maandag 25 augustus 2014

Het goede nieuws: Bibliotheken hebben definitief positie op ebook-gebied!


Hoopgevend nieuws! De afgelopen week presenteerde het Centraal Boekhuis (CB) opnieuw een prachtig infographic over de ebooks in Nederland. Nu bijgewerkt tot aan het tweede kwartaal 2014.Complimenten overigens aan het CB voor deze service!


Hoop
Voor het eerst zijn bibliotheken meegenomen in het CB-overzicht. Wat blijkt: bibliotheken beginnen toch echt deel uit de maken van de ebook-markt.  Hierboven zie je een uitvergroting van de tabel die rechts bovenaan in beeld staat. Het blauwe gedeelte zijn de ebooks die via het ebookplatform van Bibliotheek.nl worden geleend.

Hoewel bibliotheken wellicht lang hebben geworsteld met uitgevers en techniek lijkt er een weg gevonden zijn die tot substantiële aantallen leidt in deze markt.

Voldoende?
In 2012 hekelde ik nog de uitgevers dat het niet snel genoeg ging. In 2010 kwam het TNO-rapport uit waarin de huidige weg al geschetst werd. Dus het tempo mag van mij nog steeds omhoog. Verder zien we dat nog lang niet alle boeken als ebook verschijnen. In de regel nog niet zo'n probleem maar het aanbod kinderboeken, blijft voor bibliotheken nog achter. Dit terwijl de vraag er wel is, getuige de 300.000 uitleningen van jeugdboeken in de vakantiebieb.

Pluim
Nog wensen te over en nog veel te doen. Met (constructieve) kritiek sta ik altijd vooraan. Aan meningen geen gebrek. Maar dan is nu een pluim op deze plek ook op zijn plaats. Bibliotheken hebben definitief een plek veroverd op de ebook-markt. En dat is de verdienste van veel mensen bij Bibliotheek.nl en de inkoopcommissie van de Vereniging van Openbare Bibliotheken.

Hoe broos alle begin ook is. Hoeveel wensen er ook nog zijn: Pluim!

Zo, en nu snel op naar de toekomst!

Klik hier als je de hele infographic van het CB wilt downloaden.

maandag 18 augustus 2014

De Culturele Stad: het handboek Soldaat voor de culturele strijder

Het moet gezegd: ik heb niet altijd wat met adviseurs van grote adviesbureaus. Dus toen ik het boek van Culturele Stad van Cor Wijn (BMC) onder ogen kreeg, pakte ik dat boek toch ook enigszins met scepsis ter hand. Want wat zou zo'n algemene adviseur mij - als gepokt en gemazelde bibliothecaris - nog moeten leren? Een volstrekt hoogmoedige gedachte zo bleek achteraf....

In het leger kende men het handboek Soldaat. Zo'n handboek waarin wordt uitgelegd hoe een strijder zich moet gedragen en moet overleven. Zo'n boek is 'De Culturele Stad' ook. Nie voor de soldaat maar wel voor de culturele strijder en hoe deze kan overleven in de jungle van de stad.

De stad als eco-systeem
Wijn staat vrij uitgebreid stil bij de functies van de stad en beschouwt de stad als een eco-systeem. Een systeem waar alle functies op een goede manier op elkaar moeten aansluiten. Tegelijkertijd is geen stad hetzelfde en moet ook geen enkele stad hetzelfde willen zijn. Elke stad moet zijn eigen meerwaarde en identiteit (door)ontwikkelen. De stad is een culturele biotoop voor de mensen die er wonen. En hoe beter die mensen gedijen, des te beter functioneert de stad.

Dat perspectief bood voor mij als vakspecialist in één keer een breder perspectief. Bibliotheken dragen bij aan die culturele biotoop. Wie vanuit dat perspectief redeneert, komt los van bestaande structuren waarin vakspecialisten zich zo makkelijk laten vangen en waarbij ieder zijn eigen instituut verdedigt.

Model voor de culturele stad

 
Wijn behandelt de onderdelen van de 'Culturele Stad' met bovenstaande model. Daar zaten voor mij nog wel wat aardige zaken bij. Zo geeft hij bijvoorbeeld een mooi overzicht van alle regelgeving waaraan de verschillende culturele instellingen en gemeenten moeten voldoen. Daarmee blijkt tegelijkertijd dat hoe zeer je ook gelooft in 'maakbaarheid' van de samenleving, je domweg ook te voldoen hebt aan een aantal wettelijke taken.
 
S-woord
Verder zit er een mooi hoofdstuk in over samenwerking (mijn favoriete S-woord) tussen culturele instellingen en over samenwerking met burgers. In dat hoofdstuk blijkt ook dat het organiseren van die samenwerking tussen instellingen en burgers een steeds belangrijke wordende rol is voor directies van culturele instellingen. Instituten programmeren niet alleen voor hun eigen instituut maar programmeren voor de stad. Het is een verantwoordelijk om gezamenlijk het juiste aanbod voor de culturele stad tot stand te brengen. En zo zijn we weer terug bij de stad als culturele biotoop.
 
Wijn is realistisch over veel zaken: het gaat niet alleen om mooie gebouwen, het gaat vooral ook over wat er gebeurt, het gaat niet alleen om de fusies of schaalvergrotingen maar vooral ook wat het oplevert en dergelijke.
 
Evaluatie
Een sterk punt heeft Wijn als hij het heeft over de evaluatie van culturele instellingen. Want hoewel ambitie vaak met veel tamtam wordt gepresenteerd, wordt er zelden goed geëvalueerd. Gemeenten belijden met de mond beleidsgestuurde contractfinanciering maar stappen bij bezuinigingen makkelijk over op eenzijdig opgelegde budgetwijzigingen. Bibliotheken kennen met hun certificering een instrument om die evaluatie goed op te pakken. Dat zou onze sector nog verder kunnen uitbuiten.
 
Bezuinigen
Een gewaagd hoofdstuk gaat over verantwoorde bezuinigingen op cultuur. In dat hoofdstuk geeft Wijn een pijnlijk scherpe analyse over de financiële staat van gemeenten en de verwachte bezuinigingseffecten. Hoewel helder is dat het boek 'midden in de crisis' is geschreven, denk ik dat de analyse ondanks verbeterde financiële perspectieven nog niet veel aan kracht heeft verloren.
 
Wat betreft die bezuinigingen: in het boek staat een overzicht van welke stappen nodig zijn bij welke omvang van bezuinigingen. Ik herkende er veel in van de bezuinigingsplannen die ik de afgelopen jaren heb gemaakt voor bibliotheken.
 
Naast alle loftuitingen is toch ook nog wel een serieuze kanttekening te maken. Wijn geeft in zijn financiële analyse van gemeenten aan dat door de decentralisatie van taken, de budgetten voor culturele instellingen behoorlijk onder druk kunnen komen te staan. Juist voor iemand die zo 'holistisch' naar de stad kijkt, zou die decentralisatie ook juist een impuls kunnen zijn om alle krachten in dit veld op de juiste wijze elkaar te kunnen laten aanvullen. Dat is in ieder geval en opinie die ik onder veel bibliotheken tegen kom.
 
Handboek Soldaat
Voor mij was altijd al helder dat het hebben van een stevige visie op de toekomst van bibliotheken noodzaak is om goed sturing te kunnen geven aan een bibliotheek. Wie niet weet waar hij naar toe wil, zal nooit aankomen of wie zich niet goed voorbereid op een expeditie naar onbekend gebied loopt makkelijk de kans het loodje te leggen.
 
Het boek van Wijn heeft daar voor mij iets aan toegevoegd:  het management van een bibliotheek moet evenzeer een visie op zijn eigen stad hebben om te weten wat ze bijdragen aan de stad als eco-systeem voor inwoners. Een bibliotheek moet dus niet alleen zelf goed functioneren maar moet vooral ook goed functioneren in interactie met burgers en binnen het geheel van voorzieningen in een stad. Wie op die manier kijkt, zit op een nieuwe manier aan tafel bij ambtenaren en wethouders. Op die wijze blijken ambtenaren en wethouders geen tegenstanders die alsmaar willen knagen aan een budget maar medestrijders voor een goede culturele biotoop voor alle inwoners.
 
Dus wie zijn nieuwe wethouder nog moet verwelkomen: dit is helemaal geen gek welkomstgeschenk.
 
Voor wie het boek wil lenen:
Hier is het boek te lenen via Literatuurplein
Hier is het boek te koop via VOC-uitgevers
 
 
 

donderdag 14 augustus 2014

Het web van Spinoza, het eeuwige gevecht tussen gevoel en verstand...

Wie mij al een tijdje volgt weet dat ik van bizarre geschiedenissen hou. Ik heb er weer één in die categorie. In de afgelopen weken heb ik het boek 'Het web van Spinoza' van de Macedonische schrijver Goce Smilevski gelezen.

Al eeuwen betwist
Spinoza... wie was dat ook alweer? Baruch Spinoza was de zoon van een gevluchte Portugese Joodse vader en mooeder. Het gezin was op de vlucht voor de Spaanse inquisitie en belandde in het tolerante Amsterdam. Tolerant in de zin dat er godsdienstvrijheid bestond. Hij werd echter door zijn opvattingen al snel uit de Joodse gemeenschap gestoten en zijn boeken werden als laster verboden door de Staten Generaal. Spinoza heeft met zijn opvattingen een bijdrage geleverd aan de opmaat van de verlichting. Hij maakt onderdeel uit van de Canon van Nederland (nr. 50) en zelfs die plaats is onze tijd nog betwist door een aantal christelijke scholen. Desondanks stond Spinoza wel mooi op het briefje van fl. 1.000,-. Overigens stief Spinoza arm...

Spinoza kwam de afgelopen tijd al op mijn pad in de roman Jeudzonde van de Deventer schrijver Almar Otten en hij kwam regelmatig voor in het boek 'Amsterdam' van Russel Shorto. Voor mij dus genoeg reden om dit boek dus maar eens ter hand te nemen.


Bijzonder perspectief
Smilevski vertelt het verhaal van Spinoza op een bijzonder manier. Hoewel ik een soort biografie verwacht had, blijkt het toch veel meer een roman. Smilevski vertelt bijna het hele boek vanuit het perspectief van Spinoza zelf. Die roman is dan ook nog eens opgesplitst in twee delen. Het eerste deel is redelijk chronologisch en het tweede deel vertelt opnieuw het levensverhaal maar nu vanuit het perspectief van de 'oude' Spinoza vlak voor zijn dood. Eigenlijk lees je dus twee keer hetzelfde verhaal. Eén keer in het moment zelf en één keer als terugblik op het leven. Dat is een mooie vondst van Smilevski.

Recht er tegenin
Spinoza was een filosoof in een wereld waar de waarheid - zeker die rondom geloof - strak omkaderd was. Spinoza ging daar op sommige punten stevig tegenin. Dat deed hij met dezelfde stelligheid als waarmee de kerk vasthield aan zijn leer. En daarmee verhief hij zijn leer boven het leven zelf. In zijn leer gaat het onder andere over het leven voor de eeuwigheid en oneindigheid. In die keus voor zo'n leven, zegt hij dat lichamelijk of kortstondig genot van geen waarde is. Met die stellingname komt hij bij zijn eerste verliefdheid dan ook redelijk klem te zitten. En hij vlucht dan ook voor die liefde. Zijn leer en zijn gevoel botsen.

Op latere leeftijd, doet het boek vermoeden dat er een homofiele relatie ontstaat met één van zijn leerlingen. Ook daar schrikt hij van de liefde en het gevoel en trekt hij zich opnieuw terug in zijn filosofie. De werkelijkheid doet zich anders voor dan zijn theorieën.

Het is dan ook bijzonder om te zien hoe de jonge en de oude Spinoza beiden dit voorval beschrijven. Elk beziet het vanuit zijn eigen perspectief. Smilevski laat zien hoe Spinoza zichzelf ving in zijn eigen web. Het doet niets af aan de grote filosoof en de betekenis die hij voor onze samenleving heeft gehad. Als je spreekt over grote denkers, dan kun je van Spinoza zeggen dat hij zijn tijd heel ver vooruit was.

Het eeuwige gevecht tussen gevoel en verstand
Smilevski beschrijft het gevecht tussen gevoel en verstand vanuit de denker Spinoza. Spinoza die begiftigd was met zoveel verstand. Overigens, het blijft een roman. Het verhaal blijkt doorspekt met feiten die niet kloppen. Er wordt gesuggereerd dat Spinoza Lodewijk XIV heeft ontmoet. Dat blijkt pertinente onzin. Deze roman is onder Spinozisten dus ook wel een twistpunt. En dat is misschien dan ook wel weer de grootste waarde die Smilevski aan een boek over Spinoza had kunnen meegeven. De man die zelf altijd zo betwist werd, neerzetten in een roman die onder 'zijn volgelingen' ook weer betwist wordt. Ik zie er de humor wel van in.

Een aanrader voor liefhebbers van geschiedenis, van filosofie of van beiden.

Reserveer hier 'Het web van Spinoza' in de Overijssel Catalogus
Reserveer hier 'Het web van Spinoza' via Literatuurplein

dinsdag 12 augustus 2014

Het effect van de linkergleuf.....


Onze sorteerrobots. Een bibliotheekdirecteur noemde het ooit de tractor van de bibliothecaris en dat er onder bibliotheekdirecteuren wordt opgeschept wie de grootste heeft. 'Ik heb 32 bakken, RFID-proof en met Airco. Mooi man.' Zoiets.

En dat sorteren doen we dan weer zo, dat het weer het meest efficiënt te verwerken is.  Efficiency, dat is wat we willen.

Marcus Bergsma wees mij in een tweet op een foto van Kim Williams, bibliothecaris bij de Universiteitsbibliotheek in Sydney.  Daar wordt gesorteerd op andere kenmerken dan in welke rubriek we het weer moeten opruimen. Hier is het kenmerk: 'welk boek vond je leuk?'

En ik stel me zo voor dat we de geliefde boeken niet opruimen maar gelijk maar weer meegeven aan een volgende klant. Boeken die meer dan drie keer niet gepruimd worden, gaan met een automatisch valluik naar de afgeschreven boeken.

Hoewel het bibliotheekwerk sterk in transitie is, worden er elk jaar worden er nog altijd 90 miljoen boeken uitgeleend bij bibliotheken, waarvan de helft door kinderen. Ik ben ervan overtuigd dat er daarvan heel veel in de linkergleuf terecht komen en dat al die boeken, dvd's, cd's en ander media, een grote impact op de samenleving hebben. Gaat u zelf maar even na wie u zou zijn geweest zonder al uw favoriete boeken, films of muziek.

Zichtbaar maken waar mensen van genoten. Misschien minder efficiënt maar zeker effectief. En dan nog één vraag om over na te denken: worden we aan het eind afgerekend omdat we het efficiënt deden of omdat we ons doel bereikten en effectief waren.... Koester al die mensen die met de bibliotheek bouwen aan hun vaardigheid, identiteit en daarmee aan hoe zij zich bewegen in de samenleving.

zondag 3 augustus 2014

Wifi

In 2010, ja vier jaar geleden - het lijkt een eeuwigheid - schreef ik een blogje over kamperen met mijn dochters op de éénsterrencamping van Deventer. Die ene ster had de camping verdiend aan het gratis internet.
 
Ik schreef toen het wandeltochtje van de tent naar het toiletgebouw. Ik citeer nog maar even:
 
Bij de eerste tent: "Nee, we kunnen nog wel even blijven staan. En er komt geen bui volgens buienradar dus vanavond gaan we barbecuen hoor. Er zit overigens een slager iets verderop, zag ik op Googlemaps". Een plek verder. "Oh look, Mathilda. Randall has sent pictures of his grandson. Come overhere and look! This evening we will skype him!" "By the way: Heinrich has sent us an e-mail that he would be pleased to invite us in Leipzig. Something for next week?"
Weer een plek verder.
"O, Mien, we moeten morgen toch naar de Aldi . Er is zo'n externe harddisk in de aanbieding. D'r zit ook een Aldi hier in Deventer. Dus morgenochtend rijd ik daar even langs." En dan de laatste plek voor het toiletgebouw.
"Nou jongens, ga nou eens achter die laptop weg. Ga lekker zwemmen, hierachter! Jullie hebben de hele reis al achter dat scherm gezeten! We zijn toch niet helemaal naar Deventer gereden om alleen maar een filmpje te kijken? Wil er dan echt niemand met mij badmintonnen?" "Toe nou pa, nog één deel Lord of the rings en dan zijn we klaar...." Zo, het toiletgebouw weer gehaald. Even rust. En straks weer lekker koffie zetten. Met mijn gasbrander. En diep in mijn hart weet ik: een laptop wordt straks een vast onderdeel van de vakantieuitrusting.
Vier jaar verder: Op vakantie met vijf personen. Er gaan acht apparaten mee die op wifi werken. Vier telefoons, twee tablets, één camera en één laptop. En misschien ben ik nog wel een paar apparaten vergeten.

Wifi is inderdaad de eerste trap geworden in de behoeftenpiramide van Maslow.
 
Bron: Antyweb