Posts tonen met het label scp. Alle posts tonen
Posts tonen met het label scp. Alle posts tonen

zondag 9 februari 2020

Hoe ons mediagedrag verandert, waarom lezen van papier blijft en waarom een leesoffensief wel eens succes kon hebben

Het rapport lag al een tijdje op me te wachten: 'Trends in Media: Tijd' van het SCP. Door alle lijstjes van bibliotheken, was het er nog niet van gekomen er op in te gaan. Het rapport komt elke drie jaar uit en geeft een mooi beeld van ons veranderende mediagedrag.

Dag desktopcomputer, dag vaste telefoon, dag dvd-speler!
Want dat ons mediagedrag verandert is zeker. Kijk maar eens rond in je eigen woonkamer. Hierboven zie je het bezit van apparatuur in Nederlandse huishoudens tussen 2013 en 2018. Dan zien je dat we afscheid aan het nemen zijn van de desktopcomputer, de vaste telefoon, de dvd-speler en onze stereo-installatie. Ik weet zeker dat een deel van mijn lezers dat gaat herkennen. De desktopcomputer werd vervangen door de tablet of laptop, de vaste telefoon door de smartphone, de dvd-speler door Netflix en je stereo-installatie werd een Bluethoothspeakerset.

Dag email!
In het hoofdstuk 'Communiceren' gaan de onderzoekers van het SCP in op de verschillende vormen van communiceren. Hoewel de tijd die we daaraan besteden ongeveer gelijk blijft, zien we één grote verliezer: de e-mail. De tijd die we aan e-mail besteden is sinds 2013 met ongeveer een derde teruggelopen. Een gemiddelde Nederlander besteedde in 2013 nog zeventien minuten per dag aan e-mail, in 2018 was dat nog maar twaalf minuten.  En zelf herken je dat ook wel. Heel veel verenigingen werken tegenwoordig met appgroepjes in plaats van email.


Welkom Netflix!
Ik vroeg aan mijn kinderen van 12 en 20 of zij eens wilden inschatten hoeveel procent van de tijd Nederlanders naar Netflix en Uitzending gemist kijken en hoeveel er nog naar 'gewone televisie' wordt gekeken. Hun inschatting was dat 80% van de tijd toch wel naar Netflix zou gaan. En 20% nog naar gewone televisie.... Wat denkt u?

Bij het kijken zien we inderdaad een verschuiving naar non-lineair kijken zoals dat deftig heet. We kijken steeds minder op moment van uitzending en bepalen steeds vaker wanneer we wat kijken. Of beter gezegd: het algoritme van onze streamingdienst bepaalt steeds vaker wat we kijken. Van de drie uur! - mind you - die we gemiddeld per dag kijken is nu bijna een derde voor dat non-lineaire kijken bestemd. In 2013 was nog maar een zesde van het geheel. Dat aandeel is in vijf jaar dus verdubbeld. Toch kijken we nog altijd voor twee derde van de tijd gewoon op het moment van uitzending.

Het gedrag verandert dus zeker maar het gaat langzamer dan mijn kinderen denken.

En het lezen?


In de afgelopen maanden is er veel dramatisch nieuws geweest over met name het leesniveau van kinderen. Het SCP constateert echter dat als het gaat om de leestijd, het eigenlijk minder slecht gaat dan verwacht. Het rapport meldt daarover:
"Het feit dat oudere mensen meer lezen dan jongere mensen is van alle tijden. In de totale leestijd is dit verschil tussen 2015 en 2018 nauwelijks veranderd. De groep 65-plussers leest gemiddeld bijna 1,5 uur per op een dag. Deze tijd gaat voor het grootste deel naar de krant, maar boeken en tijdschriften worden ook veel gelezen. De groep 20-34-jarigen leest gemiddeld 13 minuten op een dag. Wat ook opvalt, is dat de jongste twee leeftijdsgroepen nauwelijks kranten of tijdschriften lezen, maar wel boeken."
Wie in het rapport de verschillende grafieken door de tijd bekijkt ziet inderdaad dat jongeren gestopt zijn met kranten lezen. Dit terwijl boeken zich in een blijvende belangstelling en redelijk gelijkblijvende belangstelling mogen verheugen. Het inzetten van het lezen van boeken voor leesbevordering en taalontwikkeling blijft dus zeker mogelijk en natuurlijk belangrijk.

Wat ik overigens wel zorgelijk vind is dat met name jongere generaties voor alle informatie eigenlijk volledig zijn overgestapt naar digitale kanalen. Op zich is daar niks mis mee maar de curatie van die informatie gebeurt zoals bij Netflix grotendeels op algoritmes. Als Facebook gaat bepalen welk nieuws je ziet - op basis van je eigen voorkeuren van nieuws - heb ik zelf toch het gevoel dat je een nogal eenzijdig beeld van de wereld krijgt. Informatie- en mediawijsheid gaat voor de komende decennia een nog belangrijker onderwerp worden.



Papier blijft en de bodem van ontlezing lijkt bereikt!
Het SCP meldt over de manier waarop we lezen het volgende:
"Het lezen vanaf papier neemt in vergelijking met 2015 verder af, maar niet zo snel als tussen 2013 en 2015. Nederlanders lezen verreweg nog het meest vanaf papier. Aan de andere apparaten is te zien dat die niet zo sterk stijgen om de daling van het lezen in zijn geheel te compenseren. Het lezen vanaf een computer- of laptopscherm is gelijk gebleven, en tussen 2015 en 2018 is het lezen vanaf een mobiel scherm of vanaf een e-reader met maar 1 minuut toegenomen."
Op een andere plek in het rapport stelt het SCP dat men denkt dat de bodem van de ontlezing bereikt is. Het minder lezen neemt nu zo langzaam af dat daarin de verwachting wordt uitgesproken dat dit niet veel verder meer zal zakken.

En we blijven dus van papier lezen. Menig boekhandel zal een zucht van verlichting slaken. De conclusie sluit overigens aan bij de cijfers die we rond ebooks en bibliotheken zien.  In de analyse die ik een paar weken geleden daarvoor maakte, zag je dat ebooks maar zeer ten dele het verlies aan uitleningen bij fysieke boeken compenseert.

Een Leesoffensief kon wel eens succes gaan hebben
Langzaam verandert het medialandschap. Apparaten komen en gaan. Bibliotheken bewegen daar - vaak volgend - op mee.

Maar een paar dingen geven mij hoop: boeken lezen blijft een bezigheid die de jeugd blijft doen ondanks alle andere media-aanbod.  Tegelijkertijd lijkt de bodem van de ontlezing bereikt. Een Leesoffensief, zoals de minister graag wil, is dus zeker mogelijk als je die signalen volgt. Al jaren knokken wij als bibliotheken voor leesbevordering. Ik zie lichtpuntjes dat het mogelijk moet zijn om in de komende tien jaar niet verder achteruit maar weer vooruit te gaan met lezen.

Makkelijk?
Nee.
Onmogelijk?
Nee, ook niet.

Dus wat gaan wij doen?
Precies!

Dan wordt het volgende rapport waar ik me op ga storten het PISA-rapport over leesresultaten. Ook zo'n rapport waar iedereen het over heeft maar die maar weinigen gelezen hebben. Alle reden dus om er eens wat beter naar te kijken.

dinsdag 6 november 2018

1998-2015 Publieke sector: +66%, bibliotheken -22%




Bovenstaand berichtje stond vandaag op Teletekst. Vandaag kwam het SCP met het bericht dat de publieke sector in Nederland over de periode 1998-2015 gegroeid was met 66%. Een groei van 3% per jaar.  Hoe zit dat in bibliotheken? Zijn die ook met 3% gegroeid per jaar? Ik besloot er eens naar te kijken.


Bij de publieke sector was de kostenindex dus gestegen van 100 naar 166 in de periode 1998-2015.  Voor bibliotheken kun je met de CBS vrij eenvoudig alle gegevens vanaf 1999 gebruiken. Ik heb dus niet de periode 1998-2015 gebruikt maar 1999-2016. Dat leverde de bovenstaande grafiek op.

De index van bibliotheken stijgt van 100 naar 108,5 (van € 472 naar € 513 miljoen). Nog altijd een stijging van een 0,5% per jaar. Dit tegenover drie procent bij de gehele publieke sector.

Maar toen ik wat verder doorlas bij het SCP zag ik dat zij de index ook nog gecorrigeerd hebben voor inflatie. Dus ik heb de inflatiecijfers er maar bij gepakt en heb de rekensom voor de doorgaande inflatiecorrectie maar weer eens ter hand genomen.

Toen zag ik een heel ander beeld. Het budget van bibliotheken is - inflatiegecorrigeerd - gedaald van 100 naar 77,5 (van € 472 miljoen naar € 366 miljoen).Een daling van ruim zo'n 22%  Een daling van zo'n 1,3% per jaar. En dat jaar na jaar.

Wellicht kunt u dit plaatje nog eens gebruiken bij uw wethouder als het weer eens gaat over de financiering en als men zegt dat de bibliotheek zoveel kost.