vrijdag 30 mei 2008

Mag dat logo van de OBD hier wel?


Iemand wees mij op het logo van de OBD boven mijn weblog. Dat logo is er destijds bij het aanmaken op gekomen. Ik vond het wel aardig staan en heb er toen ook niet al te lang over nagedacht.

Toch is er wel een aardige discussie over mogelijk. Wat is er voor en wat is er tegen.


VOOR

Op deze weblog kies ik ervoor om louter informatie te geven die vanuit mijn werk van belang kan zijn. Ik krijg aardige en vriendelijke reacties op de postings. Tot slot kies ervoor om artikelen vanuit een positieve insteek te schrijven en geen mensen of instellingen af te branden.

Wie naar de website van de OBD gaat, ziet dat daar tot op dit moment maar heel beperkt nieuws wordt geboden. De website is nog wat statisch en daar wordt vast aan gewerkt om dat wat hipper te maken.

Tegelijkertijd loopt in Overijssel de cursus 23dingen die personeel en masse leert om te bloggen. Dus ja, wat roep je als instelling over je af?

Ik vind dat de inzet van professionele blogs van meerwaarde kan zijn voor organisaties als de OBD.

TEGEN
Daar kan echter het belang van de communicatiemedewerker tegenover staan. De communicatiemedewerker die graag eenheid in uitstraling en boodschap wil hebben en die vanuit dat standpunt persberichten of ander communicatie-uitingen graag wil regisseren. Vanuit diezelfde professionele houding als waarmee ik de blog maak.

Is het logo van de OBD hier geoorloofd? En hoe zou de OBD hier goed mee om kunnen gaan? En wat zijn ervaringen van andere bibliotheken of instellingen?

donderdag 29 mei 2008

The great library swindle : deel 2


In maart schreef ik over een geheim complot in de bibliotheken. Het geheime complot waarin geregeld is dat bibliotheken stiekem aan censuur doen. Bent u het even kwijt, lees dat verhaal dan nog eens.

Want hoewel ik natuurlijk heel goed weet dat er geen complot is, is het toch opvallend hoe beperkt de lokale bibliotheekcatalogi zijn. De overcomplete catalogus van Deventer is toch al meer dan een jaar in de lucht en is helaas nog steeds een lichtend voorbeeld. Hoezo, helaas? Nou dat betekent dat er in het afgelopen jaren nog (te) weinig vooruitgang is geboekt. Het meest schokkende is de deal met de CDR-titels, die overigens op veel plekken nog wel “even” geïmplementeerd moet worden.

De afgelopen week was ik bij een landelijke studiedag van servicemanagers van Zoek & Boek. Paula Braun – beschermvrouwe van ons Zoek & Boek-systeem – leidde de servicemanagers door de toekomstmogelijkheden heen. En mijn conclusie van die dag is:

Op de snelst mogelijke termijn willen wij een
zoeksysteem met daarin de hele collectie Nederland op een makkelijke manier voor de inwoners van mijn woonplaats beschikbaar hebben.
Op de Zoek & Boek-posters staat nog steeds dat wij 35 miljoen titels aanbieden aan onze klanten. Ja, dat is zo maar dan wel verstopt onder de knop externe bronnen in de aquabrowser en op dit moment alleen in de bibliotheek op te bekijken.

De grootste aquabrowser met meerdere bronnen zal Brabant of Gelderland zijn. Maar daarin zullen niet meer dan 2 miljoen titels zitten. Noord- en Zuid-Holland zullen met hun aquabrowser niet heel veel verder komen.

Wat ik graag wil is een aquabrowser met daarin:
- alle bibliotheken uit de provincie
- alle titels van alle aquabrowsers in Nederland
- alle titels van de CDR
- alle titels van WSF 13 onder 1 knop gewoon in het resultatenscherm
- en alle andere titels van de NCC.

Dat lijkt me toch gewoon de collectie Nederland? Dat lijkt me iets om op landelijk niveau te regelen.

Lokale bibliotheken zouden vervolgens verplicht moeten worden om al die titels in hun lokale systeem aan te bieden. Dus niet verwijzen of verstoppen. Gewoon zichtbaar aanbieden. Klanten gaan niet op meerdere plekken zoeken. En uiteraarb bestelbaar – met Zoek & Boek - tegen het laagst mogelijke tarief.

Wat houdt bibliotheken toch tegen om gewoon alles aan hun klanten te laten zien en het niet te verstoppen in provinciale of landelijke aquabrowsers? Help mij eens, waar zit die angst?

donderdag 22 mei 2008

Van de voorzitter van de anti-Gids-club


De mensen die mij kennen, weten dat ik soms nogal wat sceptisch heb gestaan tegenover het product Gids. Dat leverde mij zelfs de dubieuze titel op van voorzitter van de anti-fanclub van de Gids.

Gisterochtend heb ik een ochtend mogen brainstormen met Monique Meesters van de OBD. Zij is de officieuze servicemanager van de Gids voor Overijssel. Monique is hard werkende collega die probeert bibliotheken en samenwerkingspartners zo goed mogelijk te helpen. Samen hebben wij gekeken waar de toekomst lig. En om eens en al het juk van de voorzitter van de anti-fanclub af te schudden: er zit muziek in de Gids!

Situatieschets
Hoe staan we er voor met de Gids? Waar liggen de kansen en bedreigingen en waarin zijn we sterk of zwak?

In Overijssel wordt de Gids vooral gebruikt voor de Gezondheidsinformatiepunten. 21 van de 25 bibliotheekstichtingen participeren daarin. Zij hebben een eigen website (gip.overijsselsebibliotheken.nl). Daarnaast is een aantal gemeenten samen met hun bibliotheek bezig met een WMO-loket. Deze gemeenten hebben daarin gezamenlijk gekozen voor de Gids. Tot slot zijn er een paar losse initiatieven. Eén gemeente is bezig met een jongerenloket, één bibliotheek heeft een cultuurpunt en er zijn twee provinciale instellingen actief. De eerste op het gebied van cultuureducatie en de tweede rond het thema sociaal isolement.

Al met al een leuk palet aan initiatieven. Maatschappelijk zeer relevant maar allemaal nog met een beperkte uitstraling. De vraag knaagt of we met deze applicaties de slag om onze klanten winnen. We zijn bang dat de eindconclusie straks is: we hebben goed ons best gedaan maar hebben de burger niet bereikt.

Na een ochtend goed door-denken zijn we goede stappen verder. We hebben een richting die we willen gaan en kunnen een koers kiezen. De crux van onze strategie is om de Gids veel meer te positioneren in samenhang met de aquabrowser, aladin en andere nieuwe bibliotheekproducten. We moeten veel meer aan elkaar klikken. Daarnaast moeten we op zoek naar de juiste partners maar we hebben een goed idee wat die moeten zijn.

Die leiden dan ook tot onze 10 gouden tips voor de Gids.

Tip 1: Maak de Gids doorzoekbaar met Google
Stel u zoekt een huisarts. Waar gaat u zoeken? De kans dat dat in de Gids is, kunnen we rustig op 0 stellen. Als ik de straat op ga en vraag of men de site van het GIP kent, wordt ik schaapachtig aangekeken. Niemand weet waar ik het over heb.

Als u een huisarts zoekt, vraag u dat aan uw buurvrouw of u googlet even op internet. Aan die buurvrouw kunnen we niet zoveel doen. Aan Google wel. Stop de database van de Gids in Google en genereer traffic op die manier.
Actie door: Landelijke beheerder Gids

Tip 2: Koppel met de aquabrowser
Het is vast heel eenvoudig te realiseren maar in Overijssel nog niet geregeld. De gegevens die wij in de Gids stoppen zijn niet terug te vinden in onze eigen aquabrowser. Als we Google regelen dan toch ook zeker onze aquabrowser?
Actie door: provinciaale beheerder Gids en beheerder aquabrowser

Tip 3: Koppel nou eens met andere sociale kaarten
Het gekibbel tussen de verschillende sociale kaarten en de Gids was altijd koren op de molen van de anti-fanclub. Hoe lang zijn ze daar nou mee bezig? Mijn voorstel is dat we via bibliotheek.nl gewoon de Gids, Socard en andere pakketten indexeren. Kan ieder pakket mooi zichzelf blijven maar is voor burgers in ieder geval geregeld dat we alles kunnen aanbieden. Ik ga niet meer wachten op een onderlinge uitwisseling. Men wil gebruik van de eigen database waarborgen. Dat kan door koppeling met de aquabrowser.
Actie door: landelijk beheerder Gids anders doen we het zelf

Tip 4: Maak sluitende beheerafspraken
De eerste drie tips hebben tot gevolg dat het gebruik van de data flink gaat toenemen. De statistieken van de pakketten gaan dat uitwijzen. Dat betekent dat er meer druk komt op het up-to-date houden van de gegevens. Daar zijn we tot nu toe nog wel wat laks in geweest. We deden dat er een beetje goedbedoeld bij. Niks mis mee, maar met toenemend gebruik kan dat niet meer. We maken afspraken over het bijhouden. Of je doe mee en houdt de gegevens goed bij, of je doet niet mee.
Actie door: lokale bibliotheken met steun van provincaal beheerder Gids

Tip 5: Betrek burgers bij het up-to-date houden van gegevens
Dat up-to-date houden hoeft u niet alleen te doen. Laat burgers u helpen. Klopte er iets niet? Geef het gelijk door. Een beetje de wiki-kant op kan echt geen kwaad.
Actie door: kan op diverse manier, hangt er een beetje vanaf hoe je het regelt.

Tip 6: Maak dienstverleningspakketten
De Gids op zich is niks. De Gids is een vergaarbak. Wat ik geleerd heb van onze ervaringen met het ROC is dat je producten aan elkaar moet schakelen om er een dienstverleningspakket van te maken. Koppel de Gids aan de aquabrowser. Maak aparte deelaquabrowsers met instellingen. Koppel dat aan Aladindienstverlening en attenderingsmogelijkheden of de mogelijkheid om samen iets te organiseren. In tip 7 geven we één gouden partner weg.
Actie door: iedereen van lokaal tot landelijk, hangt van de partner af

Tip 7: Ouders online
Ga maar eens naar de site http://www.ouders.nl/ . Verbaas u wat daar al staat over kinderen, opvoeding en opvoedingsvraagstukken. http://www.ouders.nl/ is een site waar dagelijks 1.200 berichten op hun forum verschijnen en waar 26 medewerkers meewerken aan de content van de site (psychologen, jeugdboekendeskundigen, lactatiekundigen kortom allemaal professionals). Kortom, een top-site qua content, organisatie en interactie.

Er is in Overijssel één bibliotheek met een opvoedingsinformatiepunt. Helaas is dat er maar één, want je ziet zo een samenwerking tussen ouders.nl en de bibliotheken voor je.

Ons aanbod: wij indexeren de informatie van ouders.nl in onze aquabrowser en koppelen dat aan specifieke informatie uit ons GIP. Wij onderhandelen over de full-text-artikelen van de tijdschriften Ouders van Nu en J/M. http://www.ouders.nl/ kent een vraagbaak. Zullen we die koppelen aan Aladin. Tot slot organiseren de bibliotheken een week van de opvoeding (geopend door de ouders Balkenende, Bos en Rouvoet) samen met ouders.nl. Deal? Deal!
Actie door: wie het eerst komt, wie het eerst maalt? of samen landelijk regelen?

Tip 8: Widget
Tja, wat moet er nu nog over tip 7 heen? Nou ja, die kant moet het dus op. We maken onze dienstverlening niet meer alleen op onze bibliotheekwebsite maar kunnen die aanbieden op heel veel plekken. Maak de dienstverlening dus vloeibaar. Een simpele widget ligt voor de hand. Maar dan wel een widget die via de aquabrowser alle diensten biedt.
Actie door: Marc van der Meulen maar weer?

Tip 9: Gewoon lekker eenvoudig: gezamenlijke acitiviteitenagenda
Tot slot weer terug met de poten in de klei. Elke bibliotheek heeft op dit moment op de eigen site een meer of minder profesionele activiteitenagenda. Een lezing van Kees van Kooten verschijnt helaas alleen op de site van de eigen bibliotheek terwijl leeskringen uit naburige plaatsen best bereid zijn te reizen voor zoiets. Deel die activiteitenagenda dus. Dat is nou een sterk punt van de Gids. Kun je zou mee beginnen.
Actie door: provinciaale beheerder Gids samen met lokale bibliotheken

Tip 10: Genereer specifieke activiteitenagenda’s
Monique en ik zijn allebei ouder van jonge kinderen. Wij vragen ons wel eens af wat we nu weer eens met onze kinderen zullen doen. Zullen we samen met ouders.nl ook die activiteiten eens in beeld brengen en aanbieden aan alle traditionele en dynamische gezinnen in ons werkgebied? Succes verzekerd.
Actie door: kan op verschillende manieren

En nu?
Tja, dacht Monique. Leuke plannen maar ik ben wel erg afhankelijk van wat er landelijk gebeurd. Kom op Monique, we gaan er op af en vragen even of de VOB mee aanschuift. Het komt vast goed. Met de goede ideeën, goede wil en een beetje geld. Maar vooral met de goede ideeën. Als u – als lezer er nog meer hebt – dan houden we ons aanbevolen.

Met vriendelijke groet,
Mark Deckers
Voorheen de voorzitter van de anti-fanclub

vrijdag 16 mei 2008

Geloof nooit de klant!

De afgelopen week hield ik samen met de bibliotheken in Deventer, Zwolle en Hardenberg opnieuw een werksessie over de digitale bibliotheek. Het was een vervolgbijeenkomst waarbij in de ochtend Frank Janssen van http://www.frankwatching.com/ ons bijpraatte over de do’s en dont’s in de digitale wereld. In de middag leidde Stephan de Vilder – de bibliomarketeer van Nederland - ons door de wondere wereld van de klantsegmentatie.

In Overijssel wordt stevig gebouwd aan de invoering van allerlei marketingtechnieken. En dat is maar goed ook. We kunnen de klant nog veel meer verleiden tot gebruik. Er wordt veel onderzoek gedaan naar de behoeften van de klant.

Die klant stelt me echter wel eens flink teleur. Want wat blijkt de klant interessant te vinden? Wel, meer open in het weekend, betere inrichting en meer spannende boeken. Tja, daar stonden we dan met onze goede voornemens voor de digitale bibliotheek. Wie het rijtje klantwensen naloopt moet naarstig zoeken naar punten waar je met de digitale bibliotheek op kunt aansluiten.

De grootste groep klanten in Overijssel wordt aangeduid als “traditionele gezinnen” en met alle respect: dat zijn geen koplopers voor allerlei digitale fratsen. Eén van de punten die daar nog wel uitkomt is dat elke klantgroep meer “gemak” wenst. Daar kunnen we nog wel wat mee. Want diensten als digitaal verlengen, digitaal attenderen, reserveren en digitaal vragen stellen kunnen een nog veel groter bereik krijgen. We hebben dus gewoon nog veel uit te leggen. Goed om te doen, maar spannend is het niet.

Er is geen enkele klant die vraagt om widgets, wiki’s, blogs, tags, social bookmarks en andere kinky dingen. Is die behoefte er dan niet? Of is de behoefte latent en moet de klant het nog ontdekken zoals de mobiele telefoon een decennium geleden?

Ik denk dat laatste. Frank Janssen gaf aan dat hij twee jaar geblogd heeft zonder ooit een reactie te hebben ontvangen. En plotseling begon het te lopen en nu kan hij er zijn brood mee verdienen.

Overigens was er wel degelijk een doelgroep bij bibliotheken – zij het niet zo heel groot – die openstaat voor digitale fratsen. Deze groep staat te boek onder de naam “Studenten en starters”. Mijn les was dat we kunnen experimenteren met deze groep en het daarvoor moeten maken. Zij banen de weg voor wat “Traditionele gezinnen” over vijf jaar normaal zullen vinden.

De klant nooit geloven is misschien wat teveel gezegd. Maar soms wat eigenwijs zijn en tegen de stroom in experimenteren kan volgens mij geen kwaad.