Kees Broekhof – senior onderzoeker van Sardes - gaat vervolgens in op de context tussen bibliotheken en onderwijs en welke effecten bibliotheken kunnen bereiken. Zo, dat is een mond vol en inderdaad redelijk wetenschappelijk. Maar niet onbelangrijk. Want samenwerken doe je niet voor de lol maar voor het effect. Welk resultaat bereik je?
Met andere woorden: stel dat een schooldirecteur aan je vraagt “wat levert de bibliotheek als bijdrage aan mijn Cito-score?”, of, “Op welke wijze draagt u bij aan het opbrengstgericht werken?”. Tja, wat zeg je dan. Duidelijk is dat je niet meer aan kunt komen met alleen het verhaal dat lezen zo leuk is.
Lezen en taalontwikkeling boxmeer
View more presentations from Agou
Hij legt uit dat bibliotheken een forse bijdrage leveren aan het begrijpend lezen. En guess what? Begrijpend lezen is een belangrijke graadmeter van hoe een leerling kan in het vervolgonderwijs. Kort door de bocht: de kwaliteit van begrijpend lezen kan het verschil maken tussen VMBO of HAVO/VWO.
Hij legt uit dat taalachterstand al begint in de eerste jaren van je leven. Amerikaans onderzoek toont aan dat kinderen in een achterstandssituatie 30 miljoen woorden minder horen in hun eerste jaren. En daar wordt eigenlijk al hun schoolcarrière voor later al bepaald. Binnen een paar minuten heeft hij uitgelegd hoe belangrijk het is om veel te lezen. Wie eenmaal een achterstand heeft met zijn of haar woordenschat moet keihard werken om dat in te halen.
Het antwoord op die achterstand is: VRIJ LEZEN. En daar is de bibliotheek natuurlijk een fantastische partner in. En scholen wisten bibliotheken natuurlijk al wel te vinden voor boeken maar heel vaak maakten we geen koppeling met de schoolresultaten. Want als de bibliotheek dat kan aantonen, dan is de samenwerking natuurlijk ook op de lange termijn geborgd.
Om die resultaten te meten heeft Sardes een leesmonitor ontwikkeld die de bibliotheek kan gebruiken. Deze legt leesmotivatie, leesgedrag en leengedrag vast. Die monitor wordt door lerearen en leerlingen uitgevoerd. En jawel, op de bibliotheek2daagse worden naar verwachting de eerste resultaten verwacht. Maar in de presentatie gaf hij al wel een inkijkje hoe dit er voor een afzonderlijke school uitziet.
En daar zit inderdaad wel – net als je in de slideshare kunt zien – een aantal leuke feitjes bij. Namelijk dat juffen en meesters absoluut niet helpen om leuke boeken te vinden. En wat we natuurlijk al wisten: groep 6 is onze meest fanatieke leesgroep en daarna zie je al een afkalving van het leesgedrag optreden. Wie leerlingen in groep 7 en 8 nog een tijdje langer door weet te laten lezen, kan ze dus iets meegeven voor hun hele schoolcarrière.
Op basis van dit soort cijfers kan een school nieuwe doelen stellen: ga meer over boeken praten met leerlingen of richt een leeskring op op school. Zo en na die doelen gaan ze aan de slag. En na een jaar volgt weer die monitor (die je ook in de presentatie ziet). Fantastisch verhaal volgens mij.
Tja, en dan komt Kees Broekhof even terug op wat iedereen moet regelen: is de bibliotheek bereid om te investeren in zo’n mooi verhaal? Zo, die Kees liet even zien hoe we onze goede inzet kunnen koppelen aan de opbrengst van een school. En volgens mij heeft de bibliotheek hiermee een antwoord voor die schooldirecteur die vraagt: “wat levert de bibliotheek als bijdrage aan mijn Cito-score?”, of, “Op welke wijze draagt u bij aan het opbrengstgericht werken?”.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten