zondag 14 juni 2020

Wie niks zinnigs te zeggen heeft, kan beter een boek lezen


Terwijl in Amerika en op vele andere plekken in de wereld antiracismedemonstraties plaats vinden, lees ik ondertussen gewoon een aantal boeken. Gewoon? Nee. Ik lees graag over geschiedenis en een terugkerende hoofdlijn in die geschiedenis is wat de uitsluiting van individuen of hele groepen. Wat ik telkens leer uit die geschiedenis - of ze nu door rechtse, linkse of a-politieke mensen zijn geschreven - is dat uitsluiting de mensheid nooit wat oplevert. Ik neem u mee langs drie boeken die ik in de afgelopen weken las en die mijn blik op de wereld weer verrijkten.

Hendrik Witbooi door Conny Braam
Het laatste boek dat ik las was van Conny Braam over Hendrik Witbooi. Van Conny Braam heb ik al vaker met veel plezier historische romans gelezen. Hendrik Witbooi (1830-1905) is leider van de Witbooi-Nama, een volk dat leefde in Namibië. De Duitsers willen eind negentiende eeuw in navolging van andere Europese landen een Afrikaans wingewest om hun economie te versterken. Koning Leopold II verwerft in die tijd Congo als persoonlijk bezit en de Duitse keizer verwerft Namibië. Eerst wordt lang de lijn van de missie geprobeerd om volkeren onder Duits gezag te brengen en daarna langs militaire weg. Dat gaat soms op bijzonder knullige manieren omdat in Europa wordt gedacht dat je Afrika op een Europese manier kunt inrichten. Het is sluw en gemeen hoe grond afhandig wordt gemaakt en hoe met geweld het ene na het andere volk wordt afgeslacht. Het staat dan ook niet voor niets bekend als de Namibische genocide. Witbooi probeert zich staande te houden tegenover de Duitse overmacht en probeert zelfs eerlijk zijn afspraken te houden en keer op keer wordt zijn vertrouwen beschaamd door bruut en gewelddadig ingrijpen door de Duitsers.

Met plaatsvervangende schaamte heb ik dit boek gelezen want elk West-Europees land met een kolonie heeft zo'n bladzijde in de geschiedenis. En Nederland, met zelfs een zeer lang koloniaal verleden, heeft meerdere van die bladzijden.

Tegelijkertijd leest het boek over Witbooi als een jongensboek want Witbooi is een bijzonder slimme en creatieve krijger. Met veel minder wapens maar door inzet van guerrillatechnieken is hij de Duitsers vaak te slim af.

De eerstgevallenen door Theo Toebosch

We schuiven enkele decennia op in de geschiedenis en komen aan bij de Eerste Wereldoorlog. Theo Toebosch schreef het boek 'De eerstgevallenen' dat handelt over de twee eerste soldaten die sneuvelen in de Eerste Wereldoorlog. Het geval wil dat deze twee soldaten, de Fransman André Peugeot en de Duitser Albert Mayer, 30 uur voordat de oorlog werkelijk begon al omkwamen bij een treffen aan de Frans-Duitse grens. Toebosch ontvlecht dit verhaal door in de streek op zoek te gaan en door met familie van beide heren te spreken en hun archieven na te pluizen. Dat levert een mooi verhaal op van twee gewone soldaten die door het lot sneuvelen. André Peugeot is een man uit een arbeidersgezin, Albert Mayer komt uit een rijk koopmansgezin. De Franse socialist tegen de Pruisische Duitser.

Toebosch laat zien hoe beide heren bezig waren hun leven op te bouwen en hoe de oorlog dat vernietigt. Beiden voerden ze hun opdracht voor het land uit met de dood tot gevolg. En zo volgden er in de Eerste Wereldoorlog nog miljoenen soldaten. Mayer en Peugeot hebben hun eigen herdenkingsmonument en kregen relatief veel aandacht. Dat lot is die andere miljoenen doden niet gegeven.

Verder toont Toebosch aan dat het een bewuste keus is geweest om Mayer en Peugeot tot de eerste doden van de Eerste Wereldoorlog te bestempelen. In een kort hoofdstuk gaat hij na welke andere kandidaten ook hadden kunnen worden genoemd als eerste slachtoffers. Daaruit blijkt dat Mayer en Peugeot twee stereotypen zijn van elk hun eigen land en dat zij daardoor het meest geschikt waren om als eerstgevallennen bestempeld te worden. Er zijn dus meerdere eerstgevallenen maar sommigen zijn meer eerstgevallen dan anderen.

Niets om mijn hoofd op te leggen door Françoise Frenkel

Met het derde boek schuiven we weer enkele decennia op. Nu naar de Tweede Wereldoorlog.  De Joodse Françoise Frankel (1889-1975) is een in Polen geboren boekhandelaar die lange tijd een Franse boekhandel drijft in Berlijn in de jaren dat Hitler aan de macht komt en het antisemitisme hand over hand toeneemt. Ze heeft haar eigen verhaal opgetekend en na de oorlog ook uitgebracht. Het boek werd echter nauwelijks opgepikt zo vlak na de oorlog. In 2010,  35 jaar naar overlijden wordt haar verhaal teruggevonden, en dan ziet men het belang van dit verhaal wel.

Het verhaal van Frenkel gaat over haar vlucht naar Frankrijk en hoe telkens de anti-Joodse maatregelen worden aangescherpt en hoe het deporteren start. Op dat moment start ze haar vlucht naar Zwitserland die na enkele pogingen zal slagen. Zij slaagt maar vele anderen lukt het niet. Je ziet dan ook de een na de andere bekende wegvallen in het verhaal.

Wie niks zinnigs te zeggen heeft, kan beter een boek lezen
Tja, historische boeken sterken je niet altijd in een optimistisch wereldbeeld. Dat is er toch vaak één van veldslagen en veel doden. Peugeot en Mayer zijn daar wel de tragische voorbeelden van. Toch geven deze boeken een ander beeld. Het beeld van Witbooi als vrijheidsstrijder en van Frenkel die weet te ontkomen aan de Naziterreur laten zien dat een groep of individu ook niet volledig kansloos is en dat verzet wel degelijk kan werken en nodig is.

Lezen over de geschiedenis laten je ook zien dat de manier waarop we vroeger naar onze daden keken, niet hetzelfde zal zijn als hoe we nu tegen die daden aankijken. Met andere woorden: onze kleinkinderen gaan een deel van ons handelen als onethisch beschouwen (dat ze de wereld toen zo mochten vervuilen, dat kinderarbeid niet harder werd aangepakt etc.) Lezen helpt je om je eigen standpunt vloeibaarder te maken en meer begrip te krijgen voor de wereld om je heen.

Maar over welk boek het ook gaat: ze laten mij zien dat uitsluiting van de ene groep door een andere groep op lange termijn alleen verliezers kent. Zelfs bij de partij die de andere onderdrukt. Het helpt een land op geen enkele manier verder. Deze boeken leren mij dat de toekomst van ons gebaat is om zo goed mogelijk met elkaar te leven en gebruik te maken van ieders kwaliteiten. Het is niet uitsluiting wat ons laat groeien maar insluiting.

En in sommige discussies die ik tegenwoordig hoor over dit onderwerp denk ik dan ook wel eens: 'als je niks zinnigs te zeggen hebt, kun je een beter een boek gaan lezen'.

Wie deze boeken ook wil lenen, kan hier terecht Alledrie zowel in druk en ebook te leen.

Geen opmerkingen: