donderdag 11 februari 2021

De Rijnbrink Trendcurve 2021 voor bibliotheken is uit!


Vandaag presenteren we met trots de  nieuwe trendcurve voor bibliotheken! Eind 2018 publiceerde ik met mijn collega Duco van Minnen de eerste trendcurve voor bibliotheken. Met 28 trends die van invloed zijn op ons werk. Trends die zich in verschillende fasen bevinden en daardoor ook verschillende benaderd moeten worden. Dit keer maakte ik hem met Georges Elissen samen en met ondersteuning van Emma Bijl. 

Ook dit keer weer 28 trends in een curve die we in veel werksessies met collega's binnen en buiten Rijnbrink hebben opgehaald. In dit filmpje van Rocket Boys leggen we kort uit hoe het werkt.


Sommige trends zaten ook al in de vorige trendcurve zoals laaggeletterdheid, digitalisering, privacy en AVG en thuisbezorging. Dit zijn trends die opgeschoven zijn in de curve. Er zijn ook nieuwe trends zoals fake news, netflixisering en woke. 

Wat betreft de opmaak is deze anders dan de vorige. Waar de vorige nog een PDF-bestand was, hebben we nu een digitaal magazine waar je makkelijk op door kunt klikken. Daarvoor tekenden Hanneke Plomp, Mirjam Hagendijk en Hellen Heesink bij Rijnbrink.  

Drie onvermijdelijke conclusies

De trendcurve reflecteert ook op de stand van het bibliotheekwerk en de ontwikkelingen van het convenant en de netwerkagenda en geeft daar nog drie 'onvermijdelijke' conclusies bij. Conclusies die je welhaast moet trekken als je alle trends op een rijtje zijn. 

Die drie conclusies zijn:

  • Het is niet fysiek óf digitaal maar fysiek én digitaal
  • Leven lang ontwikkelen: de micro-samenleving in een macro-structuur positioneren 
  • Goed geïnformeerde burgers in een polariserende samenleving

Die conclusies zal ik u hier vast verklappen.

Conclusie 1: Het is niet fysiek óf digitaal maar fysiek én digitaal

De samenleving is in de afgelopen jaren definitief hybride geworden. We steunen onze lokale winkeliers als we een binding met ze voelen maar we bestellen net zo makkelijk via internet. We krijgen les op school maar corona leerde ons versneld te digitaliseren. Dienstverlening moet zowel fysiek als digitaal zijn. Alleen de combinatie zal grote groepen blijvend binden. Daar ligt een zorg. Het aantal bibliotheken met een echte digitaliseringsstrategie is op een hand te tellen. De digitale bibliotheek die door de Koninklijke Bibliotheek wordt uitgevoerd is nog steeds niet integraal verbonden aan de fysieke bibliotheek. Een landelijk bibliotheeksysteem, met een geïntegreerd bestand waar alle gebruikers in zitten, kan hier bindend in zijn. Maar er is veel meer nodig: nog meer digitale content die programmering ondersteunt en die ook lokaal beter zichtbaar maken en integreren. Veel meer attendering à la Netflix waarmee binge-lezen, binge-luister, binge-kijken en daarmee binge-leren mogelijk wordt gemaakt. Anders dan Netflix moeten bibliotheken natuurlijk juist verleiden om buiten je eigen bubbel te kijken. Er is geen enkele bibliotheek die deze opgave alleen kan invullen. Alleen een stevige strategie voor de sector met respect voor lokale kleuring kan hier voldoende stevigheid bieden.

Conclusie 2: Leven lang ontwikkelen: de micro-samenleving in een macro-structuur positioneren

Terwijl bibliotheken hun taalhuizen verbreden met thema’s als werk, inkomen, gezondheid en digitale vaardigheden, begint een brede ontwikkeling zichtbaar te worden. En dat is die van een Leven Lang Ontwikkelen. Een thema dat terecht in het landelijk convenant zijn plek heeft gevonden. Een leven lang ontwikkelen is een thema dat aansluit bij duurzame inzetbaarheid van mensen. Mensen die elke dag blijven leren en zo met de tijd meegaan. Een thema van werknemers en werkgevers en een thema van opleiders en beleidsmakers. Waar taalhuizen al kleine micro-samenlevingen van samenwerking waren met veel lokale partijen, daar is leven lang ontwikkelen een thema dat niet alleen die micro-samenlevingen maar de macro-structuur van Nederland raakt. Van werkgevers, ministeries tot vakbonden. Bibliotheken moeten zich landelijk positioneren in het krachtenveld van de kennissamenleving en tegelijkertijd voldoende ruimte krijgen om lokaal te kleuren. Dat betekent een dubbele opgave: bibliotheken moeten het samen eens zien te worden over die positionering en die positionering moet aantrekkelijk genoeg zijn om samen te gaan werken met grote landelijke partijen. Wie dacht dat de bibliotheek zich al heruitgevonden had met de maatschappelijk-educatieve bibliotheek, mag zijn tanden zetten in de opgave. Voorwaar, een mooie uitdaging voor de komende jaren!

Conclusie 3: Goed geïnformeerde burgers in een polariserende wereld

Journalistiek die onder druk staat, fakenews dat zelfs door een president van een grote democratie kan worden verspreid en bubbels die ervoor zorgen dat andere meningen niet meer gezien worden. Tel dat op bij een polariserend polderlandschap en je ziet dat het niet vanzelfsprekend is dat alle burgers goed geïnformeerd zijn. Dat dit geen goede zaak is, zullen velen onderschrijven. Wat het effect zal zijn op lange termijn is veel minder helder. Ook overheden acteren hier nog nauwelijks op. Voor de lange termijn kon dit wel eens een thema gaan worden. Maar overheden komen waarschijnlijk pas in actie als de negatieve effecten zichtbaar worden van deze trend. Goed om nu al te starten om die rol in te vullen. Qua fasering ligt deze duidelijk achter op de trend van een leven lang ontwikkelen  en nog verder achter op die van de digitalisering.

Zo, u staat weer op scherp. En hup nu snel naar die trendcurve. Klik hier om er te komen. 

2 opmerkingen:

Liz van Haalen zei

Weer fijn om te lezen Mark!
De combinatie van digitaal en fysiek, dat is herkenbaar.
Aantrekkelijk zijn voor grote landelijk partijen, ook mooi en nodig.
Maar de samenwerking met lokale partijen dan? Juist om lokaal te kleuren!
Hier zie ik de mogelijkheden om aantrekkelijk te zijn voor de mensen in de directe omgeving van de betreffende bibliotheek.

Mark Deckers zei

@Liz, dank voor je complimenten. Die lokale structuur is wat mij betreft leidend. Dat bedoelen we met de mirco-samenleving. Tegelijkertijd heb je ook landelijke partijen/geld/inbedding nodig om ook in heel Nederland tot invulling te komen. Op bestuurlijk niveau is meer ontschotting nodig tussen de beleidslagen.