Bibliotheken zijn inmiddels 18 weken gesloten en slecht open voor afhaal en zeer beperkte andere activiteiten. Mijn laatste blog over bibliotheken in crisistijd dateerde van 14 februari. Inmiddels ook al weer acht weken geleden. Er gebeurt van alles maar niet voor ons. Scholen zijn weer open maar niet-essentiële winkels hebben ongeveer dezelfde status als de afhaalbiebs. Hoewel je in winkels wel weer op afspraak terecht kunt en ook de buitenschoolse opvang nu weer open gaat.
In de afgelopen persconferentie is bovenstaande openingsplan gepresenteerd. Als ik het goed begrijp vallen bibliotheken onder de 'doorstroomlocaties binnen' en zou 26 mei de datum zijn waarop we weer open kunnen. Als dat dan zijn bibliotheken in totaal 24 weken gesloten geweest. Bijna een half jaar. Hoewel we van minister de Jonge de genoemde data niet als een belofte mogen zien maar slechts als een indicatie.
Als je kijkt naar de uitleenfunctie verwacht ik zelf dat we in 2021 nog slechtere resultaten neerzetten dan over 2020. Gelukkig zijn we veel meer dan alleen uitlenen.
Rapport Raad voor Cultuur
Is het dan alleen kommer en kwel? Nee, zeker niet. Deze week verscheen een oproep van de Raad voor Cultuur aan de informateur om zorg te dragen voor bijna 500 miljoen extra voor cultuur. De Raad voor Cultuur stelt dat investeren in Cultuur bijdraagt aan economisch en sociaal herstel van de maatschappij en dat dat niet alleen geldt voor tijden van crisis maar voor alle tijden. Structureel investeren dus.
Voor bibliotheken wordt een bedrag genoemd van € 95 miljoen, structureel.
In de toelichting wordt daarbij de volgende tekst gegeven:
Lang niet elke Nederlander heeft (nog) toegang tot een bibliotheek in zijn of haar nabije omgeving en de raad verwacht dat het aantal bibliotheken zonder ingrijpen de komende jaren blijft afnemen (zoals de afgelopen jaren als gevolg van bezuinigingen al is gebeurd). Een recente evaluatie van de Bibliotheekwet laat zien dat het aantal bibliotheeklocaties tussen 2012 en 2018 afnam met 27,2 procent. Geletterdheid, taalvaardigheid, digitale vaardigheid, leesmotivatie en leesvaardigheid – vaardigheden waarvoor de bibliotheek een cruciale rol speelt – staan onder druk. Tegelijk bleek recent weer uit onderzoeken dat de taal- en leesvaardigheid van basis- en middelbare scholieren sterk afneemt en dat laaggeletterdheid voor steeds meer Nederlanders een probleem vormt. De raad ziet een groot potentieel voor de bibliotheek, als meest bezochte publieke voorziening in Nederland die bovendien publiek aanspreekt van elke leeftijd, elk opleidingsniveau en elke achtergrond. Hij schreef hierover in zijn advies ‘Een bibliotheek voor iedereen’. Hij adviseert 95 miljoen euro te investeren om elke Nederlander in zijn of haar nabije omgeving toegang te geven tot een bibliotheekvoorziening, én om de landelijke online infrastructuur voor bibliotheken te verbeteren. Dit advies heeft tevens betrekking op het bibliothekenaanbod in Caribisch Nederland, dat op dit moment zeer beperkt is.
De Raad voor Cultuur bouwt dus voort op het eerder afgegeven advies. Het adviseerde toen om te komen tot een landelijke bibliotheekagenda. Die agenda is er nu met het landelijk convenant en de netwerkagenda die binnenkort afgerond moet worden. Daarin kan het bibliotheekstelsel elkaar met de bestaande middelen nog verder versterken maar de intensivering en verbreding van het beleid vragen ook om extra middelen.
Dat biedt dus hoop in deze tijden. De zwakste schakel zijn echter de gemeenten. Die staan nog altijd sterk onder druk door de decentralisaties en ondertussen ook door nieuwe verdeelregels voor het gemeentefonds. En leuk als 95 miljoen bij komt voor bibliotheken maar als gemeenten tegelijkertijd een soortgelijk bedrag bezuinigen op bibliotheekwerk, zijn we natuurlijk geen steek verder. Dat vinden de gemeenten zelf ook. De gemeenten, verenigd in VNG, hebben in februari van dit jaar al aangegeven dat eerst de bestaande financiële problemen moeten worden opgelost voordat gepraat kan worden over verdere investeringen.
En dat terwijl bibliotheken zo'n mooie rol kunnen spelen bij de heropening van de samenleving en het bieden van kansen aan mensen zoals ik eerder al eens bepleitte voor een herstelplan. Daar hoorde toen dit plaatje bij.
Alle mooie plannen ten spijt, de bibliotheek is vooralsnog een patiënt met twee dokters. De twee dokters staan te kibbelen rondom de patiënt dat eerst de ene dokter wat moet doen voordat de andere dokter in actie komt. En wie heeft daar last van? Precies.
Bibliotheken leven tussen hoop en vrees. En de vraag is wat er eerder is: de vaccinatie met extra beleidsgelden of het virus van de bezuinigende gemeente? Ik wens ons gezond beleid.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten