dinsdag 29 maart 2016

Op naar blogartikel nummer 1.000: We communiceren ons te pletter, maar lezen we nog? Media:tijd : deel 1


Het is bijna zover: ik ben nog enkele artikelen verwijderd van mijn 1.000e blogartikel! En met een serie over het SCP-rapport 'Media:tijd 2015' maken we met elkaar een zachte landing maken naar dat feestelijke moment.

Het SCP-rapport Media:tijd 2015 behoort - naar mijn bescheiden mening- tot de werkjes die u als bibliotheekdirecteur of mediaspecialist wel moet kennen. Het staat boordevol feitjes waar u op het juiste momenten uw voordeel mee kunt doen. En het moet gezegd: zelden zo'n leesbaar rapport gelezen. Die pluim is vast voor de makers.

Maar nu naar de inhoud.

8 uur werken, 8 uur slapen, 8 uur mediagebruik
Ons mediagebruik beslaat ongeveer 8 uur per dag. Dat is het bruto-media-gebruik. Bruto wil zeggen dat we zowel naar de radio kunnen luisteren als naar ons werk kunnen reizen. Multitasking dus. Wij verwachten vaak dat jongeren de grootste mediagebruikers zijn. Dat is al decennia een hardnekkig misverstand. Het zijn de bejaarden die de grootste mediaconsumenten zijn. En dat is er natuurlijk in gelegen dat zij vaak niet meer actief zijn voor arbeid of studie.


Overdag luisteren, 's avonds kijken
Wie denkt dat ons mediagedrag louter nog bestaat uit surfen op internet komt bedrogen uit. Radio en televisie zijn nog steeds de overheersende media. Kijk maar eens naar bovenstaande grafiek. Hoewel het gaat om de functies luisteren en kijken, zal het overgrote deel van dat gebruik nog steeds van radio en televisie zijn.

Eerder onderzoek waarin dit bevestigd werd, benoemde ik als een digitale revolutie, die maar niet lijkt te vlotten maar wel allang is begonnen. Want het internetgebruik zit deels verstopt in dat kijken en luisteren (denk aan Netflix, Youtube en Spotify) maar ook de lijntjes communiceren (Whatsapp, mail), gamen en overig internet zijn natuurlijk activiteiten op het web.

Bottom-line: de traditonele media als radio en televisie zijn nog lang niet weg.

In bovenstaande grafiek vindt u ook lezen. U moet goed kijken.... het is het gele lijntje.  Een eind verderop in het rapport wordt dat lezen wat verder uitgesplitst. Dan ziet het er zo uit.


's ochtends de krant, 's avonds een boek
Dat kleine gele lijntje uit de vorige grafiek, ziet er uitgesplitst dus als volgt uit. En ook daar een klassiek beeld: in de ochtend lezen we de krant en 's avonds een boek. Is de wereld dan niets veranderd? Wie naar deze cijfers kijkt zou dat kunnen concluderen.

Sommige bibliothecarissen zullen nu opgelucht ademhalen: Goddank, we lezen nog! Juich niet te vroeg zou ik zeggen maar toch een mooi moment om blog 998 af te sluiten.Want in het volgende blog zal blijken dat wereld van papier en lezers al verder verdwenen is dan wij denken.

Dit is deel één in een serie van vier artikelen over het rapport Media:Tijd

2 opmerkingen:

Bas van Houwelingen zei

Bedankt voor het eerste inkijkje van ons mediagebruik Mark. Had je eerste alinea (8/8/8) al gezien in de krant (jawel, 's morgens). Het lijkt me trouwens lastig meten dat lezen, we gebruiken tegenwoordig veel apparaten waarop gelezen kan worden. Ben benieuwd naar je volgende blogs over dit onderwerp.

Mark Deckers zei

@Bas: ja, het is lastig meten inderdaad maar als je het rapport leest zie je dat ze dat toch heel conscentieus doen. Elke 10 minuten meten ze de activiteit van mensen en dat voor heel vele mensen. Op de site mediatijd.nl bieden ze die dataset ook nog aan voor onderzoek (las ik).