zondag 10 november 2019
De stille revolutie van bibliotheken en het kleine wonder van de Veluwe
Ik neem u mee naar twee observaties van de afgelopen week. Omdat in de dagelijkse dingen vaak meer verstopt ligt, dan alleen de dagelijkse dingen. De grotere lijn van de geschiedenis zit verstopt in elke dag.
Observatie 1: het kleine wonder van de Veluwe
Zo was ik woensdag te gast bij drie Veluwse bibliotheken. Drie bibliotheken die intensief met elkaar samenwerken: Brummen-Voorst, Nijkerk en Noord Veluwe. Vijftig medewerkers zaten in een zaaltje in het mooie Oldebroek. Ik legde ze uit dat ik graag iets wilde vertellen over de ontwikkelingen in het bibliotheekwerk maar dat ik dat niet kon doen zonder ook hun eigen verhalen zouden vertellen.
En zo ontstond een genoeglijke ochtend. Een leesconsulent vertelde over hoe ze jongens aan het lezen kreeg, een medewerker die vertelde over ontmoetingsochtenden voor buitenlandse vrouwen en verhalen over 70- of zelfs 80-jarigen die de Digisterkercursussen deden. Samen maakten we rekensommetjes over hoeveel mensen overal mee bereikt werden. En hoe lang deden ze dat al? Soms een paar jaar, soms al jaren. Als je zo met elkaar naar alles keek - en ook zo over een paar jaar heen - dan werden er grote groepen mensen bereikt. En dat praten we niet over bibliotheekwerk in hippe steden met veel geld; nee, dit gaat over bibliotheekwerk in kleine en middelgrote plaatsen op de Veluwe.
Deden ze dat alleen? Nee, ze deden dit met vele partners, met veel vrijwilligers en met heel veel scholen. Maar die handvol medewerkers zette dat wel allemaal in werking. Zonder die handvol medewerkers was dit allemaal niet gestart. En zo zorgde die handvol medewerkers voor een groot verschil in vele levens. Jongens die zich later nog Mieke zullen herinneren als leesconsulent en zullen zeggen dat ze daardoor zijn gaan lezen. Een Somalische vrouw die zegt dat ze haar contacten te danken heeft aan de ochtenden in de bibliotheek. En een 80-jarige die dankzij de vrijwilligers van Seniorweb nu zelf haar bankzaken kan doen.
Ik hoor u denken? Is dat bijzonder? Ja, dat is bijzonder. Het bibliotheekwerk heeft dit de afgelopen jaren stilletjes op alle plekken in Nederland geregeld. En zo kom ik bij mijn tweede observatie.
Observatie 2: het guerillaleger van Basisvaardigheid
Op donderdag liep ik rond bij de landelijke dag voor basisvaardigheden. Zo'n 400 bibliotheekmedewerkers, directeuren, medewerkers van taalhuizen maar ook welzijnswerkers, een enkele wethouder en medewerkers van partijen als SVB, CAK of CBR waren aanwezig. Met mijn ervaring van die Veluwse bibliotheken in mijn achterhoofd keek ik eens naar die 400 medewerkers. Want achter die 400 medewerkers in die zaal in Apeldoorn zaten natuurlijk nog veel meer medewerkers die die dag gewoon aan het werk waren. Sterker: terwijl deze mensen in die schouwburgzaal zaten, werden er in heel Nederland gewoon Klik-en-Tik-cursussen gegeven, liepen er overal leesconsulenten rond, en waren taalmaatjes gewoon bezig om laaggeletterden te helpen met taal.
Achter die 400 medewerkers in die zaal zaten honderden zo niet duizenden samenwerkingspartners in Nederland. En tienduizenden vrijwilligers. In een aantal jaren hebben de bibliotheken samen met hun partners een guerillaleger van basisvaardigheid gebouwd. Elke dag worden er honderden, zo niet duizenden burgers, door ons geholpen.
En hoe lang doen we dat al?
Weet u eigenlijk hoe lang we dat al doen? Op mijn computer vind ik bestanden terug uit 2015. Ik ondersteunde toen een club van mensen van de Koninklijke Bibliotheek en POI's die samen het landelijk team Basisvaardigheden op wilden zetten. Onder aanvoering van mensen als Maaike Toonen en Nicoline Hendriks. Eerste doel was om overal in Nederland taalhuizen op te richten. Het was nog maar een jaar na het verschijnen van het rapport Cohen. En een jaar later, inmiddels 2016, waren we al met zijn allen bezig met samenwerking met de Belastingdienst, om maar wat te noemen.
Zo kort geleden is dat dus maar..... Nog maar een kleine vier jaar op pad.
En die Bibliotheek op school? Enig idee hoe lang dat al loopt? Het landelijk team startte daar in 2012. Die zijn dus nu zeven jaar op pad en ongeveer de helft van alle basisscholen doet er nu aan mee. Jaar na jaar zorgen we op steeds meer plekken voor leesplezier.
Het is ons werk geworden
Binnen tien jaar tijd hebben we zo twee stevige poten gebouwd onder die maatschappelijk educatieve bibliotheek. Maar nog belangrijker: we bereiken al substantiƫle groepen kinderen en volwassenen. Het mooie van zo'n landelijke dag Basisvaardigheden is dat je ziet dat deze tak echt onderdeel van ons werk is geworden. Vroeger kon je misschien denken dat dit leuke franje was voor erbij, tegenwoordig is iedereen ervan overtuigd dat dit een basistaak is.
En over tien jaar?
Als wij deze weg met elkaar hebben afgelegd in de afgelopen tien jaar, wat betekent dat dan voor de komende tien jaar? Gaan we nu stilvallen en op onze lauweren rusten of groeit dit nog verder? Ik ben ervan overtuigd dat we verder gaan groeien. Het is een onstuitbare groei en we zien dat de lokale samenleving snakt naar de menselijke oplossingen die we kunnen organiseren. De Nationale Ombudsman roept om lokale loketten om burgers verder te helpen, de landelijke overheid voert het programma Digitale Overheid uit. Banken en verzekeraars zijn al nagenoeg volledig digitaal. Webwinkels breiden steeds verder uit.
Binnen de domeinen Jeugd en Onderwijs en Participatie en Zelfredzaamheid van de innovatieagenda hebben we flinke stappen gezet. Het derde domein van de innovatieagenda: de Persoonlijke Ontwikkeling mag de komende periode een soortgelijke ontwikkeling doormaken. Ik weet zeker dat we dan ook een landelijk team hebben op dit domein.
In vijf jaar tijd bracht het Nederlands bibliotheekwerk een guerillaleger op de been voor Basisvaardigheid. In zeven jaar tijd werd met de helft van de basisscholen een leesprogramma opgezet en een schoolbibliotheek gestart. In meerjarenplannen van bibliotheken zie ik overal groeiende ambities. En ha, de structurele financiering is inderdaad een probleem maar tegelijkertijd zien we dat ook de maatschappelijke waarde van wat we doen groeien. Zelfs op de Veluwe weten jongens de leesconsulent te vinden, buitenlandse vrouwen de ontmoetingsochtenden, laaggeletterden de taalmaatjes en ouderen de digivaardigheidscursussen.
Van hippe steden tot op het stoere platteland hebben bibliotheken dit georganiseerd. Ik noem het een stille revolutie! Een grote pluim aan die duizenden bibliotheekmedewerkers en tienduizenden vrijwilligers die die verandering in gang hebben gezet. Een beweging die niet meer te stoppen is en waarvan ik razend benieuwd ben, waar die ons nog brengt.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten