Posts tonen met het label cplo. Alle posts tonen
Posts tonen met het label cplo. Alle posts tonen

zaterdag 1 april 2023

1 april 2023: 75 jaar POI's in Nederland

 

Ik vind het vandaag een feestelijke dag. Het is misschien zelfs wel een dansje waard tussen de kaartenbakken. Precies vandaag bestaat het werk van Provinciale OndersteuningsInstellingen (POI's) voor het bibliotheekwerk 75 jaar.  Op 1 april 1948 begon namelijk Claar Goudzwaard als allereerste medewerker bij de Centrale voor PlatellandlandsLectuurvoorziening Overijssel. Het zou later uitgroeien tot de Overijsselse Bibliotheek Dienst en weer later, na de fusie met Biblioservice Gelderland tot Rijnbrink. 

Pioniers van het platteland
Claar Goudzwaard begon als directrice - directeur zou men in die tijd zeker niet gezegd hebben - met één medewerker: een boekenmeisje. Ook dat zouden we  nu niet meer zo noemen. Ze werkte bijna dertig jaar samen met Abraham van Uxem, de bezoldigd secretaris-penningmeester van de stichting.  Het waren de stedelijke bibliotheken die samen met de Boeren- en Tuindersorganisaties (ABTB, CBTB, OLM) het initiatief namen. Nederland had de Tweede Wereldoorlog achter zich en er heerste een sfeer van wederopbouw en optimisme. Het platteland dat nog verstoken was van bibliotheken en die nog een flinke achterstand hadden op het stedelijk gebied hadden recht op dezelfde ontwikkeling. De parallellen met de huidige tijd zijn snel gemaakt. De POI had een uitvinding van de BBB kunnen zijn.

Op de tweede werkdag stelt Claar Goudzwaard een soort manifest op dat aan tal van Overijsselse organisaties en gemeenten wordt toegezonden. Het document is bewaard gebleven. 


In de archieven zijn zelfs de concepten met de aantekeningen bewaard gebleven. Daarbij kun je vooral zien dat er nog gesleuteld is aan teksten om de gemeenschappen met een streng-christelijke signatuur niet voor het hoofd te stoten. Woorden lagen gevoelig. 

Katholieken doen niet mee
Overigens waren het niet de streng-christelijken maar de katholieken die dwars lagen. Aanvankelijk was het de bedoeling dat de katholieken meededen maar de bisschop stak daar zelf een stokje voor.  De de Katholieke Boeren- en TuidersBond (KBTB) die aanvankelijk mede-initatiefnemer was, trok zich na deze berisping terug. In de Twentsche Courant - toen een katholieke krant - van half april 1948 wordt daar al op gezinspeeld en bespreekt men het manifest. 


En het blijft niet bij woorden van de katholieken. In november 1948 hebben ze dan al een eigen centrale opgericht: de Katholieke Centrale voor Lectuurvoorziening (KCVL) Overijssel. 

Cultureel ondernemers avant la lettre

Van Uxem en Goudzwaard waren cultureel ondernemer voordat het woord was uitgevonden. Van Uxem reisde gemeente na gemeente af en wist als een ware koopman de bibliotheken aan de man te brengen. Hij wist een juridische constructie te verzinnen waardoor hij als plattelandsorganisatie ruimer gebruik kon maken van de Rijkssubsidieverordening. Er ging daardoor aanzienlijk meer geld naar het platteland dan voorheen. Alle provincies volgde de slimme constructie van Van Uxem. Vanaf eind jaren '50 tot eind jaren '70 was het Overijssels bibliotheekwerk één grote bouwput. Bibliotheek na bibliotheek werd uit de grond gestampt. Toen Van Uxem en Goudzwaard midden en eind jaren '70 met hun werk stopten, was de organisatie uitgegroeid tot een bibliotheekimperium met 55 bibliotheken en 400 medewerkers. In een kleine dertig jaar van twee naar 400 medewerkers en van nul naar 55 bibliotheken. Kom er eens om. 

Bij de katholieken gebeurde iets soortgelijks. Zij hebben meer ingezet op bibliobussen dan op bibliotheken maar Rein Heerink was daar een evengrote pionier als Van Uxem en Goudzwaard. 

Iconische pioniers
Ook in Gelderland voltrok zich een soortgelijke ontwikkeling, hoewel een paar jaar later. De katholieken waren daar als eerste actief in 1951 terwijl een openbare tak in 1957 van start ging. Met legendarische namen als Corry van Ommen, Lucy Mesdag. Bekijk even deze foto uit 1982 en zie welk imperium aan Bibliobussen er in Gelderland rond reed.


De achterstand van het platteland
De provinciale ondersteuningsinstelling van nu is niet meer de bibliotheek van het platteland van toen. Toch is de vraag: hebben steden en platteland dezelfde mogelijkheden, nog steeds actueel. De POI's zijn netwerkorganisaties geworden die het stelsel ondersteunen. Nog steeds met de taak tot innoveren en het vinden van goede oplossingen om zowel in dorpen als in wijken van steden tot een goede inzet te komen voor de ontwikkeling van inwoners. 

POI's als onderdeel van een bibliotheekstelsel. Een stelsel waar ik me elke dag met plezier voor inzet. Ik zie wat de iconische pioniers voor ons tot stand hebben gebracht en hoe cultureel ondernemers vóór mij dit hebben uitgebouwd. Met dat gegeven is het een dure plicht om ook in de komende jaren elke dag opnieuw te bedenken welke stappen we met elkaar kunnen zetten om kansen voor inwoners in dorpen en steden nog verder te vergroten. 

Maar voor nu kijk ik met verwondering achterom. Ik feliciteer mijn collega-POI's en ik feliciteer het bibliotheekstelsel. En ik maak vandaag een klein dansje tussen de kaartenbakken. En het mag. Want wie goed kijkt naar het bordje op de deur, ziet het staan, het is geen catalogusafdeling maar een discotheek!    
 
De foto's van dansende bibliothecarissen komt uit het archief van de Gelderse tak van Rijnbrink. Ik vermoed begin jaren '70. Wie namen weet mag het zeggen.

dinsdag 3 april 2018

1 april 2018: de POI's in Nederland bestaan 70 jaar!


Het zal aan velen voorbij gegaan zijn. U was net eieren aan het zoeken op 1 april (1e paasdag) of u draaide zich nog eens om in bed.  Maar op 1 april 1948 begon de officiële geschiedenis van POI's in Nederland en die van Overijssel in het bijzonder. Op die datum begon juffrouw Goudzwaard als directeur van de Centrale voor PlattelandsLectuurvoorziening in Overijssel (CPLO), welke al .snel PlattelandsBibliotheek Overijssel (PBO) heette.

De CPLO was opgericht op 17 maart 1948 nadat zowel Rijk als provincie Overijssel een toezegging voor subsidie hadden gedaan. Het budget voor 1948 bedroeg fl. 7.295,-. De organisatie werd onder gebracht bij de bibliotheek in Zwolle aan de Kamperstraat.

De man naast Claar Goudzwaard was Abraham van Uxem die als secretaris-penningmeester en tevens lid van de directie van de PBO. Het schijnt een illuster duo te zijn geweest. Van Uxem was de slimme zakenman en Claar Goudzwaard de deskundige bibliothecaris en organisator. Van Uxem trok met zijn motor door Overijssel en legde gemeente na gemeente uit dat er toch echt een bibliotheek moest komen.



Van Uxem had daarvoor twee type bibliotheekgebouwen in de aanbieding: een kleine en een grote. Het verhaal gaat dat hij die tekeningen altijd op zak had en dat hij aan het eind van het gesprek met een gemeente dan zei: "uw buurgemeente kiest trouwens dat grote gebouw". Die standaard Van-Uxem-gebouwtjes kom je op een enkele plek nog wel tegen.

Deze Overijsselse pioniers waren overigens wars van de opkomende bibliobussen. Dat was onzin, vonden ze. Bibliotheekgebouwen moesten er komen. En ze kwamen er ook. Paul Schneiders schrijft in zijn boek 'Lezen voor iedereen' over deze Overijsselse ontwikkeling:
"..1948 is een kroonjaar. Daarbij doelen wij op de oprichting van de Centrale Plattelandsbibliotheek Overijssel. Het initiatief daartoe was genomen door de volkshogeschool Diependaal, enkele landbouworganisaties en de Provinciale Bond van Openbare Leeszalen en Bibliotheken. De CPB Overijssel wees een nieuwe weg in de plattelandslectuurvoorziening. Terecht zijn de mensen erachter - de werkers van het eerste uur Cl.M (Claar) Goudzwaard en bezoldigd secretaris-penningmeester A. van Uxem - pioniers van die werk genoemd. Het tijdschrift 'De Openbare Bibliotheek' wijdde een speciaal Overijsselnummer aan het bibliotheekwezen in die provincie, het bibliotheekmodel Van Uxem (doelmatig, eenvoudig, goedkoop, centraal gelegen, uitnodigend, herkenbaar) werd door de andere provincies gevolgd. Wat aan het begin van deze eeuw (red. 20e eeuw dus) Dordrecht was geweest voor de stedelijke openbare leeszalen, werd Overijssel voor het platteland. "
De provinciale ondersteuningsinstellingen (POI's) hebben inmiddels vele namen gehad via Plattelandsbibliotheek via Provinciale bibliotheekcentrale (PBC) naar nu POI. Met soms exotische namen als Cubiss, Probiblio, Biblionet of Rijnbrink. Net als over de bibliotheek is ook de provinciale laag vaak gezegd dat die niet meer nodig zou zijn. Ik geloof er niks van. Er is geen bibliotheeklaag in Nederland die zonder de andere laag kan. En juist onder de nieuwe bibliotheekwet die in 2015 in ging is stelselsamenwerking tussen bibliotheken maar ook tussen verschillende maatschappelijke en culturele instellingen belangrijker dan ooit.

Ik hef het glas op Goudzwaard en Van Uxem en de provinciale instellingen in Nederland. Op de volgende 70 jaar!

Hier vind je meer informatie over Abraham van Uxem en Claar Goudzwaard