Daar ben ik weer! Het is hondsvroeg maar ik heb het er voor over. Want vandaag is weer Bibliotheekplaza en ik doe voor u vandaag opnieuw live verslag. De wekker ging, de koffie staat. De dag kan beginnen. Vandaag is het thema: De kracht van verhalen. En opnieuw heeft collega-POI Probiblio weer een puike line-up klaar staan van mensen buiten de sector. Zij nemen ons mee naar wat wij nog kunnen leren van hen. Het programma begint rond 10 uur. Eerste verslagen volgen rond 11 uur.
Het is ongeveer de tiende keer dat ik liveverslag doe. Het is opnieuw een eer. Maar ik heb ook een nieuwtje: het zal de laatste keer zijn. Tien jaar verslag op deze manier en altijd met plezier gedaan. Iemand mag het stokje overnemen. Het wordt tijd voor een nieuwe generatie.
Stay tuned!
9.00 uur
En daar zitten we weer. Samen met Edo Postma van Probiblio vormen we al jaren een onafscheidelijk duo. Hij doet de plaatjes en de socials. Ik doe de tekst. Samen hebben we een knus bankje boven in de de zaal van Koninklijk Instituut voor de Tropen waar deze dag gehouden zal worden. Camera klaar, toetensbord klaar... En dan nog even koffie voor het begint.
10.02 uur
De zaal vult zich. Uit de boxen klinkt Peter en de Wolf. Is dit al een opmaat voor het thema: 'De kracht van verhalen?' Het licht dooft en Gershwin Bonevacia, dichter, betreedt het podium. Met een prachtig gedicht over de bibliotheek. Het is prachtig maar moeilijk te beschrijven. Om jullie thuis tegemoet te komen, bied ik jullie een alternatief. Zijn optreden bij Podium Witteman.
Gerschwin is dichter en performer, en was van 2019 tot 2022 stadsdichter van Amsterdam. Overigens een dichter die dyslectisch is. Toch bijzonder.
Na Gerschwin komt Saber Benjah het podium op. Saber is onze dagvoorzitter vandaag. Saber vertelt over de rol die de bibliotheek voor hem heeft gehad. Hoe zijn taal bevorderd werd door de bibliotheek en hoe dat heeft bijgedragen aan zijn kansen in de samenleving.
Bij de start komt Frans Bergfeld, directeur van Probiblio, nog even terecht op het podium. Hij wenst iedereen, zoals het hoort, een fijne dag en ook leuk, hij daagt de mensen uit om niet op je telefoon te kijken vandaag. Laat je meenemen door het verhaal. Ook Frans vertelt een verhaal. Een verhaal over zijn geschiedenisdocenten die - inderdaad - vooral ook verhalen vertelden en daardoor hem verleidden om geschiedenis te gaan studeren.
10.17 Douwe en Esther - Sonneborgh
Douwe van der Werf van de sterrenwacht Sonneborgh op het podium. Zij gaan met het publiek vandaag een experiment aan met input van alle deelnemers. Zij gaan daarmee een verhaal maken dat aan het eind van de dag zal terugkomen. En jawel, het eerste wat hij vraagt is: pak je telefoon even. Die telefoon die Frans Bergfeld net gevraagd had op te bergen. Via een aantal vragen. Collega van Douwe, Esther vertelt vervolgens een verhaal over de grootste transitie in de weteld die in 2023 was begonnen. Het is een prachtig utopisch verhaal over de redding van de wereld uit de crises waar we ons nu in bevinden. We reizen naar het jaar 2130 en ook hier wordt de zaal gevraagd om vanuit hun fantasie bouwstenen aan te leveren voor de toekomst.
10.30 Kees Klomp
En dan komt de eerste "key-note"-spreker. Dat is Kees Klomp in het dagelijks leven lector betekeniseconomie bij de hogeschool van Rotterdam. En Kees slaat het optimisme van de sprekers voor hem maar even de bodem in. Want het gaat niet goed met de wereld. En dan kijkt hij vooral naar de economische systemen die de oorzaak zijn van alle crises waar we nu mee te maken hebben: asielcrisis, milieucrisis en zelf je individuele crisis. En hij zegt dat de crisis existentieel is omdat het ons raakt wat ons ten diepste mens maakt. Steeds meer mensen hebben moeite met het wereldbeeld dat we voor onze ogen zien. We begrijpen de wereld voor ons gevoel steeds minder. Dat levert een fundamentele levensonzekerheid op.
Voor wie een beetje een beeld wil hebben van Kees Klomp zonder bij het symposium te zijn, moet eens kijken naar zijn filmpje over de boerencrisis hierboven.
Maar die crises raken ons dus op dit moment persoonlijk. Wie zich in deze tijd ongemakkelijk voelt, is dus eigenlijk kerngezond. Wie zich nu nog geen zorgen maakt, moet zich wellicht toch achter de oren krabben.
Maar ja, hoe los je het op. Velen denken dat je het systeem moet veranderen. Maar dat werkt niet. Want het systeem zit in onszelf. Het woord systeemverandering verkoopt goed maar is naar zijn mening niet meer dan symptoombestrijding.
Kees Klomp heeft over deze gedachte een boek geschreven: 'De regenmaker'. Dat boek is geschreven voor zijn zoon van 10.
Hij leest het verhaal voor aan de zaal. Het is het verhaal van vogeltje Olla dat probeert als enkel vogeltje een bosbrand probeert te blussen. U kunt zich voorstellen hoe dat gaat en wat de andere dieren tegen hem zeggen. Maar langzaam kantelt het. Dier na dier gaat helpen. En er ontstaat een moedige brandweerbrigade van dieren. Wat begon als één druppel water werd een grote regenbui.
Hij legt uit wat hij deed met dit verhaal en welke theorie er achter zit. In plaats van Fight, Fligth, Freeze moeten we naar Face, Free en Feed. Bij de Immersie gaat het om geraakt worden. Hij onderzocht vele idealistische ondernemers en al die ondernemers hadden één ding gemeen: ze waren allemaal een keer persoonlijk geraakt waardoor ze tot ondernemen kwamen. Dat is bijzonder want meestal gaan we weg bij pijn. Het gaat dus niet om weten maar om voelen dat je moet veranderen. En wat doen wij: wij zetten in op weten. We proberen iedereen te leren wat er aan de hand is in de wereld. Maar willen wij veranderen moeten we het dus voelen.
Wil je onverschilligheid dus bestrijden dan heeft informatie rondpompen dus geen zin.
Zijn tweede punt is hoe je beweging in gang zet. En dat gaat over macht. En hoe macht, macht wordt. En hoe ook het individu als ze samenwerken tot macht kunnen komen. Hij noemt dat dissolutie. Het lasten oplossen en laten overgaan. Ons egocentrische denken moet overgaan naar wereldcentrisch en levenscentrisch. Het rapport van de Club van Rome, begin jaren '70 van de vorige eeuw, was de eerste keer dat dat denken kantelde. Onlangs werd bekend dat als de bij uitsterft, dat de mensheid maximaal vierenhalf jaar overleeft. In dat opzicht bestaat het individu niet meer maar alleen nog een wij.
Hij haalt de Maslowpiramide aan. En hij laat zien hoe het beeld van die piramade eienlijk niet meer dan een religie is. Het is een model dat niet bewezen is. Tenminste niet op de manier met de kracht waarmee deze piramide gebruikt. Hij draait de piramide volledig om en betoogt dat je ook dat beeld nog steeds kunt onderbouwen. Het gaat niet om de ene of de andere piramide maar hij wil laten voelen dat je het beeld dat je hebt mag betwijfelen.
Hij sluit af met de Amplitie. Hij gebruikt daarvoor het voorbeeld van ziekte. We zijn pas geïnteresseerd in gezondheid op het moment dat we ziek zijn. Terwijl we natuurlijk daarvoor al iets aan onze gezondheid moeten doen. Hij haalt daarvoor het ik- en het zij-narratief aan. 'Zij' zijn schuldig en 'zij' moeten veranderen. Ook het 'ik'-narratief wordt veel gebruikt: 'ik' kan het systeem niet veranderen maar ik kan wel mijn steentje bijdragen. Maar tussen het 'zij' en het 'ik' zit het 'wij'. Er is geen betere methode om gedrag te veranderen is om in groepen het goede gedrag te vertonen. Je moet voorleven.
11.18 uur Sander van Duijn
Na weer een krachtig intermezzo van Gershwin Bonevacia komt Sander van Duijn van Storydiggers
aan het woord. Storydiggers is een bedijf dat gespecialiseerd is in 'storytelling'. Waar het om gaat is dat je niet alleen feiten brengt maar ook verhalen vertelt om gevoelens te raken. De techniek laat Sander even in de steek maar acht, dus hij moet als spreker zelf ook de kracht van het verhaal inzetten om zijn verhaal verder te brengen.
Hij noemt de bibliotheek het huis van verhalen, dus hij is benieuwd of wij al die theorie al niet kennen. Hij vertelt dat het vertellen van verhalen zo oud is als de mensheid en dat het vertellen van verhalen 65% van onze communicatie uitmaakt en dat zeven hersendelen nodig zijn om een verhaal te verwerken. Een verhaal dringt dieper door in onze hersenen dat platte feiten.
Hij vertelt waaraan een verhaal moet voldoen aan de hand van de theorie van Joseph Campbell. De basisprinicpes zijn 1) conflict en 2) connectie. Het gaat over spanning en herkenbaarheid. Hij laat daarbij een filmpje zien dat lijkt op onderstaande.
Dit model is natuurlijk herkenbaar op heel veel filmplots. Elk verhaal heeft vier grote rollen: 1) een held, 2) een schat, 3) een monster en een 4) een helper. Het verhaal begint in de gewone wereld maar verdwijnt in een speciale wereld door de opdracht die hij krijgt.
Hij laat voorbeelden zien van de Efteling, van het festival Burning Man en Tomorrow Land en fotograaf Brandon Stanton. Wellicht aardig om daar dit filmpje nog eens van te zien.
Toch puzzelt mij even waar hij nu naar toe wil met dit verhaal. Maar dan stapt hij over naar voorbeelden in de bibliotheek. Hij haalt de uncensored library op Minecraft aan. Een initiatief om verboden teksten onder de aandacht te brengen. En het voorbeeld van de Living Library, een concept waar al veel bibliotheken mee werken.
De conclusie van de ochtend? Wil je iets veranderen in de samenleving dan moet je mensen raken. En wil je mensen raken, vertel dan een verhaal.
Verborgen Stad, ik vind het een fantastische naam voor een stichting. De Verborgen Stad wordt wel omschreven als de historische Google Streetview. Lang werkt Theo Pronk bij een universiteit en besloot een aantal jaren geleden om samen met een vriend in de techniek te duiken.
We zijn ondertussen gewend om in het heden met Google Streetview te werken. Maar ja, dat is alleen in het heden. Je kunt niet zien hoe het vroeger was. Een aantal jaren geleden maakte Theo Pronk een project rond de herdenking van de Synode van Dordecht. Samen met partners in de stad, zoals het museum zette hij dat toen op. Met als doel: kunnen we mensen laten zien hoe het vroeger was en je als het ware door de stad van vroeger kon lopen. Dat is wat hij deed.
Hij maakte, wat hij noemt, een 5D-omgeving. Naast de drie gewone dimensies, voegde hij de dimensie tijd (verschillende jaren) en informatie toe. Met je telefoon kun je zo op locatie zien hoe het vroeger was maar je kunt het ook gewoon thuis bekijken. En waarom doet hij dat? Nou, als mensen snappen hoe het vroeger was, zal men er voorzichtiger mee omgaan in de toekomst?
Zo begon hij met Dordrecht en breidde dit uit naar andere plekken. Telkens aan de hand van tal van verhalen. Zo pakt hij project voor project aan. Hij legt uit hoe het werkt en hoe het wordt ingevuld.
Hij begint met de kadasterkaarten uit 1832. Dat is het uitgangspunt en vervolgens wordt dit verder uitgewerkt met andere bronnen. Ook tal van oude kaarten en schilderijen worden gebruikt. Overigens laat hij ook zien hoe vaak een kaart of schilderij niet helemaal klopt. Het is vermakelijk om te volgen.
Vanuit die kaarten werkt hij het uit naar een 3D-wereld. De huizen worden ingekleurd, de straten geplaveid etc. Echt leuk om te zien hoe hij de geschiedenis tot leven brengt. Overigens wie wil zien hoe zijn eigen stad zich ontwikkelde in 2D kan al terecht op deze site van het RCE.
De omgeving die hij ontwikkeld kan vervolgens gebruikt worden door tal van devices: mobiele telefoon, kijkpalen of gewoon op de pc.
Theo Pronk legt vervolgens uit hoe hij nu bezig is met een project over de Pilgrim Fathers. Dit waren geloofsvluchtelingen uit Engeland die later naar Amerika vluchten. En zo gaat hij door tal van beelden en projecten.
Tot slot laat hij de zaal nadenken over hoe je zelf zo'n project zou kunnen opzetten en dan kijkt hij naar welke verhalen bij elkaar horen. En vervolgens laat hij zien hoe je er daarnaar weer activiteiten aan kunnen koppelen.
Wat een heerlijke verteller is Theo Pronk en een mooie eye-opener hoe hij techniek, historie en verhalen met elkaar combineert.
15.15 uur Beste bibliotheek en beste jeugdspecialist
Een leuk element dat dit jaar is toegevoegd aan Bibliotheekplaza is de uitreiking van de prijs voor Beste Bibliotheek en Beste Jeugdspecialist. Bibliotheekplaza is daar inderdaad een mooie plek voor. In de bankjes zien we ondertussen zenuwachtige bibliotheekdirecteuren en genomineerde jeugdspecialisten.
Nina Nannini van NBD|Biblion licht nog een keer toe waarom de prijzen belangrijk zijn voor de sector en waarom NBD dit goede initiatief steunt.
Voor wie hem straks niet wint, zeggen we natuurlijk dat de nominatie ook al een prijs is. Maar goed, natuurlijk wel een poedelprijs.
Als eerste zijn de jeudspecialisten aan de beurt.
Beste jeugspecialist: Merel Kuitert
Genomineerden zijn:
Monique Dijkgraaf, leesconsulent voortgezet onderwijs bij Bibliotheek Noord-Veluwe
Astrid Goedknegt, consulent lezen en media bij Bibliotheek Kennemerwaard
Merel Kuitert, jeugdbibliothecaris bij Noord Oost Brabantse Bibliotheken
Toos van den Beuken, die vorig jaar deze prijs won, mag dit jaar de prijs uitreiken. Elk van de genomineerden krijgt een prachtig juryrapport. Maar wie wint?
Tromgeroffel...... Merel Kuitert!
Beste bibliotheek:
Dan door naar de Beste Bibliotheek. Daar waren genomineerd:
Barendrecht Carnisselande (De Bibliotheek Aanzet)
Huiskamer van Heteren (de Bibliotheek Gelderland Zuid)
Katwijk Schelpendam (Bibliotheek Katwijk)
Purmerend (de Bibliotheek Waterland)
Son en Breugel (Bibliotheek Dommeldal)
Elk van de bibliotheken krijgt nog een korte introductie met een filmpje.
Nee, ook deze prijs wordt natuurlijk niet zomaar uitgereikt. Hier is een heuse jury actief en Chris Wiersma is daar de voorzitter van. Chris Wiersma legt uit dat dit jaar met een thema is gewerkt. Dat was dit jaar programmering. Dat geeft de mogelijkheid dat niet de meest nieuwe, meest grote of archiectonisch mooiste bibliotheek zou winnen.
Zangeres Sophie van Hoytema zingt het juryrapport. Wat een leuke uitvoering! Zo wil ik altijd wel het juryrapport willen hebben. Na dat prachtige juryrapport komt Nina Nannini nog een keer terug met een gouden envelop.
Zingend had je het misschien al kunnen concluderen....
De beste bibliotheek 2023 is..... Dommeldal!
Tot slot... Moonshot
Douwe komt nog één keer terug. Weet u nog: die input die vooraf werd gevraagd? Daar is Douwe met zijn team aan de slag gegaan. Er komt een optreden met acteurs.
Maar, vraagt Douwe zich af... waar zijn de acteurs. Het is geen onderdeel van de act zegt hij... Er komt een muzikaal intermezzo. Of dit bij de act hoort of dat dit toch een nummer is, wordt niet geheel duidelijk maar ach, wat zou het?
We worden deelgenoot van.... een verhaal. Natuurlijk.
Een verhaal over de bibliotheken in de toekomst. Een toekomst die zich beweegt naar de oplossingen die deze samenleving nodig heeft. Het verhaal gaat over een toekomstige donateur die veel geld heeft geschonken en waarbij de bibliotheekmedewerkers moeten beslissen om het in te zetten zodat het bijdraagt aan een betere wereld. De ene na de andere medewerker komt met een goed idee. Er komt een toneelstuk te voorschijn over de ongedachte bibliotheek.
Tot ziens en het einde van een traditie?
En dan maken we toch de landing. Saber Benjah vraagt rond wat mensen geleerd hebben. Ik vind dat altijd wel knap dat mensen na zo'n dag dat toch altijd zo voor zichzelf dat kunnen formuleren. Het is dat ik zo'n dag meetyp en dus makkelijk teruglees maar in de veelheid van verhalen ben je toch ook zomaar wat kwijt.
Mijn topper? Dat was Kees Klomp. Echt steengoed verhaal. Maar de hele dag was weer prima en ik zie uit naar de volgende. Dat wordt voor mij dan wel een andere versie. Voor mij komt aan een traditie een eind. Al die jaren met heel veel genoegen gedaan. Dank Probiblio voor al die jaren gastvrijheid en.. verhalen!
De wekker gaat. Een dikke gaap maar de adrenaline schiet ook gelijk omhoog. Want vandaag is het weer: Bibliotheekplaza! Het is wel een vroegertje voor me van Deventer naar Vijfhuizen... En het bizarre is, het gaat over virtual reality. En hoewel het over virtueel gaat moet ik er toch fysiek naar toe. Maar ik heb het er graag voor over. Bibliotheekplaza is het bibliotheekevenement waar buiten naar binnen wordt gehaald. En men snijdt altijd thema's aan waar je nog lang op kunt doorkauwen.
Ga ik nu onderweg naar Vijfhuizen. Vanaf 10 uur neem ik je vanaf deze plek mee door de dag door telkens een update te plaatsen. Stay tuned!
10.13 uur
En we zijn van start in een expocenter op het oude Floriadegebied in Hoofddorp. Een zaal gevuld met bibliotheekvolk en een line-up die staat te trappelen in de coulissen. Ik zit weer naast m'n maatje Edo Postma. Hij doet de tweet en soundbites en ik doe verslag. Door menigeen worden we al aangeduid als de mannetjes van de Muppetshow.
Marit van Bohemen, actrice en presentatrice opent de dag en is dagvoorzitter. Vorig jaar nog hybride maar dit jaar maar weer helemaal fysiek. Marit vraagt natuurlijk even de directeur van Probiblio even op het podium. Hij geeft aan dat Probiblio Bibliotheekplaza van harte organiseert om de bibliotheeksector te inspireren. Elk jaar vraagt de organisatie aan bibliotheken weer welk thema er op de agenda moet komen en virtual reality was één van die thema's. Maar voordat we aan die thema's beginnen, krijgen we een korte entree van Jochem Noyen, illusionist. Hij leert ons wat perspectief met ons doet en hoe je beïnvloedt kunt worden. Daar kan ik u niet in meenemen maar als alternatief dan maar zijn aardige filmpje.
We zijn los!
10.48 uur Roanne van Voorst
Roanne is onderzoeker, toekomstverkenner, antropoloog, universitair docent en spreker. Ze neemt ons mee over onze hoogtechnologische toekomst. Antropologen kijken naar hoe mensen handelen en proberen dat te begrijpen. En antropologen moeten steeds vaker in de meta-werelden verblijven. Want we verblijven als mens steeds vaker in die virtuele werelden. Toch lijkt die virtuele wereld best op de papieren wereld: je kunt je er in verliezen en er nieuws vandaan halen bijvoorbeeld.
Ze vertelt dat ze voor onderzoek een relatie heeft gehad met een avatar. Die avatar ging haar langzaam aan begrijpen: wat ze lekker vond, hoe ze dacht etc. En warempel: die avatar leek haar inderdaad te gaan begrijpen en kon haar appjes sturen die ook haar echte vrienden konden sturen. Ze merkte dat er dus toch een soort relatie ontstond. Dat vond ze zelf toch wel verbazingwekkend. De avatar vervulde een rol voor haar: ze gaf afleiding. Dat was fijn maar ze ging niet de diepte in, geen persoonlijke groei.
Onder al onze technologie zitten nog steeds mensen. Ze vertelt dat ze ook mee in gegaan in de wereld van metaverses: ze kon alles doen wat ze in de werkelijke wereld niet altijd durfde te doen: paaldansen, een relatie met een man met sixpack. En toch ga je op bepaalde punten achteruit: je leert door al die schermen minder goed om menselijke gezichten af te lezen.
Jongeren zijn dan ook veel beter dan ouderen in die digitale wereld, ze kunnen meerdere schermen tegelijk open hebben maar op gevoelsvlak lopen ze achter op voorgaande generaties. Ze illustreert dat met een verhaal over de OBA waar ze lange tijd zelf gewerkt heeft. Ze legt uit waarom bibliotheken plekken zijn waar mensen elkaar lijfelijk en veilig ontmoeten. En dat is niet meer voor iedereen vanzelfsprekend door alle digitale ontmoetingen.
Maar we leven ook breder in een bijzonder tijd. We leven in een tijd waarin de huidige generaties denken dat volgende generaties het niet automatisch beter krijgen. Groeiend welvaart is niet zeker, milieuproblemen die steeds dichter bij komen. En het kan bij mensen leiden in de werkelijke wereld leiden tot terugtrekkend gedrag. En mensen 'vluchten' dan naar een virtuele. Terugtrekken in eigen bubbels. Bubbels waar we de confrontatie met andere 'waarheden' niet meer aangaan. Binnen die eigen bubbels vinden we alleen de informatie die bij onze werkelijkheid hoort.
En bekend is dat als mensen zich afgewezen voelen in hun eigen waarheid dat ze nog sneller denken dat ze ook echt afgewezen worden. We denken dus nog sneller dat mensen die ons willen helpen bijvoorbeeld mensen zijn die ons willen bijsturen. Of mensen die een neutrale blik hebben worden dan eerder als negatief ervaren dan nodig.
De tegenreactie is dat er kleine kringen ontstaan die mensen willen helpen. Burgerinitiatief, vaak los van de overheid of van andere verbanden. Kringen waar men het gevoel heeft dat men in ieder geval doet wat kan. In de bibliotheek zien we veel van dit soort voorbeeld: denk aan taalmaatjes of vrijwilligers bij de VoorleesExpress.
Waarom zijn deze ontwikkelingen belangrijk? Nou, je moet bijvoorbeeld durven om kennis te nemen van andere bubbels. Dat voelt heel erg onnatuurlijk, want waarom zou je juist willen weten wat je niet wilt horen? Nou, om je eigen bubbel te onderzoeken en te weten of je geen oogkleppen hebt opgezet. Trek je niet terug, is haar boodschap en help mensen om zich niet terug te trekken. De kwaliteit van onze samenleving is er van afhankelijk. Het gebeurt al in de mooie ruimte van bibliotheken maar bibliotheken kunnen er nog meer in doen.
Je kunt als bibliothecaris die ene persoon voor iemand zijn, die hem of haar vooruit helpt. Ik geloof haar graag en ik weet zeker dat het nu al gebeurt.
Hoe dat begint? Blijven kijken naar de mensen om je heen, vraag door en kijk verder dan je eigen bubbel. Maar blijf ook mens. Want echt contact maken, dat blijft nog steeds iets van echte mensen en niet van avatars.
Verdorie, wat is het toch weer heerlijk om zo een half uur naar een lang en goed verhaal te luisteren...
11.18 uur Panel
Bibliotheekplaza gaat verder met een panel over desinformatie. Aan tafel komen naast Roanne van Voorst, ook Annique Moussou van Bellingcat, Michael Hameleers van ASCoR en onze eigen Erik Reuvers van Probiblio. Marit van Bohemen ondervraagt deze specialisten over waarom desinformatie een probleem is? Hoe moeten we aankijken tegen deepfakes? Erik Reuvers geeft aan dat de bibliotheek hier wel een rol heeft, hoe moet je als kind of volwassene je toch mediawijs gedraagt.
Wat was deep fake ook alweer? Kijk dan nog even naar dit nog redelijk onschuldige filmpje.
Roanne van Voorst merkt dat mensen inderdaad wel groeien op dit punt. Mensen hebben steeds vaker door dat ze feiten moeten checken. Annique Moussou kijkt iets verder weg en benoemt hoe er bijvoorbeeld op dit moment verslag wordt gedaan over de oorlog in de Oekraïne en met name hoe feiten verdraaid worden of gemanipuleerd. Moussou geeft aan hoe Bellingcat daar bijvoorbeeld in werkt want het is best ingewikkeld om als objectief beschouwd te worden. Bellingcat trekt dus geen conclusies maar verzameld feiten die jezelf mag controleren.
Hameleers vraagt aan de zaal hoeveel desinformatie er is? Een deel van de zaal denkt dat het meer dan 20% van al onze informatie is. In werkelijkheid, en dat is onderzocht, is het 1%. Er is dus ook veel aandacht voor desinformatie want we denken dat het groter is dan het is. Deels komt dat doordat we door de discussie over desinformatie ook steeds vaker, vanuit ons eigen perspectief, feiten die ons niet welgelegen zijn ook als desinformatie aanduiden. Reuvers vraagt hoeveel mensen in de zaal iemand kennen die in een complottheorie gelooft. En opnieuw gaat ongeveer bij een aanzienlijk deel in de zaal de vinger omhoog. Vanuit de zaal wordt benoemd dat deze desinformatie en complottheorieën voor sociale media erg interessant zijn omdat er juist veel kijkers voor zijn, en dus veel advertentie-inkomsten... Dat is een ziek model.
Moussou van Bellingcat geeft aan dat ze in haar werk, waar ze veel complotten ziet en naar feiten moet kijken, dat ze zichzelf elke keer moet controleren dat ze niet meegaat in de complotten.
De 'experts' in het panel hekelen overigens dat er tegenwoordig steeds meer experts zijn. Bij elk item moet een expert gevraagd worden en men wil dan ook experts van verschillende kanten hebben.
Van Bohemen trekt het panel nog even terug naar datgene wat we zelf kunnen beïnvloeden: wat moeten bibliotheken er mee? Reuvers geeft het terechte antwoord waarvan je wist dat het zou komen: zoek contact met Probiblio.
12.04 uur VPRO: Geert Jan Strengholt en Regina Rijpkema
In de deelsessie schuif ik aan bij een presentatie van de VPRO. Daarbij gaat Regine Rijpkema kort in op de Tegenlicht Meetups. Tegenlicht Meetups zijn bijeenkomsten die naar aanleiding van een Tegenlicht-uitzending worden georganiseerd op diverse plekken. Bibliotheken kunnen daarbij gebruik maken van deze toolkit. De VPRO organiseert deze graag met bibliotheken.
Geert Jan Strengholt gaat in op het archief van de toekomst van Tegenlicht. In de afgelopen 20 jaar zijn er zo ongeveer 500 onderwerpen aan bod zijn geweest. De vraag was hoe je dat archief opnieuw zou kunnen inzetten. Dat wilde men op een aantal eigentijdse manier doen. Lang drie lijnen vulde men dat in: een boek van de toekomst, een installatie van een kunstenaar en een archief van de toekomst. In 2020 wilde men een prototype hebben. Daarbij kwamen tal van vragen aan bod: metadata, AI-technologie.
En warempel terwijl Geert Jan vertelt, hoor ik toch heel veel oude bibliothecaire principes voorbij komen. Aan de achterkant lijken die AI-systemen toch meer op de oude kaartenbak dan je denkt. Daar werd vervolgens een 'Airtable' uit, een spinneweb van onderwerpen en bijbehorende content. Samen met het Instituut van Beeld en Geluid - de Koninlijke Bibliotheek van Beeld en Geluid - die meehielp met hun technologie. Dan moet je bijvoorbeeld denken aan hoe je bijvoorbeeld kunt zoeken in bewegend beeld.
Op basis van dit archief van de toekomst heeft de kunstenaar Richard Vijgen een installatie van gemaakt (zie foto) Als het archief verandert, verandert ook de installatie.
Hé maar dit was nog maar het prototype. Hoe nu verder? Nou, er ligt nog wel wat werk want men had nog niet het hele archief ingevoerd en stel dat je klaar ben met Tegenlicht, hoe ga je dan verder? Stap voor stap ontwikkelt men nu verder.
De presentatie maakt voor mij wel een beetje pijnlijk duidelijk dat bibliotheken echt niet meer in de voorhoede zitten van zoekmachines. Ja, wij hebben ebooks nu geïntegreerd in onze catalogus maar de verbinding met goede zoekontwikkelingen buiten bibliotheken is wel ongeveer weg: verbindingen met bijvoorbeeld krantenartikelen (weet u nog waar u ze allemaal vindt?), verbinding met streaming media etc. We zijn sterk gefocust op burgers mediawijs te maken maar onze eigen systemen staan eigenlijk toch wel ongeveer stil. Waarom zou je in de catalogi van bibliotheken niet kunnen zoeken naar alle beeldfragmenten van Nederland?
14.03 uur Jarno Duursma
De lunch zit erop en we starten weer. Dagvoorzitter Marit van Bohemen roept de illusionist Jochem van Noyen er weer bij en de zaal wordt getrakteerd op een paar illusies. Vermakelijk, maar ik kan het jullie toch moeilijk met woorden meegeven.
De spreker die volgt is Jarno Duursma. Schrijver en techexpert. Hij laat een aantal plaatjes van zichzelf zien van een gewone foto via een deepfake naar zijn online avatar. Hij geeft aan dat jongeren hun online avatar zeggen dat deze representatiever is dat hun echte foto.
Jarno komt uit Stadskanaal. En daar stond een bibliotheek. Hij liep er de deur plaat. En hij was jaloers op de muziekbibliothecaris daar. Dat moest toch een topbaan zijn: de hele dag met muziek bezig. In die bibliotheek ontdekte hij dat hij eigenlijk maar heel weinig wist.
Als we praten over kunsmatige intelligentie is ons beeld vooral gevoed door films. En dat betekent dat kunstmatige intelligentie vooral negatief gevoed is. Terwijl het juist ook allerlei positieve invullingen kent. Voorlezen? Nee, dat hoeft je niet meer zelf te doen.... dat kan software ook doen. Een samenvatting maken van een lange tekst? Ook dat kan software. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid noemt artifiële intelligentie een systeemverandering. Dat betekent dat we er fundamenteel over moeten nadenken hoe we er mee om willen gaan.
Met software kunnen we onze eigen inzet versterken. AI kan van ons een beetje een supermens maken. Jarno spiegelt het met veel positief voor. Maar hij zegt dat er toch ook donkere kanten zijn. Want kijk eens naar PimEyes, die een foto voor jou analyseert en opzoekt wie het is. Of kijk naar Wordtune waarmee je tekst kunt opleukt. Of Quilbot die een artikel zo herschrijft dat het niet meer als gestolen citaat is te vinden. De basis van die tekstsoftware is GPT-3. Het is software die voor jou kan schrijven op basis van eerste aanzetten of doorschrijven. Of een tool die voor jou automatisch de Excel-formule geeft. Hij geeft voorbeeld naar voorbeeld en je voelt dat de zaal versteld staat hoe ver het eigenlijk al is. En waar houdt dit op? Nou, nergens. Want van tekst gaan we naar voice-cloning. Hij is ervan overtuigd dat het voorlezen van boeken echt niet meer door bekende Nederlanders worden ingesproken. Maar met een beetje voice-cloning kun je elk boek door elke bekende.
Het is helder: wat je maar kunt verzinnen moet ongeveer kunnen. En hier kantelen we in zijn presentatie. Want, geeft hij nu toe, hoe zit het met interactie tijdens het voorlezen. Want elke vorm van software en automatisering betekent ook dat je een vaardigheid of een vorm van aandacht verliest. AI-software kent nog grote tekortkomingen. Wij kennen (nog) zoveel context. Bemiddelen is bijvoorbeeld nog iets wat computers niet kunnen. Of mensen bij elkaar brengen.
Duursma laat de zaal versteld staan over wat er allemaal kan. En tegelijkertijd laat hij - gelukkig - ook zien wat mensen toch ook vooral nog zelf aan zet zijn. Maar: omarm deze technologie wel. Want het kan ons echt verder helpen. Het kan ons veel werk uit handen nemen. En tegelijkertijd: kijk wat je wilt om het voor je zelf prettig te houden of juist prettiger te maken.
Zijn slotopmerking: blijf mens en word nog meer mens. Mooie boodschap.
15.08 uur Nick van Breda
Ik volg een deelsessie van Nick van Breda, sociaal ondernemer. Nick was van zijn negende tot negentiende verslaafd aan games. Zijn drug heette Runescape. Wie zijn verhaal nog eens wil horen, kan bij bovenstaande Tedx terecht. Hij geeft aan hoe hij ongelofelijk veel uren in deze game doorbracht. Hij sliep maar vier uur per nacht. En hij geeft aan hoe hij oprecht en diep verdrietig was toen hij in de virtuele wereld een vriendinnetje kwijt raakte. Het overlijden van zijn oom bracht hem terug naar de werkelijkheid en hij heeft zich nu ten doel gesteld om een miljoen mensen van hun passie hun beroep te maken. Daar zaten wel wat stappen tussen. Hij stopte met gamen en besloot zich af te vragen: wat moet ik vandaag doen om straks goed herinnerd te worden? En welke comfort zone moet ik daarvoor verlaten? En dat deelt hij ook met anderen, vooral jongeren. Hij laat jongeren hun droom voor dit land, hun stad of hun omgeving te maken. En vervolgens laat hij ze de vraag beantwoorden: wat wil jij doen om dat scenario in te vullen? En wie heb je nodig om je verder te helpen?
Hij geeft voorbeelden van jongeren die hij heeft geholpen, jongeren die scholen in het buitenland ondersteunen, jongeren die vernieuwend bezig zijn in de ICT-wereld. Hij vraagt dat het vinden van je eigen doel van je leven, is voor hem een kernzaak. Welk wereldprobleem wil je meehelpen oplossen? Je inzetten voor zo'n doel beziet hij deels ook wel als een game. De steun die van anderen krijgt omdat je je inzet, is hetzelfde als een level omhoog gaan in een game. En ook de werkwijze lijkt op een lan-party, hij organiseert 'hackatons' voor jongeren om mee te denken over maatschappelijke vraagstukken.
Als gamenerd was Nick een eenling. Nu is hij een teamspeler die jongeren weet te inspireren. Van een gesloten jongen werd hij iemand die open stond voor allerlei nieuwe mensen en wat ze willen bereiken. De organisatie moet deze enthousiaste spreker letterlijk en figuurlijk stoppen.
Nick van Breda de jongen die transformeerde van gameverslaafde naar changemaker.
16.03 Afsluiting
Marit van Bohemen mag als dagvoorzitter gaan afsluiten. Nog één keer komt Jochem Nooyen. Hij speelt als illusionist de Privacy-show met de zaal. Ik verklap niet wat hij doet maar hij ontfutselt iemand iets op een bijzondere manier waarvan je verwachtte dat je het nooit weg zou geven, hij onderhandelt over hoeveel informatie je je over jezelf.
De dag zit erop, de borrel lonkt. Het was weer mooi en gezellig met Edo Postma naast me. Zijn we klaar? Nee, we hebben een inkijkje gekregen in wat ons virtueel nog te wachten staat. Veel waar we ons nog toe te verhouden hebben en veel waar we nog wat mee gaan doen. Ben ik klaar? Nee, voor mij wacht nog een kleine afsluiting want morgen zal er ook een verslagje voor Bibliotheekblad zijn en kunt u daar nog een korte slotbeschouwing zijn.
Het publiek begint langzaam naar de borrel te snakken. We zetten de landing in met een voorstelling van Boom Chicago. Ze brengen een deel van hun show 'The future is here, and it is slightly annoying' Het is improvisatietheater met gebruikmaking van artificial intelligence. Om eerlijk te zijn, niet te bloggen natuurlijk. U doet het maar even met bijgaande filmpje, had u maar moeten komen.
We eindigen met Wouter de Jong. Als dagvoorzitter komt hij nog even terug op het woord 'Geluk'. Een geluksfilosoof vatte geluk samen met twee woorden: Andere mensen. En mijn vraag is dan: kun je andere mensen verder helpen zonder iets terug te verwachten en kun je die kring van mensen die je kunt helpen vergroten?
Eén van de dingen die je kunt doen is iemands kwaliteiten zien en die benoemen. We zijn namelijk gewend om eerder te letten op zwakten van anderen. Maar als je iemands kwaliteiten benoemt heeft twee effecten: ongemak en trots. Dwars door elkaar. En dat laat Wouter de hele zaal doen. Iedereen moet kwaliteiten benoemen bij elkaar. Geroezemoes in de zaal. Een enkeling glipt de zaal uit... altijd tricky zo aan het eind.
We gaan landen en afronden. De hele dag ging over de toekomst. Maar dat is natuurlijk onzin. Want je kunt niks met de toekomst. Je hebt alleen het nu.
Wouter eindigt met een verhaal over een opa die een verhaal vertelt aan zijn kleinkind. Een verhaal over twee wolven. Eén wolf is goed en één wolf is slecht. Een ieder heeft die wolven in zich. En die wolven vechten. Het kleinkind vraagt: 'welke wolf wint?' De opa antwoordt: 'de wolf die jij voedt'.
Wie zijn toekomst wil maken, begint vandaag met het voeden van de juiste wolf. Het was weer een mooie dag. De toekomst begint nu.
Nou, na deze borrel met garnituur natuurlijk. Want eerst moet deze wolf gevoed.
Van een plenaire sessie switchen we weer naar een kleinere workshop. Een beetje onverwacht schuif ik aan bij 'Het Nieuwe Warenhuis' van Huub Purmer en Iris Goedhart.
Wat Het Nieuwe Warenhuis is kun je zien in het filmpje. Het Nieuwe Warenhuis is door vier ondernemers - waaronder Huub en Iris - opgezet om een plek te hebben waar het goed samenwerken is met veel andere ondernemers. En toevallig kwam het VenD-pand in Alkmaar vrij en ach, daar kon dat. Ingewikkelder is het eigenlijk niet.
Het oude pand van het warenhuis is omgebouwd voor ondernemers om te komen werken. Na het faillisement is men op de eigenaar van het pand afgestapt en op 6 juni 2016 openden ze de deuren en brachten 20 ondernemers hun bureau naar binnen. Het is één grote open ruimte en daardoor ontstaat één groot netwerk. En dat is een belangrijk kenmerk voor ondernemers om te overleven.
Het Nieuwe Warenhuis is niet hetzelfde als Seats2meet of Spaces. Je kunt hier je eigen bureau meenemen en een eigen ruimte innemen maar het moet wel open blijven. De ondernemers zijn zelf de eigenaar van dat concept. Het Nieuwe Warenhuis is niet begonnen vanuit het eigendom van vastgoed maar vanuit de mensen zelf om hun eigen plek te krijgen.
Maar het Nieuwe Warenhuis is meer dan alleen de eigen ruimte. Men is een gezamenlijke zwerm. En men stuurt samen in dit concept. Wat is nu een link tussen Het Nieuwe Warenhuis en de bibliotheek? Daarvoor laten een ander filmpje zien (sorry, niet zo snel te vinden) over hoe de ondernemers samen nadenken over hun concept. Dat is wel iets waar je als bibliotheken iets mee kunt. Waarom zou je gebruikers niet op die manier je bibliotheek laten invullen: inrichting van ruimte, inrichting van programmering. Eigenlijk is het Nieuwe Warenhuis een zwerm die je in werking kunt zien.
Op dit punt laat Huub bijgaande filmpje zien van het Burning man festival in de Nevadawoestijn.
Nou, zeg het maar, wat heeft dit er mee te maken, vraag Wouter de Jong? Nou, eigenlijk niks. Maar als je iets verder kijkt, zit er wel wat meer achter. Het Burning Manfestival is niet een festival waar je alleen iets komt halen. Er wordt verwacht dat je bijdraagt. Die bijdrage vindt plaats in een open ruimte. Die twee kenmerken: een open ruimte waar je wat bijdraagt dat is iets waar je mooie dingen mee krijgt. Je kunt dus iets maken waarvan je dacht dat je het nooit kunt maken. Dat is wel iets magisch.
Eén van de opdrachten die ze in het Nieuwe Warenhuis uitvoerden was die van kinderopvang en basisscholen. Die wilden een betere overdracht van leerlingen. Men ging samen brainstormen middels design thinking in het Nieuwe Warenhuis. Geen rocket science maar je hebt wel zo'n plaats nodig waar je dit soort dingen kunt doen. Je hebt plekken nodig waar mensen bij elkaar kunnen komen. Mensen moeten creatief met elkaar kunnen botsen.
Nou, ik zie de link met bibliotheken wel hoor als ik dit verhaal zo hoor. Want het is natuurlijk een fantastische metafoor van hoe je met de samenleving iets kunt bereiken wat je alleen niet kunt. Als je dan bedenkt hoe groot de groep is die bij ons komt, dan hebben wij als bibliotheken goud in handen. Lijkt me een mooie uitdaging voor de komende jaren.
De titel van de lezing van Christian is 'leert je surfen op de golven van de disruptieve innovatie'. Nou en dat in 45 minuten. Aan ambitie geen gebrek zullen we zeggen.
Volgens Christian was het tot niet zo lang geleden de wereld stabiel en voorspelbaar. Veranderingen kon je van ver zien aankomen en je kon je daar rustig op voorbereiden. Veranderingen gaan, volgens Christian, als een tsunami op ons afkomen. Je kan dat als een bedreiging zien of als een vloedgolf waarop het goed surfen is.
Kromme heeft een technologie-achtergrond en heeft veel onderzoek gedaan naar disruptieve innovatie. Maar technologie is niet de disruptieve factor. Dat zijn mensen zelf. Hij noemt de ontwikkelingen in de muziekindustrie: van cd's naar ipod en itunes en van ipod en tunes naar Spotify.
Maar zegt u nu: ik zit niet in zo'n digitale sector. U ziet bijvoorbeeld in de autoschade. Dan hebt u daar geen last van, denkt u. Maar technologie verbetert auto's en rijden nu zo dat er veel minder schade wordt gemaakt.
Christian startte in 2000 een bedrijf om bedrijven te helpen die een verouderd business model hadden. Bedrijven die wellicht over vijf jaar geen bestaansrecht meer hebben. Dat ging goed. Hij hielp bedrijven om disruptief op te treden. Soms ging dat goed, soms minder.
In 2011 ging het leven van Christian zelf op de kop. Haar dochter werd ziek en er werd geen goede behandeling gevonden. Het perspectief was nog enkele maanden leven. De reguliere zorg bood geen oplossing.
Evolutie van cellen
Christian moest in deze situatie zelf disruptief gaan denken. Gezondheidzorg was een sector die in vele eilandjes naar een probleem kijken. Maar wie kijkt naar het geheel? En hij verdiepte zich in de lichaamscellen. Cellen lijken op mensen: ze kunnen gestresst zijn en relaxed zijn. Wanneer presteren mensen het best? Precies, op het moment dat we ons prettig en veilig voelen. Dat geldt ook voor cellen. Cellen hebben verschillende evolutiegolven meegemaakt. De eerste evolutiegolven leerden cellen met elkaar communiceren en zorgden langzaam voor botstructuur. Daarna volgde het zenuwsysteem en het brein. En dat alles werd allemaal met cellen gedaan. In de zesde evolutiegolf kwam intelligentie en de zevende is die van de pre-frontale cortex waardoor verbeelding en concept-denken mogelijk was.
De evolutie van technologie
Deze evolutie in golven zien we op vele plekken terug. De mensheid zelf is ook via jagen, landbouw en infrastructuur en telecom-revolutie. Met de telecom kwam ook automatisering op gang en daarna social media. Dan zijn we al dichtbij het nu. Nu zitten we in de golf van lerende netwerken en computers. En de voorspelling van Christian is dat de volgende golf zal gaan over creativiteit.
Het kenmerk van deze ontwikkeling is dat de cycli steeds korter zijn en elkaar steeds sneller opvolgen maar dat de impact steeds groter is.
Die ontwikkelingen hebben veel betekend. We kunnen steeds meer. Maar dat betekent ook dat we steeds meer verantwoordelijkheden hebben. Technologie geeft ons steeds meer mogelijkheden. Het geeft ons steeds vaker de mogelijkheid om echt zelf te doen wat we willen. Onze ontplooiïngsmogelijkheden zijn groter dan ooit.
Evolutie van organisaties
Wij zijn de cellen van de samenleving. Ieder voor zich. Maar tegelijkertijd in onderlinge samenhang. We gaan naar een tijd van samenwerken. Waar al die cellen een zwerm volgen. De schaal waarop we verbonden zijn is ook groter dan ooit. We kunnen mensen bereiken over de hele wereld.
Hoe gaat dat bij zwermen vogels? In een grote zwerm houdt elke vogel zeven andere volgels in de gaten. En elke vogel houdt zich aan drie regels: 1) vlieg in de zelfde richting, 2) vlieg ongeveer even snel en 3) zorg dat je niet botst. Die zwerm kan a la minute beslissen. Daar is geen overleg maar iedereen staat in verbinding en de zwerm stuurt dat geheel. Dat is geen top-down-beslissing.
Onze communicatie in bedrijven moeten daar op aangepast zijn. En we hebben daar ook de mogelijkheden voor. Geen eindbaas dus maar die van gedreven professionals die met elkaar bewegen.
De snelheid van verandering
En de snelheid van veranderen wordt steeds groter. Hoe weet je nu wanneer je op een golf moet stappen.
Ook daar kent hij zeven fasen voor:
De eerste fase is die van digitalisering. Kodak maakte de eerste digitale camera. De start van de golf. Maar fase twee is die van Deceptie. De digitalisering is niet goed genoeg. Dan komt de derde fase en dat is die van disruptie. Want er stappen toch mensen over. Want fotograferen werd gratis door het digitaal te maken.
Daarna werd het gedematerialiseerd, fase 4. Camera's komen in telefoons. Fase 5 is die van demonitarisatie. Technologie wordt gratis, denk aan app. Fase 6 is die van Disappearance. Technologie verdwijnt en wordt onzichtbaar. En tot slot: fase 7 is die van het feit dat we niet meer hoef te leren maar dat technologie met ons interacteert zonder dat we het door hebben. Auto's rijden en sturen bij zonder dat we het weten of rijden helemaal zelf.
Van digitalisering naar humaan
En wat is dan nog de rol van de mens? Nou, dat is de vraag. Computers zijn goed in hard skills, in zaken die te automatiseren zijn. Het zijn de zachte skills die van grote waarde worden voor mensen: creativiteit, gevoel en passie. Die nieuwe technologie is nodig en levert ons veel maar tegelijkertijd kunnen we focussen op de menselijke kan. We gaan naar een tijd van ego (van bazen) naar eco (van iedereen).
Op het menu stond Ivo Lammers van Van Berlo Agency. Hij is echter vervangen door zijn collega Donald Merks. Donald verontschuldigd zich bij voorbaat als hij wat minder goed in het verhaal staat.
Van Berlo Agency noemt zichzelf de meest innovatieve organisatie van Nederland. Daar wonnen ze in 2017 ook een prijs voor. Het is een innovatiebedrijf dat werkt voor klanten over de hele wereld. Ze doen aan allerlei vormen van design om dat vorm te geven.
De prijs voor meest innovatieve bedrijf werd niet gewonnen door wat ze gemaakt hadden maar door de wijze hoe ze aan innovatie deden.
De opvatting van Van Berlo is gestoeld op drie peilers: Groei, Empathie en Realisatie.
Maar wat is innovatie eigenlijk? Daar zijn vele blikken op mogelijk. Neem bijvoorbeeld de Blu-ray en de HD DVD. Beide goede producten. Alleen heeft Blu Ray een beter netwerk gebruikt. Je moet dus breder kijken dan alleen de kwaliteit van het product.
Het gaat om vele vormen: hoe zit je in je netwerk, in je proces, is je service, in je business model. Hij gebruikt hiervoor het model van Ten Types of Innovation.
Design thinking
Om eerlijk te zijn haak ik verderop in het verhaal wat af. Het is wel duidelijk dat hij moet invallen in dit verhaal. Ik krijg een aantal innovatiemantra's te zien waarna het verhaal verder gaat op desgin thinking.
Hij haalt een voorbeeld aan van hoe ze design thinking hebben toegepast bij ouderen die vallen. Er zijn veel gesprekken gevoerd, een empathisch onderzoek. Het blijkt dat er veel onwetendheid is. Waar zitten voorbeelden op andere plekken? Denk bijvoorbeeld aan de honger naar kennis bij zwangerschap en hoe wordt het daar opgelost? Je komt dan op ideeën als de blije doos of een boek Oei ik groei. Wat als je dit voor ouderen zou gaan doen?
We zijn vaak te oplossingsgericht: we willen te snel naar een oplossing en we kiezen te vaak de geijkte oplossing.
Open innovatie
Toen Van Berlo gehuisvest moest worden, is er bewust voor gekozen om een open bedrijf te zijn. In ons pand zitten partijen die elkaar kunnen versterken in een gebied - Strijp T - waar een aantrekklijke omgeving is. Kies dus ook voor die omgevingen, lijkt zijn boodschap te zijn. Zoek de partijen op en maak combinaties! Door samen te innoveren bouw je ecosystemen waarin je elkaar versterkt.
Bouw zelf zo'n innovatieve organisatie
En hoe doe je dat zelf dan als organisatie? Hoe bouw je dan zo'n innovatieve organisatie? Tja, dat heeft toch wel met cultuur te maken? Een cultuur die bereid is om telkens te blijven wijzigen. Het start met mensen.
Hij stapt hier over op de vergelijking tussen Kodak en Fuji en hoe ze de overstap moesten maken naar het digitale era. Wat velen niet weten is dat Kodak de eerste digitale camera maken. En toch haalden zijn het niet en gingen failliet. Er waren onvoldoende ondernemers binnen Kodak die op durfden te staan voor het ondernemerschap dat nodig was.
Merks noemt vier eigenschappen nodig zijn: innovatieklimaat, ondernemerschap, middelen en verbondenheid.
Hij sluit af met een filmpje van Van Berlo. Nou, we zien vooral het mooie kantoor van Van Berlo. Tja, u proeft wel enige teleurstelling. Ik heb veel wijze woorden gehoord maar ik mis ook wel wat doorleefdheid in het verhaal. Nou, Merks had geen makkelijke opdracht om Ivo Lammers te vervangen. Ik hou het erop dat een beetje falen ook hoor bij innovatie.
Het is frisse maar mooie herfstdag. Degenen die met de auto kwamen mochten nog even krabben. In de trein naar Den Haag zie ik mijn tijdlijn berichten van bibliotheken die vechten tegen bezuinigen. Maar ook een bericht van de Nationale Ombudman. Hij spreekt vandaag op een congres over de Overheid in 2030 en betoogt dat de overheid een machine is geworden en dat elke gemeente een loket zou moeten krijgen waar burgers geholpen zouden moeten worden met vragen..... Maar dat is toch gewoon de bibliotheek hoor ik collega's via diezelfde tijdlijn zeggen. Nou goed, een mooi begin van de dag.
Hop, naar BibliotheekPlaza met als thema... o, ironie: Tot straks in 2030! Exact hetzelfde thema als bij de ambtenaren. We hadden de congressen kunnen samenvoegen denk je zomaar.
Wouter de Jong, acteur en schrijver van het boek Mindgym, mag aftrappen bij wat ik het leukste bibliotheekcongres van het jaar vind. Alleen sprekers van buiten die bibliotheekmedewerkers dwingen zich te verhouden tot die buitenwereld.
Wouter begint met een spelletje om elkaar beter te leren kennen. Alle vrouwen mogen opstaan, alle mannen, en willen alle mensen opstaan die slimmer zijn dan de gemiddelde Nederlander? En wie is vrijgezel? En wie heeft wel eens iets gejat? Hilariteit...
In zijn boeken Mindgym geeft hij aan dat het eigenlijk vreemd is dat we wel voor ons lichaam naar de sportschool gaan maar niet voor onze geest. Onze lichamelijke gezondheid krijgt meer aandacht dan de mentale.
Wat maakt dat we een goede dag hebben? Dat hangt sterk af van onze mindset. In de theorie onderscheidt men daarvoor vier factoren: aandacht, veerkracht, positiviteit en altuïsme. Elk van die factoren kun je trainen. Maar doen we dat? Nee, daar zijn we niet mee bezig.
Hij laat het filmpje zien van het Marshmallowexeperiment. Dit experiment gaat over impulscontrole. Deze kinderen zijn gevolgd en wat bleek: kinderen die hun impulsen beter konden controleren, bleken significant beter te presteren in hun leven.
Het gaat dus vooral over controleren waar je aandacht naar toe gaat. Hij doet een volgend experiment met de zaal en vraagt wat ze zouden doen als ze nog maar 5 jaar, 1 jaar of een maand te leven zouden hebben? Wat komt er dan bij je op?
Er is een top-5 van zaken mensen spijt van hebben op hun sterfbed. Die ziet er als volgt uit.
Ik had:
1. meer trouw moeten blijven aan mezelf
2. minder hard moeten werken
3. meer moed moeten hebben om gevoelens te uiten
4. meer in contact moeten blijven met vrienden
5. mezelf meer moeten toestaan om gelukkig te zijn.
En bedenk dan eens: wat moet ik dus gaan doen en maar dat concreet. Met andere woorden wat moet ik dus deze week gaan doen? De zaal krijgt drie minuten om dat met elkaar te bespreken.
Hij sluit af dat iedereen deze zin moet onthouden: Het allerbelangrijkst is niet te vergeten wat het allerbelangrijkste is.
De slotact biedt het podium aan rapper Akwasi. Een man die leeft van het woord. Hij vertelt in een kort interview dat er binnenkort zijn boek "Laten we het er maar niet meer over hebben" van hem uitkomt en dat hij veel heeft gehad aan bibliotheken in zijn jeugd.
Hij heeft een handleiding gemaakt voor ouderen om om te gaan met jongeren en andersom. Dat doet hij op zijn eigen wijze. Het zijn 27 verzen van een groter gedicht. Elk vers wordt met een luid Yo! ingeluid door de zaal.
Voor de ouderen: Speel FIFA met ze, vertel ze je fouten, geef ze de ruimte, hou het kort en maak het niet te lang, vecht niet tegen internet, wees geen zeur, luister naar wat ze zeggen maar hoor ze niet uit, koop een Rolex, koop een Gucci en wees je toekomstige zelf.
En voor de jongeren: jullie zijn altijd slimmer, doe je ding met Tinder, leer het op een oude fiets, een oude hond kun je geen trucjes leren, leef je in in de oudere, praat langzaam en articuleer goed, help eens een oudere in de zorg, ga op zoek naar je oudere versie van jezelf, maak een oudere instafamous, houd je aan je afspraken met je ouderen, vooral aan de tijd., speel scrabble en tot slot: overhaast niet.
Het spijt me, maar hiervoor had u echt bij BibliotheekPlaza zelf moeten zijn. Dit is niet in woorden te vatten. Die kans krijgt u volgend jaar weer. Zie ik u dan? Ik ben er met plezier weer bij. Aan de borrel!
Hij wordt voorgesteld als de 'Justin Bieber' van vandaag.... Of moet hij voorgesteld worden als de 'Marco Borsato' gezien de generatiekloof? Het gaat om James Smith van communicatiebureau YoungWorks, een gespecialiseerd bedrijf in in jongerencommunicatie.
James start met: Maar ach, moet je die generatiekloof niet gewoon loslaten? James heeft voor vandaag een aantal vlogfilmpjes gemaakt. Aan kinderen is gevraagd waar je aan denkt bij jong zijn. Wat zeggen die jongeren:'jong zijn is vrij zijn en nog niet vast zitten aan al die dingen waar je als volwassene aan vast zit'. Nou, de toon is gezet.
En hij doet met ons een quizje: Wat is een Swish Swish, wat is de Kiki Challenge, hoeveel procent van de jongeren (16,17) praat met zijn ouders over relaties? Weet u de antwoorden? Nee, nog lastig he?
James loopt met ons de belangrijkste trends onder jongeren even door:
Digitalisering
De huidige generatie is de eerste generatie is volledig opgegroeid met internet: de screenagers.
Maakbaarheid
Deze generatie en die van hun ouders is er aan gewend geraakt dat je kunt bereiken wat je graag wilt. Maar het levert ook druk op dat je moet bereiken wat je kunt bereiken. Met burn-out op jonge leeftijd tot gevolg
Individualisering
Zelfontplooiing gaat centraal staan. Het betekent ook dat jongeren steeds vaker eigen keuzes maken.
Financiële crisis
Jongeren hebben geen vertrouwen meer in financiële instellingen. Ze worden dan ook massaal hun eigen ondernemer.
Culturele toenadering tussen jong en oud
De jongerencultuur is dominant geworden. Iedereen wil jong blijven. Vroeger trokken kinderen de kleren van hun ouders aan als ze naar een feestje gaan. Tegenwoordig is dat andersom.
Gewend aan inspraak
Jongeren zijn veel mondiger geworden. Ze willen gelijkwaardigheid in het gezin wat het lastig maakt voor ouders om grenzen te stellen.
Hoe kijken jongeren daar tegen aan? Ook dat heeft men aan het trendteam van jongeren gevraagd. Ook die filmpjes laat hij zien. Jongeren ervaren de generatiekloof nog steeds in muziek maar ook in het gebruik van sociale media. Die generatiekloof is op deze wijze eigenlijk wel van alle tijden.
Jongeren zijn 'digital natives' terwijl wij nog 'digital immigrants zijn. Het motto van jongeren is 'ik deel dus ik besta' In onze ogen zijn al die sociale media wellicht minder sociaal maar niets blijkt minder waar.
Er worden drie vormen van social media voor jongeren onderscheiden:
1. Hanging out: delen als je op de bank hangt
2. Messing around: experimenten met allerlei nieuwe zaken, denk aan vervormde filmpjes etc.
3. Geeking out: online leren, bijvoorbeeld gitaar leren spelen, youtube wordt de handleiding van het leven
En als je zo naar kijkt zie je dat dit allemaal sociale bezigheden zijn zij het in een digitale wereld.
Zijn tips
- Wees online zichtbaar: gebruik beeld
- Beleving: maak het leuk en makkelijks
- Sluit aan bij de interesses
Kloof in de aandachtspanne
Wat betreft dat laatste: hij hekelt het thema van de boekenweek voor jongeren: 'Lezen is lit'. Tja, ben je nou niet een oudere die probeert hip te doen? Het luistert dus nog wel nauw.
En dan het lezen.... Papier lezen neemt af maar digitaal lezen neemt toe. Wat betekent dit? De aandachtspanne van jongeren is digtitaal hoger dan voor papier. Daar speelt mee dat digitaal 'instant gratificiation' wordt geboden. Op internet krijg je direct wat je hebben wilt. Alles wat te veel tijd komst zonder die beloning zorgt voor afhaken.
Kinderen langer thuis en studeren graag thuis
Kinderen zijn tussen 2006 en 2013 zijn veel langer thuis blijven wonen. Ze stellen uit huis gaan uit en blijven graag nog bij ouders. Dat sluit aan bij de opmerking van Pedro de Bruyckere dat de jeugd steeds later volwassen wordt.
Verder studeren ze graag thuis. En dat thuis zorgt ervoor dat jongeren uit hoog-en laagopgeleide achtergrond elkaar niet meer tegen komen op kamers. Dit werkt segregatie en tweedeling in de hand.
Jongeren zijn dus geen homogene doelgroep. Differentieer dus en werk met rolmodellen.
James Smith betoogt dus dat er niet zozeer een generatiekloof is maar dat er meerdere kloven zijn die over andere assen lopen dan alleen leeftijd.
Verbinding tussen jong en oud
James adviseert om de co-creatie aan te gaan met jongeren. Hij promoot de participizza-avond met jongeren. Maar één ding: laat alles los wat je denkt te weten van jongeren. Ga luisteren zonder die aannames. Anders wordt het wel ingewikkeld.
De volgende stap moet je reflecteren op je eigen organisatie en zorg dat je intern draagvlak hebt. En zorg daarna dat het kan gebeuren. Het klinkt simpel maar ik vermoed eerlijk gezegd dat het inderdaad minder simpel is dan je denkt.
James sluit af met de laatste paar tips: zorg dat je een echte verbinding met jongere en zorg voor emotie, maak het relevant, leuk en gemakkelijk, jongeren zijn geen homogene doelgroep en neem ze serieus.
Wat het inderdaad de Justin Bieber of Marco Borsato.... Het was zeker een goede spreker. Niet altijd even handig om te volgen voor mij als blogger maar volgens mij kunt u de hoofdlijn er nog wel uit halen.
De plenaire sessies zijn voorbij en stappen over op de workshops en parallelsessies. Ik pak de draad op met Yvette Belt-Beekman. Zij is director marketing communicatie bij KPN. Een hele mond vol maar eigenlijk ben je dan de baas van het 'merk'.
Ze gaat ons meenemen naar een bijzonder project van KPN. Het gaat over het project Evert 45. Het project werd getriggerd door een artikel in het AD over verzetstrijders die nu zo oud zijn dat ze binnenkort niet meer hun verhalen kunnen vertellen. Op het prikbord hing het artikel met de vraag: 'moeten we hier niet wat mee?'
Yvette pakte de handschoen op namens KPN. Wat volgde was een reeks gesprekken met ouderen, verzetstrijders, historici, musea en.... jongeren. Samen met partijen werd gezocht naar een manier om authentiek dit verhaal voor jongeren te vertellen. De zoektocht was begonnen.
Men ging uit van een vloggende jongere die leeft in 1945. Een vlogger die vertelt vanuit de geschiedenis. Kijk maar eens naar bijgaande filmpje.
De filmpjes staan op een Youtube-channel en kun je daar ook volgen. De filmpjes zijn gemaakt en staan klaar. En dan? Hoe bereik je mensen? Yvette vertelt dat ze zelf dacht dat je dan een reclamecampagne moest maken. Dat bleek een misvatting. Jongeren bereik je niet op die manier.
Wat we leerden was dat we plotseling allerlei vragen en communicatie ontstond met de doelgroep. Dat was nieuw. En dat leverde weer allerlei tips.
De vlogs werden gepromoot door andere vloggers. Deze vloggers werd gevraagd om iets te doen met Evert_45. En zo kwam het balletje aan het rollen. Evert werd bijvoorbeeld gevraagd om over eten in de oorlog te komen vertellen in een foodvlog. Jongeren stelde vragen aan Evert en Evert antwoordde. Jongeren maakten zich bezorgd om Evert. Of het wel goed met hem ging na al die bombardementen. Voor jongeren werd de geschiedenis levend. Letterlijk en figuurlijk.
De vlogs worden nu ook gebruikt in schoolklassen en kinderen vragen of er niet méér op deze manier onderwijs kan worden gemaakt. Aan het eind van de campagne waren de filmpjes in totaal 1,7 miljoen minuten bekeken. En dagelijks loopt dit nog op.
Communicatie
De wijze van communiceren en onder de aandacht brengen, kende eigenlijk twee fasen. De eerste fase was vooral gericht op de jongeren via Youtube en Instagram. De tweede fase richtte zich vooral op de ouders van de kinderen. Dat ging weer via klassieke media zoals televisiereclame. De ouders reageerden naar KPN dat ze het mooi vonden en dat zij het allang gezien hadden...
Voor KPN was dit project een manier om te leren over hoe je tegenwoordig iets onder de aandacht brengt en hoe je kunt anticiperen op het huidige online gedrag van jongeren.
Wat Yvette niet vermeld is dat dit project natuurlijk een prachtig project is om het 'merk' KPN neer te zetten en te laten zien hoe je maatschappelijk betrokken bent. Dat had wat mij betreft best verteld mogen worden. Want volgens mij is dat volstrekt legitiem voor een bedrijf toch?
Maar dan komt er toch nog een vraag uit de zaal......
'Wat kost dat nou?' Campagnes bij KPN zijn normaal natuurlijk altijd gericht op het verkopen van abonnementen. Dus geld vrijmaken voor zo'n algemene campagne met een maatschappelijk doel is knap ingewikkeld. Het budget was ongeveer een kwart van een normale campagne maar leverde ons minstens net zoveel op. En wat het ons ook opleverde was dat zoveel mensen, juist vanwege dit doel, van harte met ons wilde samenwerken. En dat is ook wel eens anders met een commercieel bedrijf.
Kijk, kwam dat verhaal toch nog op zijn pootjes terecht.