zij er niet zijn, alsof hun lang het onze is, alsof hun wereld leeg is, alsof wij zomaar mogen graaien in de daar voorradige grondstoffen - drinkbaar water, vruchtbare grond, gezonde lucht - er niet aan denkend dat zij die grondstoffen misschien ook nodig zullen hebben. Wij plunderen onze kleinkinderen, wij bestelen onze kinderen, wij vergiftigen onze kroost.'In de kerstvakantie las ik het boekje 'De kolonisatie van de toekomst' van David van Reybrouck. Het boekje telt slechts 51 pagina's tekst maar elk van die pagina's is even indringend als bovenstaande tekst. Het is de tekst die is uitgesproken bij de Huizinga-lezing in december 2021. Van Reybrouck kent u waarschijnlijk als de historicus die met 'Congo' en met 'Revolusi' de koloniale verledens van zowel België als Nederland magistraal beschreef. Minder bekend is dat Van Reybrouck zich ook inzet voor vormen van politieke vernieuwing. Hij schreef daarover de boeken met de prikkelende titels 'Pleidooi voor populisme' en 'Tegen verkiezingen'. In beide titels gaat hij in op hoe burgers weer beter betrokken kunnen bij de politiek. En in zijn boekje 'Vrede kun je leren' dat hij schreef na de aanslagen in Bataclan, zoekt hij samen met Thomas D'Ansembourg naar hoe methoden voor wederzijds begrip beter ingebed kunnen worden in onze samenleving. Van Reybrouck behoort met die laatste titels voor mij tot iemand die zoekt naar oplossingen voor bijna onmogelijke opgaven in onze samenleving.
En dit keer schreef hij dus hoe onze generaties zich als koloniaal gedragen ten opzichte van onze volgende generaties.
Tussen individuele en gezamenlijke verantwoordelijkheid
Maar kunt u het verhaal van Van Reybrouck ontkrachten? Nee, we weten allemaal dat Van Reybrouck gelijk heeft. Ook Claudia de Breij ging in haar oudejaarsconference in op de excuses die mensen boven de dertig nu al moeten maken naar mensen onder de dertig omdat ze de aarde in slechte staat gaan achterlaten en de schuld doorschuiven naar volgende generaties. Een schuld die steeds verder oploopt.
En sommigen van ons doen dappere pogingen: vliegen niet meer, eten geen vlees, rijden geen auto, en ontzeggen zichzelf veel. Anderen zeggen: ja, maar een keer vliegen moet toch nog kunnen en zonder auto kunnen we toch niet? De ruimte die ene burger wint voor het klimaat door zijn of haar goede gedrag wordt door een andere burger straffeloos weer ingepikt. Winst voor het milieu: per saldo nul.Van Reybrouck gaat in zijn boek dan ook in op vier mogelijke oplossingen voor de klimaatcrisis, het thema dat de komende decennia een allesbepalende rol zal spelen op de politieke agenda. En geloof me we gaan ons in de komende decennia nog heel vaak afvragen waarom we niet eerder gehandeld hebben. Van Reybrouck geeft aan dat we leven aan de vooravond van een klimaatcatastrofe.
Burgerberaad en 'Carbo'-rechten
De vier oplossingen die Van Reybrouck aandraagt, gaan in de kern allemaal over hoe dit probleem moet verplaatsen van een individuele naar een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Niet één burger moet wat doen maar een heel land. Niet één land moet wat doen maar álle landen. Hij hekelt daarbij hoe de politiek - die juist gekozen wordt om goede beslissingen te nemen - om electorale redenen telkens die goede beslissingen uitstelt.
Drie van de vier oplossingen gaan over het creëren van gezamenlijke verantwoordelijkheid. Hij pleit voor een wereldwijd en bindend burgerberaad dat jaarlijks zou moeten plaatsvinden. Hij verwacht dat gelote burgers in staat zijn om met elkaar in staat zijn keuzes te maken die politici niet durven te nemen. En daar zijn eerlijk gezegd redelijk wat goede voorbeelden van. En hij wil dat niet alleen op nationaal niveau maar ook op globaal niveau. De derde oplossing is dat hij aangeeft dat er - wereldwijd - geïndividualiseerde 'carbo'-rechten moeten komen. Geen rechten om CO2 of andere giftige stoffen uit te stoten maar rechten om fossiele brandstoffen te gebruiken. Het voert te ver om exact uit te leggen hoe hij dit voorstaat maar hij zet daarbij een aanzet neer die burgers bevoordeelt ten opzichte van bedrijven en die arme landen kan bevoordelen ten opzichte van rijke landen.
Burgerlijke ongehoorzaamheid
Het vierde voorstel van hem is, zoals hij zelf zegt, grimmiger. Hij vraagt zich namelijk af of de politiek het wel aandurft om de eerste drie acties in gang te zetten. Er komt een punt waarop de houding van politici en het vooruitschuiven van het probleem niet langer houdbaar wordt. Hoe lang mag je mee blijven werken aan je eigen ondergang? De politiek heeft in de afgelopen decennia een grote nalatigheid laten zien: zie de stikstofcrisis, zie de gascrisis of het wankele beleid rond Schiphol en vliegen. Zolang bedrijven belangrijker zijn dan burgers, zal economie boven leefbaarheid gaan. Van Reybrouck zegt dat het punt dat burgers ongehoorzaam moeten worden wel eens dichterbij ligt dan we denken. Hij stelt dan ook voor om - in dat geval - een beweging op te zetten waarbij burgers eisen een deel van hun belasting terug te geven omdat deze alleen wordt gebruik voor beleid dat afbreuk doet aan de aarde. Er is zelfs al een rekenformule voor die wereldwijd gebruikt wordt.
In het interview na afloop van zijn lezing geeft hij aan dat hij graag de eerste is die de overheid wil aanspreken op deze manier en dat het nodig is om die acties nu al voor te bereiden. Het zijn harde woorden van iemand die zich eigenlijk continue inzet om polarisatie tegen te gaan.
Wat kunnen we doen?
Ik ben, net als Van Reybrouck, geen activist maar ik heb wel kinderen. En ik herken wat Van Reybrouck zegt en hoe ik met mijn gedrag de vrijheid van mijn kinderen beperk. En ja, ik worstel daarmee. Ik zie ook hoe onze samenleving nog steeds uitgaat van een eeuwigdurende groei van consumptie: ja, we leggen zonnepanelen op ons dak maar nemen tegelijkertijd een airco. Poetin was in die zin met zijn verschrikkelijke oorlog de eerste die Nederlanders massaal hun verwarming lager liet zetten. Daar gingen we in één keer van individuele naar gezamenlijke verantwoordelijkheid. Maar wel via ieders eigen eigen portemonnee. Het toont aan hoe diep ons economische systeem zit en hoe ingewikkeld dat deze verandering maakt.
Van Van Reybrouck naar Uslu
Toevallig of niet, de Huizinga-lezing van 2022, werd gedaan door Gunay Uslu, onze staatssecretaris met zo'n groot hart voor bibliotheken. Haar lezing ging over de culturele waardering in Nederland. En daar klonk een heel ander geluid dan het ongemakkelijke verhaal van Van Reybrouck een jaar eerder. Haar titel: Cultuur geeft leven aan onze levens. In haar lezing gaf ze vier voorbeelden van wegbereiders voor de liefde voor kunst en cultuur. Om deze vervolgens te verbinden aan de grote vraagstukken van deze tijd:
'Terwijl Oekraïne strijdt en lijdt, verandert er veel in de wereld. Naast een oorlog in onze achtertuin, de geopolitieke verschuivingen die plaatsvinden, vragen het klimaatprobleem, het energievraagstuk, en toenemende tegenstellingen onze aandacht. In steeds meer landen.
Angela Merkel zei over de grote, ingewikkelde uitdagingen van onze tijd eens dat we de antwoorden alleen kunnen vinden als we door de ogen van een ander naar de wereld kijken. Laat dat nu precies zijn waartoe cultuur in staat is! Je verplaatsen in een ander. Dat verbindt! En het is juist deze verbindende kracht waar deze tijd om schreeuwt. Verbinding door kunst en cultuur, zonder groepen en individuen buiten te sluiten, zoals we in het verleden te vaak hebben gezien. Zonder claims, wij-zij-denken, of welke vorm van uitsluiting dan ook. Laat die tijd geschiedenis zijn.
Want waar toe-eigening anderen uitsluit, verliest cultuur haar verbindende kracht. En als de verbindende kracht afneemt, wordt het moeilijker om vooruit te blijven gaan. Als mens, als samenleving.'
'Ik zie wat betreft toegankelijkheid een sleutelrol weggelegd voor de bibliotheek. Eén van de meest democratische plekken die er is. Mensen noemen de bieb wel eens de hemel of het toonbeeld van vrijheid. Het is een plek die je horizon verbreedt. Je leent er niet alleen boeken. Bibliotheken zijn bij uitstek locaties waar mensen cultureel ontwaken en cultureel volwassen kunnen worden. Het zijn plekken waar mensen groeien, leren, oefenen, of juist even de stilte opzoeken. Plekken waar je je wereld vergroot, door een ontmoeting met een dorps- of stadsgenoot die je nog niet kende.'
De speech van Uslu heb ik niet opgenomen gevonden maar de tekst is wel integraal terug te vinden op de deze site.
Terecht ongemak en liefde om het tegemoet te treden
Het boekje van Van Reybrouck bevat 51 pagina's terecht ongemak. Ongemak waar we met zijn allen een weg in moeten vinden. Het zijn niet alleen de boeren, het zijn niet alleen de Schiphols of de vieze bedrijven. Dit gaat over ons allemaal. Moeten we dus goede voornemens hebben? Zeker, een ieder die toekomstige generaties lief heeft, weet dat we nu wat te doen hebben. Uslu geeft met haar lezing je een manier om het met liefde tegemoet te treden en om kunst en cultuur in te zetten om opnieuw naar de werkelijkheid te kijken, te verbinden en te overbruggen.
Gelukkig nieuwjaar, het wordt een jaar met een opgave!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten