Posts tonen met het label leenverkeer. Alle posts tonen
Posts tonen met het label leenverkeer. Alle posts tonen
woensdag 6 december 2017
Handleiding voor het leenverkeer (1972)
De afgelopen weken had ik contact met Henk Middelveld, de oud-directeur van de Overijsselse Bibliotheek Dienst. Hij meldde me dat hij door een verbouwing bij hem thuis ook zijn vakliteratuur maar eens ging opruimen. 'Of ik nog interesse had in wat oude meuk?'
En zo trof ik met Sinterklaas twee dozen met oude rapporten, notities en boeken over het bibliotheekwerk uit de jaren '60 en '70. Briljant materiaal waar ik de komende tijd nog wel eens over zal bloggen. Materiaal zoals dit boekje: 'Handleiding voor het Leenverkeer'.
Het IBL stond - zeker in openbare bibliotheken - nog redelijk in de kinderschoenen. Maar met de snelle groei van het aantal openbare bibliotheken in deze jaren nam ook dit toe.
De opkomst van de Plus-functie
Universiteitsbibliotheken kregen hierdoor steeds meer vraag van openbare bibliotheken. En daar waren die universiteitsbibliotheken eigenlijk niet voor bedoeld. Begin jaren '70 komt er dan ook een regeling voor de bibliotheken met een Regionale SteunFunctie (RSF, later WSF, thans Plus).
De commissie die deze handleiding schrijft merkt daar het volgende over op.
De commissie acht de tijd nog niet rijp om deze voorlopers van de Plusbibliotheken toe te laten tot het landelijk IBL. De Plus-bibliotheken moesten vooral hun regionale functie eerst maar eens goed gaan spelen. Volgens mij duurde het nog tot ver in de jaren '80 - met opkomst van Pica en het GGC -voordat de Plus echt mee mocht gaan doen.
Wel bijzonder dat thans juist die Plusfunctie weer onderwerp van studie is in het landelijk collectieplan. Dit omdat in bijna alle provincies geen geld meer beschikbaar wordt gesteld voor deze functie. En waar het in de jaren '70 nog een heidense klus was om uit te vinden waar een boek zich bevond, doen we dat nu natuurlijk met een druk op de knop.
Formulier van bibliotheek naar bibliotheek
Bibliotheken dienden hun aanvragen in bij de Koninklijke Bibliotheek, bij de Landbouwuniversiteit Wageningen of bij de Technische Universiteit Delft. Zij hadden tot taak op hun gebied een centrale catalogus bij te houden. Dat zullen vele kaartenbakken zijn geweest vermoed ik zo. Zij zochten uit waar iets zich bevond en stuurden dan een lijstje langs bibliotheken om het te leveren. Als de eerste bibliotheek niet kon leveren, ging het naar een tweede.
Dat formulier zag er als volgt uit.
In het tabelletje werden dan codes of afkortingen van bibliotheken geplaatst. Deze procedure - van bibliotheken die aanvragen aan elkaar doorsturen totdat iemand levert - is eigenlijk nog steeds de basis van het NCC/IBL. Ik zeg het met een beetje twijfel omdat ik zelf de laatste jaren niet meer zelf in het NCC/IBL actief was.
Het is toch wel bijzonder om te zien hoe vijfenveertig jaar geleden dat hele IBL echt nog moest groeien en wat voor monnikenklus het toen was om aan je materialen te komen.
Van een tijd waarin toegang tot informatie nog schaars toen, naar een tijd waarin we echt nieuws van fake-nieuws moeten onderscheiden nu. De tijden veranderen en de bibliotheek verandert mee. De vraag die we ons nu stellen is of we iets fysiek nog moeten bewaren als het gedigitaliseerd is. Dan is er in 45 jaar toch een hoop veranderd en is het logisch om die collectietaken opnieuw tegen het licht te houden.
Wie het boekje (in een net iets latere druk) ook eens wil hebben, het is te bestellen via Bibliotheek.nl. Met een druk op de knop heb je het.
dinsdag 31 januari 2017
IBL-barometer: Wat kosten 10 aanvragen bij een andere bibliotheek? Antwoord: tussen € 0,- en € 130,-
De Nederlandse bibliotheken bieden gezamenlijk toegang tot de collectie Nederland. Wat je eigen bibliotheek niet heeft, kun je bestellen en wordt opgevraagd bij een andere bibliotheek. Op deze manier borgen Nederlandse bibliotheken gezamenlijk vrije toegang tot informatie.
10 aanvragen: tussen € 0,- en € 130,-
Alleen wat kost die toegang? Nou dat verschilt behoorlijk. Voor 10 aanvragen bij een andere bibliotheek betaal je tussen de 0 en 130 euro en alles er tussenin. Het wordt slechts bepaald door de bibliotheek waar je toevallig lid bent.
156 stichtingen en 88 tariefgroepen met 264 tarieven
Samen met Johan Stapel van de Koninklijke Bibliotheek zette ik op een rijtje wat het kost om 10 boeken aan te vragen die niet in de eigen bibliotheek aanwezig zijn. Alle 156 bibliotheekstichtingen vullen hun tarieven in in het aanvraagsysteem van VDX. Deze maakt onderscheid tussen aanvragen in het provinciale netwerk, een aanvraag bij de Plusbibliotheken of een aanvraag bij de universiteitsbibliotheken. Bij sommige bibliotheken is het tarief voor alledrie hetzelfde en bij andere zijn ze allemaal verschillend. De 156 stichtingen slagen erin om 88 verschillende tariefopbouwen te hebben. Elke tariefopbouw bestaat uit drie tarieven en in totaal ging het dus om 264 verschillende tarieven.
Vervolgens hebben we een pakket samengesteld van 10 aanvragen: 6 uit de provincie, 3 van een Plusbibliotheek en 1 bij een Universiteitsbibliotheek. Voor elke bibliotheek hebben we uitgerekend wat dit pakketje aan aanvragen kost.
De uitkomsten zijn per gemeente geplot op de kaart. Op de kaart staan bedragen afgerond in hele euro's.
De duurste en de goedkoopste
De duurste bibliotheken zijn Eindhoven (€ 130,-) en Nieuwegein (€ 75,-). Daarna volgt een flinke groep bibliotheken uit Utrecht (€ 50). Onder de € 50,- worden de verschillende steeds kleiner.
Gemiddeld kost het pakket van tien aanvragen € 24,91.
Er zijn een aantal bibliotheken waar dit pakket volledig gratis is. Dat is het geval bij de bibliotheek Hengelo, Hof van Twente, Almelo, Rivierenland, Stadkamer Zwolle, Nijkerk en ZOUT. Bijna allemaal bibliotheken in Overijssel en Gelderland.
Witte vlekken
Een paar gemeenten blijven ongekleurd in dit overzicht. Het gaat om gemeenten waar geen openbare bibliotheek is (zoals bijvoorbeeld Korendijk) of waar Karmac actief is (Buren en Lopik). Korendijk heeft alleen vrijwilligersbibliotheken en heeft geen koppeling met een andere openbare bibliotheek. Karmac kan geen mogelijkheid bieden tot IBL omdat zij geen onderdeel uitmaakt van het bibliotheekstelsel. In al deze gemeenten blijven burgers verstoken van de toegang tot de collectie Nederland.
IBL-tarieven tussen klantperspectief en bedrijfsvoering
Hoe kan het dat de tarieven zo verschillende zijn? Waarom biedt de ene bibliotheek het helemaal gratis aan en waarom vraagt de ander € 13,- per aanvraag? Vooropgesteld: lokale bibliotheken bepalen zelf hun tarieven en zijn vrij om te doen wat ze willen. Toch is er wel enige duiding te geven.
Bibliotheken die IBL gratis aanbieden handelen vanuit het perspectief dat de burger altijd overal toegang moet hebben en dat de kosten geen belemmering mogen zijn. Bibliotheken die een hoog tarief hanteren kunnen daar zo hun redenen voor hebben. Redenen zijn bijvoorbeeld dat men met de prijs het gebruik wil ontmoedigen of redelijk kostendekkend wil laten zijn. Een aanvraag bij een andere bibliotheek vergt meer werk dan een gewone uitlening en daar past dan die hogere prijs bij. Ook kan je als bibliotheek vinden dat het IBL niet voor elke uitlening gebruikt moet worden en dat een prijs dat speciale gebruik uitdrukt. Bedrijfsvoering en klantperspectief schuren hier langs elkaar.
Naar een groeimodel voor een uniform tarief?
Ik denk dat velen schrikken van de grote verschillen in prijs voor IBL-aanvragen. Om eerlijk te zijn: ik zie de gemiddelde middelbare scholier nog niet 80 tot 130 euro neertellen om zijn boeken voor het profielwerkstuk bij elkaar te krijgen. Die haakt af en gaat naar internet.Vanuit klantperspectief zou je iedereen gratis toegang tot alles willen geven. Maar ook dat is de uitzondering.
Gemiddeld zitten we rond de € 25,- voor tien aanvragen. En hoewel we veel verschillende tarieven weten te hanteren, ligt de rekening aan het eind toch ook vaak dicht bij elkaar. En laten we wel wezen: het gaat hier niet om de grootste inkomstenbron. Het isveel minder dan de subsidie-inkomsten of de contributies en vaak ook nog ver onder de inkomsten van de boetes (tenzij u boetevrij bent natuurlijk).
Zou het mogelijk zijn om in Nederland toe te groeien tot een uniform IBL-tarief? Bijvoorbeeld in twee of drie jaar? Johan Stapel en ondergetekende bieden onze kennis hiervoor aan. Welke bibliotheken willen mee opstaan om voor Nederlandse bibliotheken te komen tot een groeimodel voor een uniform tarief? We horen het graag.
Het gebeurt alleen als we dat zelf willen. Tot die tijd regeren 264 tarieven voor 156 basisbibliotheken en loont het om je aanvragen wellicht bij een bibliotheek in een dorp verderop aan te vragen.
Meer info over het onderzoek
Dit onderzoek is met de grootste zorg samengesteld. Daarbij is gebruik gemaakt van de laatst bekende tarieven zoals deze in de VDX-applicatie bekend zijn. Het overzicht aan alle data kun je vinden onder deze link. Een directe link naar de bovenstaande landkaart vind je hier. Op biebtobieb is een discussie actief onder deze link, daar zijn ook enkele verbeteringen weergegeven die hier al zijn verwerkt. De bedragen in de landkaart zijn afgerond op hele euro's. Mocht ondanks de grote zorg toch onvolkomenheden constateren, laat ons dat dan weten, maar controleer ook zelf of tarieven goed vermeld zijn in VDX.
Op verzoek kunnen voor regio's of provincies verdere uitsnedes gemaakt worden of verder onderzoek worden gedaan.
Abonneren op:
Posts (Atom)